Naar de content

Theezakjes verraden staat van het klimaat

Theezakjes als instrument om broeikaseffect te bepalen

Persvoorlichting Universiteit Utrecht

Een schepje, een weegschaal en twee zakjes thee. Meer is er niet nodig om mee te doen aan een grootschalig, internationaal onderzoek naar klimaatverandering. NEMO Kennislink nam de proef op de som.

Augustus 2016. Met een schepje in de hand en mijn voeten in de Betuwse klei, graaf ik twee gaatjes van acht centimeter diep. Daarin stop ik een zakje rooibosthee en een zakje groene thee. Met een stokje markeer ik de plek waar ze liggen en wacht ik af. Drie maanden om precies te zijn.

Twee theezakjes. Meer is er niet nodig om mee te doen aan onderzoek naar de opwarming van de aarde.

Persvoorlichting Universiteit Utrecht

Afbraaksnelheid

Om op een laagdrempelige manier over heel de wereld onderzoek te doen naar het klimaat, bedachten biologen van de Universiteit Utrecht in 2013 een methode om de afbraak van plantenmateriaal in kaart te brengen. De snelheid waarmee plantenmateriaal wordt afgebroken, zegt namelijk iets over het klimaat waarin de planten zich bevinden. Planten leggen het broeikasgas koolstofdioxide vast door middel van fotosynthese. Als planten doodgaan, wordt een deel van het gas opgeslagen in de bodem en een ander deel komt via de afbraak van het materiaal terug in de atmosfeer. Hoe snel dat gaat, verschilt per locatie. De afbraaksnelheid op een warme, vochtige plek zoals het tropisch regenwoud, is vele malen hoger dan in een koud gebied als Antarctica.

Meedoen?

Scholen die het leuk vinden om mee te doen, kunnen zich hier inschrijven.
Particulieren die mee willen doen zijn ook welkom, zij kunnen zich hier aanmelden.

Nu de stap naar theezakjes. Theezakjes bevatten plantenmateriaal. Door ze een tijdje in de bodem te stoppen, wordt een deel ervan afgebroken. Door ze voordat ze de bodem ingaan te wegen, en op het moment dat ze eruit komen, kun je berekenen hoeveel materiaal er is verdwenen. Deel dit door het aantal dagen dat ze onder de grond zaten, en je hebt de afbraaksnelheid.

Theepauze

De wetenschappers Judith Sarneel (Universiteit Utrecht en de Zweedse Umeå Universiteit) en Joost Keuskamp (NIOO) bedachten de theezakjesmethode toen ze op zoek waren naar geschikt materiaal voor hun ‘strooiselzakjes’. Strooiselzakjes worden al tientallen jaren in onderzoek naar de afbreeksnelheid gebruikt. Een strooiselzakje bevat bladeren in een zak van een fijnmazig materiaal als nylon. Probleem is dat niet iedere wetenschapper dezelfde bladeren tot zijn beschikking heeft en dat de ene soort sneller afbreekt dan de andere.

Tijdens een theepauze kwamen Sarneel en Keuskamp op het idee om theezakjes te gebruiken. Eigenlijk is een theezakje een kant-en-klaar strooiselzakje. Ze kozen voor een merk dat overal ter wereld in de supermarkt of online verkrijgbaar is, en voor twee verschillende theesoorten met elk een eigen afbreeksnelheid. De theezakjes hebben dezelfde nadelen als de traditionele zakjes. Er kunnen wortels doorheen groeien, dieren kunnen de zakjes kapot knagen en er kunnen heel kleine stukjes aarde door de gaatjes in de zakjes komen.

Zo zien de traditionele strooiselzakjes eruit.

Jeff Atkins via PLOS One

Wereldwijde aandacht

Sarneel en collega’s publiceerden in 2013 over de theezakjesmethode en sindsdien is het project enorm gegroeid. “De eerste resultaten laten zien dat de theezakjes sneller afbreken in warmere gebieden dan in koude gebieden”, laat Sarneel per mail weten. Uiteindelijk willen ze op 8000 plekken verspreid over de hele aarde het broeikaseffect op deze manier in kaart brengen. Om uiteindelijk een wereldkaart te creëren met gegevens waarmee klimaatmodellen verbeterd kunnen worden.

In 2015 deden 100 onderzoekers en 250 Zweedse scholen mee aan het project. Dit jaar sloten ook scholen uit Nederland, België, Schotland en Oostenrijk zich aan. Sarneel: “De scholen die meededen waren over het algemeen heel enthousiast. Een enquête (onder circa 50 scholen) gaf aan dat ze het interessant en cool vonden, en dat ze dachten dat ze er iets van geleerd hadden.”

Van alle continenten, behalve Antarctica, zijn inmiddels data binnengekomen. “Bijzondere data zijn die uit de Himalaya, Spitsbergen en de Amazone. Daar zijn we erg blij mee. In de Serengeti gingen de termieten met de theezakjes aan de haal, dus daar is het experiment nog niet zo goed gelukt”, merkt Sarneel droogjes op. “Ik zou nog graag meer gegevens van Afrika, China en het midden van de Verenigde Staten willen hebben.”

Anne van Kessel voor Nemo Kennislink via CC BY-NC-ND 2.0

November 2016. Ik sta weer in de klei en graaf voorzichtig mijn zakjes op. Ik laat ze twee dagen drogen, klop voorzichtig de aarde eraf en weeg ze. Samen met informatie over de omgeving, voer ik de data in op de onderzoekswebsite. Zo makkelijk gaat meedoen aan wetenschappelijk onderzoek!

Bronnen
ReactiesReageer