Op weerplatforms kun je precies zien wat voor weer het de komende 14 dagen wordt. Maar staar je er niet blind op: het weer is zo ver van tevoren eigenlijk niet nauwkeurig te voorspellen.
Zal ik over twee weken naar dat festival gaan? Hmm, even online kijken wat voor weer het wordt. Bewolkt, beetje regen, graadje of 18… nee, laat maar zitten. Twee weken later: stralend weer en ik zit thuis. De 14-daagse weersverwachting is als een grijpautomaat op de kermis: je weet dat je bedonderd wordt, maar toch val je telkens weer voor de verleiding. Want ook al komen de voorspellingen niet precies uit, het is beter dan niks, toch?
Nou, nee. Ik heb twee maanden lang de 14-daagse verwachtingen van drie veelgebruikte weerplatforms bijgehouden. Daaruit volgt dat je hier in de huidige vorm niks aan hebt. Een conclusie waar Peter Kuipers Munneke, meteoroloog aan de Universiteit Utrecht en weerman bij de NOS, zich bij aansluit. “Die platforms presenteren het weer met een zekerheid die ze niet kunnen bieden. Daar moeten ze veel eerlijker over zijn.”
Toegegeven: mijn project is een relatief kleine steekproef, en geen wetenschappelijke studie met een harde statistische onderbouwing. Maar sommige dingen zijn net zo helder als een zomerse hemel.
Temperatuur
Neem de temperatuurverwachting. Een kleine twee weken van tevoren zitten de platforms er vaak meer dan 5 graden naast. Weer1 voorspelde voor 12 en 13 mei zelfs temperaturen tussen 3 en 11 graden, terwijl het toen 11 tot 25 graden werd.
Het zou natuurlijk flauw zijn om alleen de verkeerde voorspellingen eruit te pikken. De platforms hebben het ook regelmatig bij het juiste eind. Zo voorspelden Weeronline en Buienradar op 24 mei de temperaturen van 4 tot 6 juni vaak tot op de graad correct. Is dat kwaliteit? Of is het toeval, zoals een stilstaande klok ook twee keer per dag de juiste tijd aangeeft?
Om die vraag te beantwoorden, heb ik nog een ‘voorspeller’ aan mijn onderzoekje toegevoegd: de gemiddelde temperatuur van de afgelopen dertig jaar op elke datum. Wat blijkt? Eén tot twee weken van tevoren voorspelt dit langjarig gemiddelde de temperatuur meestal niet slechter dan de weerplatforms, en regelmatig zelfs beter. Wil je op 1 augustus weten wat de temperatuur op 15 augustus wordt, dan kun je dus net zo goed gewoon kijken wat de temperatuur de afgelopen jaren op 15 augustus was.

Voor velen een bekend gezicht van de TV: naast universitair docent aan de Universiteit Utrecht, is meteoroloog Peter Kuipers Munneke namelijk ook weerman bij de NOS.
NOSVolgens Kuipers Munneke is dit een logisch gevolg van de manier waarop de weerplatforms tot hun temperaturen komen. “Ze nemen het gemiddelde tussen een heleboel modellen die het weer voor de komende tijd voorspellen. Die modellen zitten de eerste paar dagen nog wel bij elkaar in de buurt, maar na meer dan een week lopen ze heel ver uit elkaar. De een voorspelt bijvoorbeeld 10 graden, de ander 30. Dan kom je op gemiddeld 20 graden uit, maar dat getal heeft heel weinig voorspellende waarde.”
Neerslag
Hoe zit het dan met regen? Ook hier zitten de platforms er een kleine twee weken van tevoren vaak mijlenver naast. Voor 23 tot 25 mei werd bijvoorbeeld niet of nauwelijks regen verwacht, terwijl ik dat weekend meermaals mijn jas kon uitwringen.
— Peter Kuipers Munneke
Verder valt op dat Weeronline nogal een onheilsprofeet is. Slechts 7 procent van al zijn voorspellingen bevat geen neerslag, en dat zijn allemaal voorspellingen van minder dan een week vooruit. Op lange termijn voorspelt Weeronline dus altijd regen, terwijl het in mijn onderzoeksperiode maar een op de drie dagen heeft geregend. Ook Weer1 voorspelt twee weken van tevoren te vaak regen: ongeveer de helft van de dagen.
Volgens Kuipers Munneke komt ook dit door het middelen van uiteenlopende modellen. Die modellen kunnen namelijk allemaal dezelfde regenwolken zien aankomen, maar verschillen in het moment dat die wolken bij ons arriveren. “Een derde van de modellen voorspelt dan regen op vrijdag, een derde op zaterdag en een derde op zondag. Dan wordt er voor het hele weekend lichte regen voorspeld, terwijl het in werkelijkheid één dag flink regent en de andere twee dagen droog blijft”, zegt Kuipers Munneke.
Hoewel beide platforms het aantal regendagen dus overschatten, is hun voorspelling van de hoeveelheid regen op zo’n dag steevast te laag. “Als driekwart van de modellen geen neerslag voorspelt, en een kwart voorspelt veel neerslag, kom je gemiddeld uit op een beetje neerslag”, verklaart Kuipers Munneke. Het is dus goed mogelijk dat geen enkel model 0,8 millimeter neerslag voorspelt, maar dat dit getal wel in de tabel met de verwachtingen prijkt.
