Naar de content
Podcast
Podcast

Nieuwe podcast: Oplossing Gezocht!

Luister aflevering #1: Het recept voor jouw eureka-moment

Oplossing Gezocht! Dat is de nieuwe podcast van NEMO Kennislink. Host Robert Visscher en co-host Nour Eldín Emara zoeken samen met de wetenschap naar oplossingen voor actuele maatschappelijke problemen.

Afspelen icoon
Podcast
Podcast

Nieuwe podcast: Oplossing Gezocht!

0:00
16:33

Hoe lossen we de komende jaren de woningnood op? Kun je melk maken zonder dat er een koe aan te pas komt, om dierenleed en milieuvervuiling tegen te gaan? En hoe vergroot je de kans dat je op een briljant idee komt? Deze vragen en nog veel meer gaan we uitpluizen in de nieuwe podcast Oplossing Gezocht.

De wereld om je heen verandert in een razend tempo. Zo snel dat je het amper bij kan benen. NEMO Kennislink neemt je in de podcasts mee op ontdekkingsreis langs oplossingen voor actuele maatschappelijke problemen. Zodat je de wereld om je heen beter begrijpt. Met behulp van wetenschap en technologie brengen we in kaart hoe jouw toekomst er mogelijk uit ziet.

Tweewekelijks ontvangen host Robert Visscher en co-host Nour Eldín Emara een gast om hierover te praten. Visscher is hoofdredacteur en Emara podcastredacteur. Emara maakte eerder het wetenschappelijke radioprogramma Science 071 voor Omroep Sleutelstad, de lokale publieke omroep van Leiden. Visscher werkte eerder als wetenschapsjournalist voor Trouw, De Ingenieur en maakt al de podcast Leesvoer over boeken. Oplossing Gezocht vind je terug in jouw favoriete podcast-app en op YouTube. Iedere aflevering nemen we namelijk op in audio én video. Meestal in De Studio van NEMO, de tentoonstellingsruimte voor volwassenen van NEMO Science Museum. Maar soms ook op locatie, ergens in het land.

Voorbij het probleem

Bij Oplossing Gezocht gaan we verder dan alleen de constatering van een probleem. Neem woningbouw: het is al bekend dat er in Nederland te weinig woningen zijn. Maar daar stoppen we niet. We zoeken oplossingen. Is meer de hoogte in bouwen een mogelijke uitweg? Een van de afleveringen die de komende weken verschijnt, gaat over dit onderwerp.

Het is geen toeval dat we in deze podcast actief oplossingen zoeken. Het maakt onderdeel uit van onze visie om niet te stoppen bij het signaleren van problemen. Natuurlijk, we schrijven over de problemen die er spelen. Dat blijven we ook doen. Net zoals onderwerpen kritisch benaderen. Maar we voegen daar met de zoektocht naar mogelijke oplossingen nog wat aan toe. We stellen ons de vraag ‘Wat nu?’. Daarmee nemen we zelf als journalistiek platform ook onze verantwoordelijkheid om te proberen problemen op te lossen.

We zullen lang niet altijd dé oplossing presenteren. Daar zijn sommige problemen, zoals klimaatopwarming, te groot of te ingewikkeld voor. We berichten daar uitgebreid over, onder meer in ons thema Hoe klimaat je raakt, maar we kunnen dit als journalistiek platform natuurlijk niet zo maar even fixen. Wat doen we dan wel? We verkennen oplossingen. Of we identificeren kleine stukjes van de puzzel en helpen mee die te leggen. We gaan daarbij altijd uit van jouw perspectief. Wat kan jij als luisteraar of lezer bijdragen? Wat kan jij leren over dit onderwerp? Zoals altijd zijn wetenschap en technologie daarbij onze gids.

De eerste aflevering van Oplossing Gezocht gaat over het eurekamoment en staat nu online. Iedereen kent het wel: je weet niet meer wat je moet schrijven. Je had zo’n goed idee, maar je loopt helemaal vast en er komt niks meer uit je pen. Je wacht op een geniale ingeving, maar die komt maar niet. Valt zoiets op te wekken? Hoe zorg je er nou voor dat je wel iets creatiefs bedenkt? Nieuwsgierig geworden? In de eerste aflevering vertelt onze redacteur Roeland Segeren wat je het beste kan doen, hoe het komt dat je soms de naam Hans vergeet en wat er in je brein gebeurt bij een eurekamoment. En je leert wat Pipi Langkous hiermee te maken heeft.
 

Oplossing gezocht

Host: Robert Visscher
Co-host: Nour Eldín Emara
Producer: Dimitri van Tuijl
Social mediaredacteur: Elvira Elzinga
Video-editor: Eva Poort
Muziek: Gibson Fawcett

Transcript

Het recept voor jouw eureka-moment. | Oplossing gezocht #1

===

Robert: Stel je voor. Je werkt al een tijdje toe naar een belangrijke deadline. Maar je krijgt geen woord op papier. Even geen inspiratie, zeg je tegen jezelf. Maar de druk loopt met de dag verder op. En net wanneer je denkt aan opgeven, schiet opeens dat briljante idee te binnen. Geniaal. Maar waarom had je daar niet eerder aan gedacht? Mijn naam is Robert Visscher.

Nour: En mijn naam is Nour Eldín Emara.

Robert: En je luistert naar Oplossing Gezocht. De wetenschapspodcast van NEMO Kennislink. In deze podcast zoeken we samen met de wetenschap oplossingen voor problemen. En deze week zitten we aan tafel met onze redacteur Roeland Segeren.

