Naar de content

De voldoening van kapotte spullen repareren

Een silhouet van een persoon die over zwarte lange balken springt.
Een silhouet van een persoon die over zwarte lange balken springt.
MikesArtChi

Klimaatbewuster leven? Makkelijker gezegd dan gedaan. Afstand doen van een bestaande leefstijl roept allerlei gevoelens op, ervaart redacteur Mariska van Sprundel. Deze week: de voldoening van kapotte spullen repareren.

Onlangs stond ik met mijn versleten wandelschoenen bij de schoenmaker, de zool begon los te laten. “Ik kan ze wel voor je lijmen, maar dan heb je kans dat de zool opnieuw loslaat als je boven op de berg staat”, zei de man peinzend. Hiken met een potentieel flapperende zool vond ik geen optie. Mijn oude vertrouwde wandelschoenen belandden in de container voor textielrecycling. Balen.

Iets weggooien wat nog enigszins dienst doet, doe ik niet snel. Ik red bloempotten uit verhuiscontainers en bewaar plastic bakjes van afhaalmaaltijden als tupperware. Jarenlang hadden we een waterkoker waarvan het deksel niet meer los ging. Ik liet er via het tuutje water instromen, tot hilariteit van mijn vriendinnen.

Dat ik het zonde vind om spullen bij het afval te zetten wist ik al, maar laatst ben ik tot een nieuw inzicht gekomen. Het kostte me een half uur prutsen met naald en draad, maar dan heb je ook wat: drie paar gestopte sokken. Voldaan stak ik mijn voeten erin. Zelf gefixt! Zo’n goed gevoel had ik vast niet gekregen met de aankoop van een pak nieuwe sokken.

Streven naar het goede

Verrassend dat zoiets onbenulligs zulke positieve emoties kan oproepen. Waarom voelt het zo goed om spullen te repareren? Ik vraag het aan experimenteel gezondheidspsycholoog Madelon Peters die aan de Universiteit Maastricht geluk en optimisme onderzoekt. “Bij dit soort handelingen gaat het er altijd om welke betekenis je er aan geeft”, reageert ze. “Sokken stoppen of naar een Repair Café gaan zijn niet per se plezierige ervaringen, maar het idee dat je daarmee iets ‘goeds’ of zinvols doet, kan wel bijdragen aan je geluksgevoel. Onderzoek laat zien dat het gevoel bij te dragen aan iets groters dan onszelf, zoals de maatschappij of het klimaat, één van de belangrijkste factoren van welbevinden is.”

In dit geval gaat het volgens Peters vooral om ‘eudaimonisch’ welbevinden, het streven naar het goede en naar een zinvol leven, en niet over hedonisch welbevinden, oftewel je prettig voelen en plezier hebben. “Kleine handelingen kunnen al maken dat je je goed voelt over jezelf, omdat je je steentje bijdraagt aan een wereldwijd probleem, zoals de verspilling van grondstoffen.”

Inderdaad, ik was tevreden met mezelf. Met mijn naald en draad had ik een duurzame daad verricht, hoe klein ook. Het is niet alsof mijn gestopte sok de planeet gaat redden, maar ik heb in ieder geval niks nieuws hoeven kopen wat beslag legt op aardse grondstoffen. Helaas is onze broodrooster vorige week gesneuveld, alle gepriegel ten spijt. Een afgebroken stuk plastic in het bedieningsmechanisme krijg je er met de beste wil niet meer aan. Balen.

ReactiesReageer