Otto de Optimist
Buienradar lijkt op regengebied een andere aanpak te hanteren. Deze site voorspelt namelijk juist veel te weinig regendagen: twee weken van tevoren kondigt hij voor nog geen 10 procent van de dagen neerslag aan. Ondanks die onderschatting is Buienradar in mijn onderzoekje op lange termijn de beste regenvoorspeller. Doet de site zijn naam eer aan?
Helaas niet. Dat blijkt als je zijn prestaties vergelijkt met nog een nieuwe voorspeller: Otto de Optimist, die altijd zegt dat het droog blijft. Otto scoort nog iets beter dan Buienradar. Niet omdat hij zo’n goede voorspeller is, maar omdat het nu eenmaal meestal niet regent. Voorspellen dat het droog blijft is alsof je elk voetbalkampioenschap voorspelt dat Nederland niet gaat winnen: je voorspelling komt meestal wel uit, omdat die domweg waarschijnlijker is dan het alternatief.
— Peter Kuipers Munneke
Al met al is Kuipers Munneke niet verbaasd dat de neerslagvoorspellingen op lange termijn zo slecht scoren. “Regen is het moeilijkst te voorspellen. We zijn al blij als we het een week vooruit kunnen zien aankomen; meestal lukt dat pas zo’n drie dagen van tevoren.”
Volksverlakkerij
Het grote probleem van deze weerplatforms is dus dat ze uiteenlopende modellen terugbrengen tot één waarde. Daardoor voorspellen ze ver van tevoren meestal een vrij normale temperatuur en een kleine hoeveelheid regen, en slechts zelden een bloedhete of kletsnatte dag. “Je ziet heel vaak hetzelfde icoontje: een zonnetje, een wolkje en één regendruppel”, zegt Kuipers Munneke. “Maar dat is niet het weer dat we verwachten. Het is slechts een gemiddelde.” Wees dus niet al te bezorgd als over twee weken wisselvallig weer wordt aangekondigd. Dat zegt meer over de wisselvalligheid van de weermodellen dan over het weer zelf.
In een NRC-column betichtte Kuipers Munneke dergelijke weerapps al eens van ‘volksverlakkerij’. “De kern van ons vak is dat we zo goed mogelijk over het weer communiceren. Dan moet je open zijn over wat je wel en niet weet”, licht hij toe. “Dat voorspellingen niet uitkomen is geen meteorologisch probleem, maar een communicatieprobleem. We weten namelijk wel hoe onzeker onze voorspellingen zijn. Maar veel sites brengen die onzekerheid niet over. Daar moeten we gewoon wat eerlijker over zijn. Of ‘we’… daar moeten zij wat eerlijker over zijn.”
Er zijn ook platforms die het anders aanpakken. Zo presenteert het KNMI het weer van één tot twee weken vooruit niet in stellige cijfers en icoontjes, maar in een paar zinnen met de nodige nuances, zoals: ‘Grote (meer dan 80%) kans op droog en vaak zonnig weer. De temperatuurverwachting is onzeker’. De Noorse weersite Yr.no geeft de langetermijnverwachtingen wel in cijfers, maar voegt daar een foutmarge aan toe. Kuipers Munneke: “Dat zou elke site moeten doen: aangeven dat het over acht dagen 20 tot 28 graden wordt, en over veertien dagen 18 tot 30 graden. Aan dat laatste heb je niet zoveel, maar het is wel het eerlijke verhaal.”

Met name op de langere termijn worden weersvoorspellingen steeds onbetrouwbaarder.
Omar Ramadan, vrij te gebruiken via Pexels.Een mogelijk gevaar van zo’n genuanceerde voorspelling is dat gebruikers op een ander platform overstappen. Want als je op het punt staat een kampeervakantie te boeken, wil je meer weten dan dat de temperatuur tussen 18 en 30 graden zal liggen. Maar Kuipers Munneke vindt vage informatie nog altijd beter dan de schijnzekerheid die veel weerplatforms bieden. “Als je daarop vertrouwt, laat je je elke keer teleurstellen”, zegt hij.
Volgens Kuipers Munneke moeten niet alleen platforms, maar ook gebruikers wat meer accepteren dat het weer op lange termijn niet te voorspellen is. “Ik val er zelf ook voor: dan ga ik naar een conferentie in Finland en zit ik vanaf twee weken van tevoren elke dag te kijken wat voor weer het wordt. Zo houden we onszelf allemaal voortdurend een beetje voor de gek.”
Ongeboren hogedrukgebied
Je kunt de 14-daagse voorspellingen dus beter links laten liggen, en pas wat later naar het weerbericht kijken. Want zo slecht als we het weer twee weken vooruit kunnen voorspellen, zo goed kunnen we dat binnen een week. Dat zie ik terug in mijn onderzoekje: de eerst nog uiteenlopende, fluctuerende en foutieve voorspellingen kruipen in de tweede week meestal dicht naar elkaar en de werkelijkheid toe.
“Afhankelijk van de weerssituatie kunnen we heel veel”, zegt Kuipers Munneke. “Het warme weekend half juni zagen we bijvoorbeeld acht dagen van tevoren al aankomen, terwijl het verantwoordelijke hogedrukgebied toen nog niet eens geboren was. Van dat soort voorspellingen konden we dertig jaar geleden alleen maar dromen.”
Eigenlijk is het inderdaad indrukwekkend dat we op weergebied vaak meerdere dagen in de toekomst kunnen kijken. De weersverwachtingen zijn geweldig; je moet alleen niet te ver vooruit willen kijken.