Robert: Roeland, beschrijf jij eens een moment waarop je wist, hier moet ik een artikel over schrijven.

Roeland: Dat is een interessante vraag, want eigenlijk werd mij gevraagd om er een artikel over te schrijven. Maar je wil natuurlijk toe naar hoe ik tot het inzicht kwam, hoe ik dat dan op ga schrijven. Ik denk eerlijk gezegd dat ik hier juist de omgekeerde weg heb bewandeld. En misschien is dat meteen ook wel een uitleg van wat een eureka-moment, of een aha-erlebnis, nu eigenlijk is.

Nour: Misschien voordat we het uitleggen, was het voor jou een eureka-moment? Voelde dat zo?

Roeland: Nee, dit was voor mij geen eureka-moment. En ik kan je zo precies uitleggen waarom niet.

Nour: Ik ben benieuwd. Daar komen we zo achter dan denk ik.

Robert: We lopen allemaal wel eens vast in ons eigen hoofd. En denkproces. Van een brainstorm op werk, tot een heus writer's block. Laten we maar meteen tot die vraag komen. Roeland, wat verstaan we onder een eureka-moment? Wat is dat nou eigenlijk?

Roeland: Een eureka-moment of een aha-erlebnis of een moment of insight. Er zijn heel veel namen en woorden voor. 

Maar wat het eigenlijk allemaal betekent is het omgekeerde van wat we gewend zijn te doen op school. En dat is een soort methodisch analytisch, een oplossing zoeken voor een probleem. Waarbij je een boek leest of een formule uitvogelt en naar die oplossing toewerkt. Zo ben ik ook dit artikel te lijf gegaan.

Ik ben gaan rondkijken van wat is een aha-erlebnis etcetera. Maar het omgekeerde, is een plotseling inzicht en dat is een eureka-moment.

Nour: Je noemt ook al een aha-erlebnis. Maar we hebben het de term eureka-moment gegeven. Ik weet dat het een Grieks woord is, dat is alles eigenlijk, maar waar komt die term eigenlijk vandaan?

Roeland: Dan moet je heel ver terug de geschiedenis in naar de oude Grieken. Archimedes, een filosoof, wetenschapper, volgens mij was die man ook politicus. Dat deden ze allemaal samen in die tijd. Volgens het verhaal zat hij in bad. En op het moment dat hij in bad zit, ziet hij de waterstand stijgen.

En dat vertelde hem iets over de natuurkunde van volume. En op dat moment zegt hij 'ik heb het, ik heb het'. En in het Grieks is Eureka, ik zal het vast niet goed oud Grieks uitspreken... betekent in feite ik heb het.

Nour: Dat is vooral een wetenschappelijk voorbeeld. Maar je punt is volgens mij juist dat we dit niet alleen in de wetenschap terugzien.

Roeland: Dat klopt. Dat is een goed punt. Ik denk dat iedereen regelmatig een aha-erlebnis heeft. Het begint al met dat je iemand tegenkomt op straat. Je loopt verder en je denkt; hoe heet die persoon eigenlijk? En je weet zeker dat je diegene kent. Het ligt op het puntje van je tong en het komt maar niet.

En en hoe harder je erover nadenkt, hoe moeilijker het wordt. En zit je in een andere setting. En dan ineens kom je op die naam, en denk je... Het was Hans, mijn oude collega. Hoe kan ik dat ooit vergeten? Dat moment van bevrijding. Dat is het schoolvoorbeeld van een eureka-moment.

Robert: Je noemt net eigenlijk dat vastlopen. Je komt niet op de naam Hans. Je komt ergens niet op. Je wil heel graag iets bedenken. Wanneer had je dat zelf? Dat je voor het laatst daarin vastliep?

Roeland: Ik heb het eerlijk gezegd heel vaak met namen. Ik kom regelmatig mensen op straat tegen die ik dan groet.

Dat ik dan denk 'wie heb ik nu weer gegroet?' Ik ben ook slecht in gezichten. Dat is echt een persoonlijke kwaal van mij. Ik ken het ook wel van werk dat je een vraag gesteld wordt. Nou ja, met het schrijven van dit artikel. Bovenaan staat bijvoorbeeld in het verhaal Spoiler Alert.

Maar dat is zo'n opening van een verhaal, waar je dan ineens opkomt. En dat kan tijdens het schrijven zijn en dit was, bedacht ik volgens mij, toen ik stond te koken. Ja, zo een heel bijzonder moment.

Robert: En daarvoor was je eigenlijk vastgelopen, omdat je niet wist hoe je het artikel moest beginnen?

Roeland: Ik ga als volgt te werk. Ik schrijf eerst de bulk van de tekst. En je spreekt wetenschappers over een bepaald onderwerp. Dus ik schrijf de quotes en een soort grote, grove verhaallijn.. Maar de belangrijkste momenten in een tekst zijn natuurlijk altijd de intro, de titel en de eerste aanleiding.

En dat bedenk ik vaak pas achteraf. Of op een gek moment. In de auto, tijdens het koken. Dat zijn mijn momenten van, ik wil zeggen genialiteit, maar laat ik bescheiden zijn... creativiteit.

Nour: Robert, jij bent ook doorgewinterd journalist. Herken je hier iets van?

