Naar de content

Revalideren met een robot

Op bezoek bij het robotrevalidatielab van de TU Delft

Letoshmeto, via Freepik

Revalideren na een beroerte is een moeizaam proces. Robots kunnen hierbij helpen, maar het gebrek aan personalisatie en de torenhoge kosten zijn slechts enkele van de uitdagingen. Daar wil Laura Marchal-Crespo een oplossing voor vinden.

5 september 2025

In het lab van ingenieur Laura Marchal-Crespo aan de Technische Universiteit Delft staan verschillende robotarmen, apparaten en schermen dwars door een wirwar aan kabels. “Dit is ons exoskelet voor looptraining”, vertelt Marchal-Crespo en wijst naar een enorme witte toren waaruit een tuigje met touwen bungelt. “Met dit apparaat kunnen patiënten na een beroerte leren lopen. Maar naast het oefenen van lopen, kunnen ze ook het openen van de benen en de bekken trainen.”

Elke robot in dit lab is makkelijk aan te passen aan de gebruiker

— Laura Marchal-Crespo

Marchal-Crespo ontwikkelt robots, spellen met virtual reality en onderzoekt hoe deze technologieën kunnen helpen bij de revalidatie van patiënten die weer moeten leren bewegen, bijvoorbeeld na een beroerte.

“Wij ontwikkelen technologieën om patiënten te ondersteunen bij het herstel van motorische functies. Dit doen we in samenwerking met therapeuten en patiënten.” Ze pakt naast het exoskelet-lijkende apparaat een enorme bril. “De patiënt doet deze virtualrealitybril op, waarop wij verschillende omgevingen kunnen projecteren. De drager kan zo als het ware verschillende ervaringen beleven. Denk bijvoorbeeld aan het lopen door water of door de sneeuw, om de patiënt uit te dagen.”

Een persoon met virtual reality-bril heeft haar rechterarm in de ARMin-robotarm

De ARMin-robotarm van de TU Delft.

TU Delft

We lopen door naar een donkergroene robotarm die zich helemaal uitstrekt tot de schouder, wanneer Marchal-Crespo haar arm erdoorheen doet. “Dit is de ARMin. Deze gebruiken we ook om ondersteuning en weerstand te bieden voor de interactie met verschillende virtuele voorwerpen.”

Wie de robotarm past, trekke hem aan

De rondleiding zet zich voort. Aan de andere kant van het lab mag ik plaatsnemen voor een computerscherm. Ik steek mijn hand in het handstuk van een kleiner apparaat dat naast mij staat; duim en de rest zijn van elkaar gescheiden. Het apparaat heet de Lambda 3+. “Met de huidige robots duurt de voorbereiding vaak meer dan 15 minuten”, legt Marchal-Crespo uit. Dat is zonde, want een gemiddelde therapiesessie is vaak maar van korte duur. 

“Maar met dit apparaat gaat het veel sneller. 5 minuten of minder, gemiddeld.” En inderdaad, in een handomdraai ben ik klaar om te trainen. “Wat ik eigenlijk fantastisch vind aan de Lambda 3+, is dat je het opzetstuk gemakkelijk naar elk handformaat kunt aanpassen. Elke robot in dit lab is makkelijk aan te passen aan de gebruiker.”

Tijd om te trainen. Ik speel een computerspelletje: op het scherm verschijnen verschillende spoken en een katapult waarmee je ze moet neerschieten. Je voelt echt alsof je een bal vastgrijpt en vervolgens loslaat. “Dit is een andere innovatie van deze robotarm”, vertelt Marchal-Crespo. “Je voelt niet alleen de virtuele objecten in je vingers, maar zelfs in de rug van je hand. Deze uitgebreide informatie van je handspieren is belangrijk voor je brein om weer te wennen aan dit soort bewegingen en hoe dat aanvoelt.”

Het spelletje gaat mij niet zo goed af en ik verlies al snel, ook doordat ik in gesprek ben. Ik vraag aan mede-onderzoeker Alberto Garzás-Villar, die naast mij staat, hoe andere mensen het spel ervaren. Hij richt zich als onderzoeker vooral op de talrijke behoeftes van patiënten. 

“Therapeuten benadrukken dat elke patiënt anders is. We willen daarom gepersonaliseerde therapieën bieden.” Hij bestudeert daartoe niet alleen de lichaamsbouw van individuen, maar kijkt ook naar verschillen in persoonlijkheid. Hij legt uit: “Sommigen houden van uitdaging, anderen weer niet. Ook zijn er mensen die al snel schrikken van het uiterlijk van de robotarm bijvoorbeeld.”

Het ideale scenario is een goede relatie tussen het apparaat, de patiënt en de therapeut

— Alberto Garzás-Villar

Garzás-Villars onderzoek streeft naar apparaten die je optimaal en veelzijdig kunt aanpassen. Welke elementen zorgen ervoor dat je langer blijft spelen? Hoe maak je revalideren fijn voor de patiënt? Maar het gaat niet alleen om de patiënt. De wensen van de therapeut zijn ook belangrijk. “Het ideale scenario is een goede relatie tussen het apparaat, de patiënt en de therapeut.”

Thuis oefenen

Ik mag me verplaatsen naar de volgende stoel om het nieuwste en kleinste apparaat uit te testen. Mijn pols rust op de houder, ik plaats mijn hand om de witte koker en klaar is kees. Het is de compacte versie van de Lambda 3+. Tijd om weer spoken te schieten. “We zijn expres van groot naar klein gegaan”, vertelt Marchal-Crespo. “De Lambda 3+ is een fijn apparaat, maar nog altijd duur. Dit moest goedkoper kunnen zodat het toegankelijker is. Ook willen we dat mensen thuis zo’n apparaat kunnen gebruiken. Zo ontstond de compacte versie.”

Foto van ingenieur Laura Marchal-Crespo, die de compacte versie van de Lambda 3+ demonstreert. Zij zit achter een computerscherm, met haar rechterhand rond een witte plastic cilinder.

Laura Marchal-Crespo demonstreert de compacte versie van de Lambda 3+.

Yim Goemans

De compacte Lambda 3+ is perfect om thuis te gebruiken. Het kan alles wat zijn grotere broers ook kunnen. Je hoeft slechts je hand om de koker te plaatsen. De onderdelen kun je 3D-printen naar het ideale formaat. En ten opzichte van zijn voorgangers is deze een stuk goedkoper te produceren. 

“Aanvankelijk werkte ik in het domein van auto’s en motoren”, nog steeds stokpaardjes van Marchal-Crespo. “Maar er miste iets. Toen rolde ik in het veld van robots en revalidatie. De klik was er meteen. Ik voel dat mijn werk een positieve impact maakt op de maatschappij.” Uiteindelijk wil Marchal-Crespo’s team met al deze apparaten de levenskwaliteit van miljoenen mensen verbeteren. “Op deze manier willen we revalideren voor iedereen leuker, persoonlijker en effectiever maken en voor de therapeut met name gemakkelijker en goedkoper. Met onze bijdrage zal de revalidatiezorg nog beter worden”, aldus Marchal-Crespo.

ReactiesReageer