Naar de content
Faces of Science
Faces of Science

Het nieuwe normaal van een online conferentie

Gladys Akom Ankobrey voor NEMO Kennislink

Online onderwijs en werken is het nieuwe ‘normaal’ geworden sinds de corona-uitbraak. Voor onderzoekers is dat niet anders. Zo nam ik afgelopen zomer deel aan een online conferentie. Hoe anders is dat eigenlijk?

Ik keek er al maanden naar uit: mijn deelname aan de EASA-conferentie, een groot event voor antropologen in Europa dat om de twee jaar wordt gehouden. Eindelijk mocht ik het artikel presenteren waar ik lange tijd aan gewerkt had. Het was een mooie gelegenheid om feedback te krijgen hierop en kennis te maken met het werk van andere onderzoekers in mijn veld. Daarnaast zou ik de kans krijgen om Lissabon te verkennen, waar de conferentie dat jaar plaatsvond. COVID-19 stak echter roet in het eten.

Hoe houd je een conferentie met honderden wetenschappers online?

Gladys Akom Ankobrey voor NEMO Kennislink

Honderden wetenschappers online

Na weken wikken en wegen besloot de organisatie om het event online te houden, maar hoe doe je zoiets met honderden mensen op een computer? Om iedereen wegwijs te maken in de online conferentiewereld, kregen wij als deelnemers al maanden van te voren trainingen. Hierdoor wist ik een beetje wat ik kon verwachten maar toch vond ik het nog best spannend! Ik voel meestal wel lichte zenuwen als ik moet presenteren maar nu had ik er iets meer last van. Want wat nou als mijn internetverbinding plots uitvalt of mijn geluid niet meer werkt tijdens mijn presentatie? Jammer genoeg duurde het even voordat ik daar achter kwam, want ik was pas aan de beurt op de laatste dag van de conferentie.

De conferentie telde meer dan 183 parallelle panelsessies

Gladys Akom Ankobrey voor NEMO Kennislink

In de tussentijd volgde ik panels. Dat zijn sessies waarbij een groepje geselecteerde onderzoekers samenkomt om een bepaald onderwerp te bespreken, onder leiding van een moderator. Vaak geven de onderzoekers eerst een korte presentatie, en gaan vervolgens in gesprek met elkaar en het publiek. De conferentie telde meer dan 183 parallelle panelsessies verspreid over vier dagen dus ik had een volle agenda. Daarnaast werden er films vertoond, kon je meedoen aan workshops en een tentoonstelling en zogeheten koffieruimte bezoeken. Het was indrukwekkend om te zien hoe de organisatoren dit voor elkaar kregen in de online wereld!

Aan het scherm gekluisterd

Een groot verschil met ‘normale’ conferenties was natuurlijk dat je de hele dag aan het scherm gekluisterd zat. Door het urenlange turen verslapte mijn aandachtsboog vaak tegen het einde van de dag. Ook merkte ik dat de discussies online veel minder levendig waren en dat er minder response kwam vanuit het publiek dan normaal gesproken. Ondanks deze ongemakken probeerde ik toch nog de meeste sessies bij te wonen.

De sessies gingen over de meest uiteenlopende onderwerpen, van het uitvoeren van antropologisch onderzoek door middel van spelletjes tot de gedwongen terugkeer van migranten naar hun land van herkomst. Het aanbod was overweldigend.

Netwerken is ook een belangrijk onderdeel van conferenties. Dit gebeurt bijvoorbeeld na afloop van panelsessies, of tijdens sociale activiteiten zoals etentjes. Je zet de eerste stap door iemand aan te spreken en kennis te maken. Hier kunnen nieuwe samenwerkingen of soms zelfs baanmogelijkheden uit ontstaan. Maar online gaat dat net even anders, want je kunt nu natuurlijk niet op iemand afstappen. In plaats daarvan stuurden we chatberichtjes naar conferentiedeelnemers tijdens panelsessies of in de koffieruimte. Uiteindelijk leidde dit tot een heel leuk videogesprek met een antropoloog uit Engeland waarin we ideeën uitwisselden. Om toch nog iets meer de ‘echte’ conferentievibe te creëren, organiseerde een collega van mij en mede Faces of Science-deelnemer, Karlien Strijbosch, drankjes in het park op de één na laatste dag van de conferentie.

Virtuele presentatie

Op de laatste dag van de conferentie mocht ik eindelijk mijn presentatie geven. De conferentiedeelnemers traden de online ruimte binnen en de organisator creëerde een virtueel podium. Uitgerekend op het moment dat ik werd aangekondigd, hoorde ik ineens niks meer en kon ik het podium niet ‘betreden’. Pas nadat ik mijn laptop opnieuw had opgestart deed alles het weer. In de tussentijd schoten er allerlei scenario’s door mijn hoofd: wat als ik helemaal niet meer kon presenteren? Gelukkig was dat niet het geval. Ondanks de stress, ging de presentatie redelijk en ontving ik na afloop leuke reacties.

Mijn presentatie

Gladys Akom Ankobrey voor NEMO Kennislink

Al met al was het voor mij een geslaagde conferentie! Toch heeft de offline wereld wel echt mijn voorkeur. Het was natuurlijk ook een domper dat ik niet meer naar Lissabon kon reizen. Maar dat is natuurlijk een luxe probleem. Voor vele onderzoekers met niet-Westerse paspoorten is het bijna een uitzondering als ze moeiteloos naar Westerse landen kunnen reizen voor conferenties. In een bepaald opzicht hebben online conferenties dus een groot voordeel. Het maakt het mogelijk voor onderzoekers van over de hele wereld om onderdeel te zijn van deze academische samenkomst – mits ze toegang hebben tot een goede internetverbinding!

ReactiesReageer