Robert: Ja ik herken dit wel heel erg. Ik loop zelf ook gewoon af en toe vast in mijn artikelen.

Ik ben nu een artikel aan het schrijven over twintig jaar Kennislink. Als je deze podcast hoort, staat hij al online. Maar ik liep daar helemaal in vast. Je moet een periode van twintig jaar overzien en dat proppen in een stukje van twaalf à dertienhonderd woorden. Dat is al ingewikkeld. Dus je bent heel erg bezig met wat kan ik nu wel vertellen? Wat kan ik nu niet vertellen? Maar dan wordt het bijna alsof je woorden aan de tellen bent. Maar je wil inderdaad ook iets creatief daarin. Je wil die lezer dat verhaal intrekken. En ik zeg altijd, en aan het einde er weer uit schoppen. En precies wat jij noemt herken ik heel erg. Je wilt dat begin, de intro zo hebben dat het van de tekst af spettert en dat je de lezer eigenlijk bij zijn jasje pakt en er intrekt. En daar heb je wel een ingeving voor nodig. En bij het artikel wat ik nu dus aan het maken ben, over twintig jaar Kennislink, loop ik daar helemaal in vast. Dus ik hoop dat als deze podcast online is, dat je dan denkt: 'wat een briljant begin Robert'. Bij jou is het eindelijk hier gelukkig wel gelukt.

Heb jij het ook weleens Nour?

Nour: Ja, maar nog iets meer in deze setting. Maar bijvoorbeeld ook wel in een persoonlijke setting. Dus echt in het dagelijks leven.

Ik had het laatst bijvoorbeeld, mijn zusje was jarig. En mij werd gevraagd namens haar vriendin om even een leuk stukje schrijven. Ga daar maar aan staan. Om even in een paar zinnen te vatten wat je bijvoorbeeld voelt voor iemand anders. En ik had daar eigenlijk precies dezelfde ervaring. Wanneer ik dacht nu komt het. Nu moet ik toch echt, want de deadline nadert.

Met het stukje schrijven kwam ik er eigenlijk totaal niet uit. En dan moet je echt voor je zien, dan zit ik met mijn handen in de haren, bijtend op een potloodje. Gewoon wachtend tot de inspiratie tot mij komt. Het is uiteindelijk gelukt.

Roeland: Tijdens het wachten?

Nour: Nee, niet tijdens het wachten.

Dus dat is wel interessant. Waarom nu niet tijdens het wachten.

Roeland: Daar komen we zo nog wel op.

Robert: Precies. Daar gaan we het zo nog over hebben. Wat denk ik nog wel heel interessant is, is dat sommige mensen lijken creatiever of vindingrijker dan andere. Ik moet nu ook opeens denken... Ik had vroeger college toen ik nog studeerde. Dat is inmiddels heel lang geleden, twintig jaar geleden.

Ik had college van Frank Ankersmit, een best wel bekende filosoof. Die vergat altijd namen. Maar tegelijkertijd wist hij ook heel veel namen. Dus dat vond ik altijd heel knap. Maar hij werd heel boos op zichzelf. Als hij dan tijdens college die namen niet kon verzinnen. Dus wat jij net noemt van Hans. Dan zat hij van nou ja, hoe heet die man ook alweer. En hoe kan het dan dat ik dat steeds vergeet. Terwijl wij eigenlijk in de collegebanken alleen maar dachten: Wow, wat weet die man veel. Dus op ons kwam hij heel anders over. Maar het heeft ook wel een beetje met deze vraag te maken. Hoe kan het toch dat sommige mensen heel vindingrijk overkomen, super creatief en andere juist niet. Of dat we dat misschien wel van onszelf denken. Heb je daar een idee van?

Roeland: Daar is wel onderzoek naar gedaan. Ik moet zeggen ik zal tijdens deze podcast een aantal keer de naam noemen van een geweldige documentaire die je daarover kan kijken. Daar komt dat ook naar voren.

De conclusie van die documentaire is dat er zeker verschillen zijn tussen mensen. En dat heeft met hersenstructuur te maken volgens de onderzoekers die daar iets over vertellen. Ik denk wel dat je meteen een onderscheid moet maken tussen, dat namenvoorbeeld, dat is natuurlijk niet per se een creatief proces.

Want dan ga je echt op zoek naar een oplossing die wel in je geheugen zit. Dus er zijn misschien drie onderdelen die we hier even los van elkaar moeten trekken. Dat is het creatieve proces, waarbij je echt iets vernieuwends bedenkt. Er is zelfs een formele definitie van een goed idee. Het moet in ieder geval vernieuwend zijn.

Is daar één van de voorwaarden voor. En dan heb je het geheugenproces. Dat je gewoon iets kwijt bent, wat wel in je geheugen zit. Daar hadden we het net al over. De naam is een groot voorbeeld daarvan. En dan heb je de ervaring zelf van een aha-erlebnis. Dat zijn denk ik drie onderdelen die je los van elkaar moet zien.

Want het is zeker niet allemaal hetzelfde.

Robert: En ik denk dat het heel mooi past bij het voorbeeld wat ik net noemde. Waar wij in de collegebanken van onder de indruk waren, was wat die man allemaal wist. En welke verbanden hij kon leggen. En hoe snel hij dat kon doen. En niet zozeer of hij iedere filosoof bij naam kon noemen.

Mooi en goed dat je dat onderscheid maakt.

Nour: Ik begrijp dan ook goed dat dat voor een deel ligt vastgelegd, al in de hersenen. Dus dat de een, een wat vlottere pen heeft dan de ander.

Roeland: Ja, maar dit is een vraag, daar vechten hersenwetenschappers volgens mij al eeuwen over. Nurture en nature.

In hoeverre is iets biologisch vastgelegd? En in hoeverre kun je iets aanleren? Dat gaat voor nu misschien te ver voor deze podcast. Maar wat die onderzoekers ook in de documentaire heel goed laten zien, is dat bepaalde hersenstructuren er wel op kunnen duiden dat iemand creatiever kan zijn.

Robert: En of je dat dan benut, dat is dan de tweede vraag.

Roeland: Dat is de tweede vraag. En of ze geboren zijn met die hersenstructuur, dat wordt daar niet duidelijk. Je kan moeilijk iemand vanaf de geboorte volgen. Het zal ongetwijfeld gebeuren, maar dat is hier niet het geval. Dit is een momentopname. Ze zien bij creatieve personen een bepaalde hersenstructuur die bij andere mensen er anders uitziet.

Robert: Je noemde net even die documentaire. Misschien wel handig om de titel ook even te noemen voor de luisteraars die er naar willen kijken.

Roeland: Het is gemaakt door BBC in de horizon reeks. En hij heet 'The creative brain, how insight works'.

Nour: Dat klinkt wel alsof er iets te leren valt. Dat zou voor mij wel goed uitkomen denk ik.

Roeland: Ja.

Robert: Over nieuwe inzichten gesproken. Kortom, het is een uiterst frustrerende situatie, wanneer we niet tot het nieuwe inzicht of Eureka-moment kunnen komen. Enigszins verslagen, houden we ons dan maar vast aan de status quo. In hoeverre moeten we ons daarbij neerleggen? De zoektocht naar wetenschappelijke doorbraken en eureka-momenten is eeuwen oud.

Hoe doorbreken we ingesleten denkpatronen? En wekken we doelbewust zo'n Eureka-moment bij onszelf op? We hebben nu natuurlijk vooral gehad over het vastlopen. Maar wij zijn eigenlijk ook wel heel benieuwd. Wat gebeurt er nou eigenlijk in je brein tijdens zo'n eureka-moment?

Roeland: Ja. Dat zijn ook weer twee verschillende sporen. Namelijk, het eerste wat er gebeurt, is een vrij complex verhaal. Ik zal het heel kort samenvatten. Maar als je daar echt veel over wil weten, moet je vooral die documentaire ook kijken. Daar zoomen zij wel op in. Er zijn namelijk delen in je brein die iets doen. Heel kort samengevat. En die onderzoekers hebben aangetoond dat op het moment dat je dat inzicht krijgt...

er een bepaald stuk vuurt in je hersenen. En dat zit ergens aan de rechterkant. Op hetzelfde moment neemt ergens een voorkant van je brein, een soort pauze. Daar wordt de activiteit juist minder of passiever. En in dat stukje zit volgens de onderzoekers het stukje zelfmonitoring.

Waarbij je jezelf heel erg in de gaten houdt van wat je zegt en wat je doet in de controleplek als het ware. En op het moment dat die heel even pauze neemt, komt er ruimte voor een nieuw inzicht. En dat voelt, zoals ze dat zo mooi noemen 'the mind blinks'. Dat is dat moment van: 'ik heb een nieuw inzicht'.

Ja en dat is wat er in de hersenen volgens de onderzoekers gebeurd. Maar daarna gebeurt er nog iets. En daar heb ik op ingezoomd, ook in het artikel, naar aanleiding waar we deze podcast voor doen. Er komt een soort beloningsmomentje. Je verwacht het niet. En je hersenen maken een soort voorspelling de hele tijd door.

En op het moment dat die voorspelling anders loopt dan verwacht, in positieve zin, dan wordt er dopamine aangemaakt. En dopamine klinkt vast iedereen wel enigszins bekend. Dat is het beloningsstofje in je hersenen. En dat geeft dat fijne aha-gevoel.. En ook wel een beetje euforisch. Je krijgt een lekker bevredigend gevoel.

Je kan het vergelijken met het WK-voetbal. Nederland speelt tegen Argentinië en staat met twee nul achter. En een paar minuten later, staat het ineens alsnog gelijkspel. Voor veel mensen was dat ook iets wat zij niet meer hadden verwacht. Een bevrijdend en euforisch momentje. Ondanks dat je dat niet zelf hebt gedaan.

Dat gevoel is vergelijkbaar met een aha-erlebnis.

Nour: Dat staat nog in mijn geheugen gegrift. Ik weet niet hoe dat bij jullie zit? Maar dat is ook het frappante eigenlijk. Want je zegt dat het een voorspelling is die je van tevoren niet verwacht had. Maar het komt wel vanuit je eigen gedachte. In hoeverre is dat dan een totaal nieuw inzicht?

Of is het dus eigenlijk iets wat stiekem al de hele tijd in je hoofd zat? Maar waar je dan net pas bij kunt.

Roeland: Ja, dat hangt af van de situatie. We hebben het net gehad over die naam. Dat zit in je hoofd. En dat beloningsmomentje, dat dopamine verhaal, waar vrij recent pas onderzoek naar is gedaan moet ik zeggen.

Ik sprak met Michel Helbron, die legde dat heel goed uit. Zoals ik nu aan jullie doorvertaal. Ik geef hem even de credits hier. En hij baseert dat onder andere op een vrij recent groot onderzoek. Dat is juist wat hij mij ook vertelde. Het kan heel groot zijn.

Een nieuw inzicht, waarmee je een nieuw medicijn tegen wat voor ziekte dan ook uitvindt. Dat geeft vast een lekker gevoel. Maar het kan ook die naam zijn. Dan is de ervaring hetzelfde, maar het is niet per se een nieuw inzicht. Je haalt gewoon iets uit je geheugen op.

Maar dat kan wel dezelfde beloning geven.

Nour: Dus beide noemen we ook een eureka-momentje?

Roeland: Ja, maar dan kom je bijna op een taalkundig vlak natuurlijk. Wij noemen het een aha-erlebnis of een eureka-moment. Ja, misschien dat andere mensen het liever anders noemen. Nou ja, ik kom eindelijk op die naam of ja ik had gewoon geheugenverlies.

Robert: En ik stond ook wel iets meer te juichen bij het voetbal dan toen ik de naam Hans weer in mijn hoofd had.

Roeland: Er zit natuurlijk heel veel tussen het uitvinden van de medicijnen en het op die naam komen. En dat is het writer's block. Dat je eindelijk die intro hebt, of dat vervolg voor je artikel. Of je zit een toets te maken en je komt plotseling op het juiste antwoord. Terwijl je al dacht nou, die vraag sla ik over.

Robert: Ik denk dat dat hele mooie voorbeelden zijn. Maar de vraag is denk ik die iedere luisteraar heeft en wij zeker ook van hoe kunnen we dit nou bij ons zelf opwekken? Is er iets wat je kan doen waardoor je zo'n eureka-moment opwekt of een beetje helpt?

Roeland: Ja, er zijn heel veel klassieke voorbeeld te noemen. Ik denk dat de werksituatie misschien nog wel het beste dit verhaal vertelt. Je zit op je werk en er moet een idee bedacht worden om een product te verkopen. Ik noem maar wat. Of dat het nu in de reclamewereld is, of je zelf een producent bent.

Daar komt het heel veel voor. Er worden mensen bij elkaar gezet in een hok. En hoe gaan we dat doen, jongens. De brainstorm. Ja. Er zijn twee soorten brainstorm. De ene brainstorm is 'zeg het maar, bedenk allemaal een idee en dan gaan we het zo doen'. Dat is de foute brainstorm. En de brainstorm die dit proces wel helpt, daar kun je op Googlen. Maar dan ga je rare dingen doen. Dan ga je samen eerst een liedje zingen. Je gaat helemaal uit die focus van het nadenken over die oplossing. En dan komt het op het andere moment.

Robert: Maar rare dingen doen? Je gaat dus eigenlijk iets heel anders doen dan? Wel leuk, want vrijdag had ik een gesprek met een van onze redacteuren, Bertrand Burgers, kunstenaar. Hij maakt prachtige installaties, ook voor ons online maakt hij dingen voor NEMO Kennislink. Hij zei bij ons op de kunstacademie, als we gingen brainstormen, dan moesten we eerst zoveel mogelijk soorten fruit opnoemen.

En hij zei het eerste wat dan iedereen noemt is wat er ook als eerst bij jullie naar boven komt. Banaan, appel. Ja, dat zijn ook precies de twee dingen die hij noemde. Dus je noemt banaan, appel, kiwi, mandarijn, sinaasappel. En hij zei die dingen moeten er eerst uit. Dus je moet eerst wat het meest voor de hand ligt, dat is altijd wat je als eerste noemt. En die moeten weg. En pas na een minuutje kom je op passievrucht, lycee. En kom je meer op de originelere dingen. Bij iedere brainstorm die we deden was het dus eerst, we gaan met z'n allen fruit opnoemen. En dan komt je brein een gegeven moment in een soort creatievere setting, dat was die theorie. En dan kun je eigenlijk de brainstorm beginnen. En ik weet niet of dit een beetje aansluit op wat je bedoelde?

Roeland: Dit sluit perfect aan. Dan ben je het echt wel heel erg aan het stimuleren naar een idee. Ik zag ook het onderzoek.. volgens mij zat dat ook weer in die documentaire....

En dan vragen ze aan voorbijgangers: 'Hier is een baksteen. Wat kun je hier allemaal mee doen?' Dan noemt iemand allemaal gekke dingen. Je kan er een ruit mee ingooien. Je kan er een huis mee bouwen. Dan kom je op wat klassieke ideeën. Ze hebben een deel van de proefpersonen daarna twee minuten gewoon stil laten zitten . Voor zich uit laten kijken. Een andere proefpersoon gaven ze een bak LEGO en die moest de stukjes LEGO sorteren op kleur. Een andere set proefpersonen moesten een huis bouwen van die LEGO-blokjes. Er waren dus drie dingen die ze moesten doen en de middelste groep , dus het sorteren op kleur, die kwam daarna met de meeste en meest bijzondere creatieve ideeën. En de conclusie van dit verhaal is en eigenlijk sluit het aan bij alle andere trucs die er ook zijn.

Gewoon zitten wachten en voor je uitkijken tot je weer verder moet. Dat werkt niet. Dat komt bijna overeen met het geforceerd nadenken over een antwoord. Dan zit je vast. Het andere uiterste is een hele demanding task . Een veeleisende taak. Een groot huis bouwen. Een ingewikkeld huis van die LEGO. Ja, dan ben je alleen maar daarmee bezig.

Dat gaat weer te ver. Maar een soort monotone. De stukjes rood bij rood, groen bij groen. Dat komt overeen met koken, iets wat je elke dag doet. Het douchen. In bad zitten, zoals Archimedes. Juist wel een handeling en bezig zijn. En dan intussen kan je hoofd een beetje over andere dingen nadenken.

Dat schijnt de beste oplossing te zijn.

Nour: Douchen mag dus ook al de handeling zijn? Want ik zat bij mijzelf na te denken, de douche vind ik inderdaad echt een goede plek. Het openbaar vervoer, waar ik toch het idee hebt dat ik juist gewoon maar voor me uitstaar. Als ik dan niet over dit soort lastige dingen na aan het denken ben. Dan komt opeens die ingeving. En dat mag dus eigenlijk ook al.

Roeland: Dat is wel wel wat dat onderzoek laat zien. En die bakstenen, daar kwamen de meest gekke dingen uit, nadat mensen kleuren hadden gesorteerd. Hetzelfde is als een advies om een wandeling te maken. Even koffie halen bij de koffieautomaat.

Het zijn bijna hele clichés inmiddels. Maar ja, een cliché is niet voor niks. Dat is aangetoonde waarheid.

Nour: Interessant. We hebben dit dus ook bij de luisteraars voorgelegd. Als je mag kiezen tussen een bed, een bad en een bus. Ja, het openbaar vervoer dus. Op welk moment heb jij nou eigenlijk de beste ingevingen? Daar is echt een overduidelijke meerderheid die zegt in bed. In bed komen alle ideeën tot je.

Robert: Dat is wel interessant.. Heb jij dat ook dan?

Nour: Ja. Ik herken mij ook heel erg in een van de luisteraars die zij: 'het is ontzettend frustrerend. Dat moet ik elke keer dus weer het licht aanzetten en naar mijn mobiel toe lopen'.

Robert: Maar dan lig je dus te slapen, Nour? Wanneer is dat dan?

Nour: Nee, het gaat juist om het half uurtje voordat je gaat slapen, waarin je dus eigenlijk alles uitzet en dan stiekem misschien nog op de achtergrond aan het nadenken bent over dat ene artikel wat je nog aan het schrijven bent. Dat ene vraagstuk wat je nog probeerde op te lossen.

Ja, en dan ren ik toch nog even naar mijn telefoon. En schrijf ik even een kleine notitie op die ik dan de volgende dag bekijk. Eigenlijk in negentig procent van de gevallen ook weer weggooi. Daar moet ik heel eerlijk in zijn.

Robert: Ik heb dit ook een tijdje gedaan. Maar bij mij werkt het heel slecht . Ik heb weleens dat ik 's nachts wakker werd en dacht, zo moet ik mijn artikel beginnen. Was wel al dieper in de nacht. En dan had ik een aantekeningenboekje op mijn nachtkastje. Dat schreef ik dan op. Ik heb sowieso een vreselijk handschrift. Heel vaak begreep ik gewoon niet meer wat er de volgende dag stond en kon ik er ook niet zoveel meer mee.

Maar ik had het hier dus ook met Bertrand Burgers over vorige week, de kunstenaar. En die zei dus ik schrijf echt hele epistels 's nachts in bed en daar heb ik dan ook wat aan. Dus hij zei, ja, ik gebruik dat als creatief moment.

Nour: Het zal dan ook heel persoonlijk zijn, denk ik. Wat voor jou werkt. Inderdaad. Of het dan dus in het OV is. Of het 's nachts in bed is.

Roeland: De drie voorbeelden die je noemt, bed, bad en bus zijn in de wetenschap ook wel echt de drie momenten van creativiteit. En ik herken het bij alle drie. Ik zet het ook wel mijn telefoon vanwege handschrift redenen.

Ik heb het zelfs in mijn telefoon een keer weten te verpesten. Dat waren toen zoveel typo's dat ik het niet meer wist. Dat bedverhaal is wel interessant. Want Thomas Edison, de uitvinder van elektriciteit, als ik het goed zeg. Die deed dat ook. Die ging heel erg uit van dat dutten.

En dat moment dat je een beetje zo in slaap valt. Het begin , dus net niet echt in slaap. Dat was zijn meest creatieve moment, vond hij. En hij had een manier bedacht. Hij klemde een balletje tussen zijn benen of hield hem vast. En op het moment dat hij dan indut, ging hij eens rustig in de stoel zitten en viel dat balletje de grond.

En dat balletje maakte hem wakker. En op dat moment dat hij de beste ideeën.

Dat moeten we eigenlijk gaan doen.

Nour: Ja. We hebben een opdracht voor vanavond.

Robert: Ik herken een aantal dingen wel. Zeker bij grote beslissingen in mijn leven. Ik denk dan vooral even aan het kopen van een huis. Merkte ik dat ik het heel moeilijk vond om meteen een beslissing te nemen.

Omdat je zoveel indrukken opdoet. En je wilt er dan toch iets mee.. Maar ik weet niet of dat helemaal een eureka-moment is, hoor. Daarbij merk ik ook dat ik dat ik het heel fijn vond om gewoon een nachtje te slapen. En dan wist ik het meestal wel. Lijkt dat er een beetje op?

Roeland: Ik moet denken aan de vrouw met wie ik voor dit verhaal heb gesproken, Simone Ritter. Onderzoeker op het gebied van creativiteit en goede ideeën van de Radboud Universiteit. Zij komt trouwens ook terug in die documentaire van de BBC ergens in het midden, geloof ik. Zij is ook heel erg oplossingsgericht in haar onderzoek.

Maar zij zegt er wel meteen bij, leuk al die eureka-momenten en de zoektocht daarnaar. Maar er is natuurlijk ook niks mis met methodisch en analytisch te werk gaan. Sterker nog, er zijn heel veel situaties waarbij dat de beste weg is. Denk aan de wetenschap. Het moet wel kloppen.

Je kan een leuk idee hebben. Soms kom je pas aan het einde van een formule tot een oplossing die je moet hebben.

Robert: Dan komt dat ook doordat je al zo hard hebt gewerkt waarschijnlijk.

Roeland: Ja, dan heb je die methode nodig om daar te komen. Jij geeft het voorbeeld van een huis kopen.

Ik weet niet of ik dat op een eureka-moment zou baseren.

Robert: Dat is een hele goede inderdaad. Ik denk dat we moeten voorkomen dat onze tip is , ga alleen maar LEGO sorteren op kleur en ga de hele dag onder de douche staan.

Roeland: Zoveel mogelijk monotone dingen doen de hele dag en dan kom je er wel.

Robert: Of ga je LEGO sorteren onder de douche.

Roeland: Dan haal je het hele schoolsysteem ongeveer onderuit. Want dat is natuurlijk methodisch ingericht voor een groot deel.

Robert: Ik denk ook niet dat je daar naartoe moet. Dat je alleen maar een reeks van eureka-momenten krijgt. Want een eureka-moment is juist een eureka-moment, omdat het zo bijzonder is.

Roeland: Uiteindelijk is het zo, hoe harder je ernaar zoekt, hoe lastiger je daar komt. Dat is natuurlijk ook het verhaal. Het zijn meer een soort tips die Simone Ritter geeft. Zij zegt wel leuke dingen. Je moet vooral eigenlijk iets heel anders doen dan waar je mee bezig was.

Dat is de samenvatting van alle tips die je kan bedenken.

Robert: Daar past Pippi Langkous ook in, toch?. Iets heel anders doen dan de rest.

Roeland: Ja. Ik moet heel even denken ...

Robert: Op een gegeven moment zegt zij in het artikel dat je jezelf bij een brainstorm kan afvragen als je vastloopt, wat zou Pippi Langkous nou eigenlijk doen.

Roeland: O, ja. Dat was die tip.

Robert: En ik vond het zelf wel heel grappig. Waarvan ik denk die ga ik wel een keer toepassen. Ik heb het nog niet gedaan. Maar dat lijkt me wel leuk.

Roeland: Ja, inderdaad. Tijdens het interview met haar had ze wel een paar van die namen.

Volgens mij. Wat zou Pippi Langkous doen? Wat zou Spiderman doen?

Robert: Misschien moeten we met onze tijd meegaan. Spongebob noemen voor de jonge luisteraars. Nour, weet jij nog wie Pippi Langkous is?

Nour: Heel vaag. Van die dikke banden toch?

Robert: Ze had van die rode staartjes.

Nour: Ja, maar die moest ik dan op een soort dikke banden in een dvd-speler doen.

Robert: Klopt, VHS-banden, ja.

Nour: Dat voelt vrij oud aan. Het spijt mij jongens.

Robert: Dat maakt helemaal niet uit.

Op deze manier lijken we allemaal in staat om de volgende Einstein te worden. Geloof je het nog niet helemaal?

Probeer de tips dan vooral thuis uit. En deel je bevindingen met ons via de kanalen van NEMO Kennislink op social media. Als we dan kijken naar de toekomst, Roeland. Je zei al dat de wetenschap soms nog een beetje moeite heeft om in ons brein te kijken.

Dus we kunnen van alles zien. Maar we snappen ook nog niet altijd helemaal precies in de finesses hoe dat werkt. Denk je dat we daar nog grote stappen kunnen maken in de toekomst?

Roeland: Ja, dat denk ik wel. Ik denk dat we al een heel eind zijn qua praktische tips. En dat is wat gedragswetenschappers natuurlijk heel erg doen.

Die dingen uitproberen en kijken wat werkt. Maar dan kijk je natuurlijk niet per se in het brein.

Robert: En dat is eigenlijk wat hij bedoelt met die LEGO sorteren ?

Roeland: Dat soort voorbeelden ja. Maar ook die brainstorm tips. Het wandelen, het out-of-the-box denken, heel veel van die clichés zijn natuurlijk in de loop der jaren uit die hoek gekomen.

Maar het echte neuro-onderzoek, dus echt de hersenwetenschap waarbij mri-scanners worden ingezet en dat soort technieken. Het staat niet in de kinderschoenen. Maar het is daar ook nog niet zo lang uit. Dat wil zeggen we weten gewoon nog niet zo heel goed hoe de hersenen werken. En daar zijn de laatste tien, twintig jaar heel veel stappen in gezet.

Alles wijst erop dat dat de komende eeuw misschien wel nog stukken verder gaat. Kijk maar naar de ontwikkeling van artificial intelligence. Wat dat ook weer raakt, dat hersenonderzoek Als we daar nou echt in ontdekken, hoe je op een geniaal idee komt.

Hoe kun je nu zo'n creatief brein bouwen? Of kun je dat misschien zelfs gewoon biologisch nog stimuleren? Of uitbreiden? Of misschien gaan we wel naar een tijd toe met chips in je hoofd . Nou ja, dat soort dingen die we nu nog heel eng vinden. Ik kan me voorstellen dat daar nog wel oplossingen in gevonden worden.

Nour: Hebben we daar al een soort indruk van? Waar die grens dan ongeveer ligt? We noemden het al een beetje gekscherend. Moeten we dan gaan LEGO'en onder de douche? Helpt ons dat dan weer een stapje verder? Of waar ligt die absolute grens nou van onze creatieve vermogens?

Roeland: Dat vind ik een hele goede vraag.

Ik wou dat ik het antwoord had. Want volgens mij op het moment dat je dat weet, kun je daar ook naartoe.

Robert: Je hebt hem nog niet. Hij kan nog komen in een eureka-moment.

Nour: Even wachten. Laten we iets anders gaan doen.

Robert: Waar is de LEGO?

Roeland: Ja, ik denk dat dat heel ver kan gaan.

Volgens mij moet je het vergelijken met de ontwikkeling van de digitale technieken. Zoals computers. Waar waren er honderd jaar geleden op dat vlak? Nergens. Waar waren we vijftig jaar geleden? Dat kun je je al niet meer voorstellen. We hadden het over VHS-banden op computer gebied was dat natuurlijk nog primitiever dan wat we nu allemaal hebben, zoals mobiele telefoons.

En ik denk dat het hersenonderzoek ook zoiets kan zijn. Dat we ons niet kunnen voorstellen, wat we over vijftig jaar allemaal weten. Je voelt je dan in een sciencefictionfilm waarschijnlijk. Als je er nu ineens zou zijn.

Robert: Dan heb je het over nieuwe inzichten, kan ik me voorstellen.

Heb je het bijvoorbeeld ook over technologie? Dus je noemde al de MRI-scanner. Dat is iets waar je in kan gaan liggen. En dan kan er een scan van je hersenactiviteit worden gemaakt. Als ik het zo goed zeg. Die techniek zou je nog meer kunnen aanscherpen. Waardoor je dus nog beter ziet wat er in je hersenen gebeurt.

Welk deel dan actief is. Want dat is waar we het voornamelijk over hebben.

Roeland: Ik sprak hier toevallig een aantal hersenonderzoekers over voor een verhaal dat rond de tijd van deze podcast waarschijnlijk ook wel online gaat komen. Over de stand van de hersenwetenschap en hoe de toekomst er uitziet.

En het is exact wat jij net aangeeft. Het loopt parallel met de techniek. De grootste doorbraken op het vlak van de hersenwetenschap, zijn ook eigenlijk technische doorbraken. Juist de MRI-scan en de EEG. Daarmee kun je eindelijk in mensen kijken die iets doen en levend zijn. In plaats van zoals dat dertig, veertig jaar geleden ging . Dat je in een overleden persoon of in dieren moest gaan snijden om die hersenen te bekijken. Dat is dus nog vrij jonge wetenschap. En als de techniek geavanceerder wordt en je kan nog beter kijken en zien wat er gebeurt. Dan kun je het uiteindelijk beter begrijpen. En misschien dus ook wel hele enge oplossingen gaan bedenken. Daar zijn al bedrijven voor.

Denk aan de Elon Musks van deze wereld. Neurolink is volgens mij zo'n voorbeeld van een bedrijf dat echt inzet op brain-computer-interfacing in Turkije.

Robert: Wij denken meteen, positief als we zijn, aan hele mooie oplossingen. We kunnen meer ingevingen krijgen. Maar jij zegt ook een beetje enge dingen. Wat is dan zo'n eng ding?

Roeland: Nou, ik vind het wel eng dat er misschien wel een tijd komt dat je, zoals we ons geheugen in onze laptop of de computer uitbreiden. Dat je dan met een chip je geheugen uitbreidt of scherper maakt. Want ja, hoe ver willen we daarin gaan met z'n allen? En wat wij nu allemaal heel eng vinden is over vijftig jaar misschien doodnormaal.

Robert: Als we het over een toekomstbeeld hebben, dan is er nog genoeg hierover om het te blijven volgen de komende jaren.

Roeland: Sowieso.

Robert: Bedankt Roeland. We zochten naar een nieuwe manier om deze aflevering creatief af te ronden. En we dachten laten we jouw brainstormtips meteen maar in de praktijk brengen.

Dus vandaar de slotvraag. Hoe denk jij dat Pippi Langkous haar podcast zou afronden?

Roeland: Met dat vreselijke liedje van haar, denk ik.

Robert: Kun je goed zingen?

Roeland: Hi Pippi Langkous... Dag Pippi Langkous...

Nour: Start de outro-tune.

Robert: De eerste aflevering en we zijn al aan het zingen geweest.

Prachtig. Bedankt.




Robert: Tot zover deze aflevering van Oplossing gezocht over het recept voor een eureka-moment.

Nour: Over twee weken zijn weer bij je terug met een ander onderwerp. Een ander probleem, een andere oplossing, maar wel met dezelfde hosts.

Robert: Met mij dus Robert Visscher.

Nour: En met mij Nour Eldín Emara.

Robert: Met dank aan Dimitri van Tuijl en Elvira Elzinga.

Wil je meer weten over onze wetenschapsjournalistiek? Volg ons dan op Instagram en bekijk onze site, nemokennislink.nl. Tot de volgende keer.


Huidige publicatie