Naar de content

Klikken met je muis en met je tong tijdens kindertaalfestival

Kinderen die gebaren leren van een docent tijdens het Kindertaal festival.
Kinderen die gebaren leren van een docent tijdens het Kindertaal festival.
Mathilde Jansen voor NEMO Kennislink

Samen met mijn 8-jarige zoon bezocht ik de derde editie van het Kletskoppen Kindertaalfestival van de Radboud Universiteit en het Max Planck Instituut voor Psycholinguïstiek, voor het eerst gehouden in Den Haag.

8 oktober 2019

Toegegeven, mijn zoon Nils ging vooral mee naar het Kindertaalfestival omdat er een programmeerworkshop was. Programmeren is natuurlijk leuk, en het heeft zeker een talige component, maar ik heb vandaag ook een verborgen agenda: ik wil hem laten proeven aan het onderzoek dat taalwetenschappers doen. Dat is ook de opzet van het Kletskoppen Kindertaalfestival, dat jaarlijks in Nijmegen plaatsvindt, en nu een extra editie organiseert in de Openbare Bibliotheek in Den Haag.

Aan de slag met Scratch

Mathilde Jansen voor NEMO Kennislink

Bij de ontvangstbalie ontvangt Nils net als de kinderen om ons heen een kaart die hij met een koordje om zijn nek kan bevestigen. Het is de bedoeling dat hij vandaag vijf stickers verzamelt. Als hij aan het eind van de middag zijn volle kaart inlevert, krijgt hij een presentje mee naar huis. Dat valt in de smaak. We gaan voor de volle kaart en misschien steken we ook nog wat op.

Eigen game maken

We beginnen dus met programmeren. De workshop wordt gegeven door twee vrijwilligers van de CoderDojo Den Haag. Zij zitten eens in de maand in deze bibliotheek om kinderen tussen de 7 en 17 jaar te leren programmeren, websites bouwen, games maken en meer. Vandaag krijgen de deelnemertjes de opdracht om een bootje via hindernissen in het water naar land te koersen met behulp van programmeerprogramma Scratch. Zo hebben ze straks hun eigen game gebouwd.

Alle kinderen zijn geconcentreerd bezig. Soms is er overleg met een ouder en valt het op dat verschillende kinderen meertalig zijn. Een kind spreekt Engels met zijn moeder, een ander Frans, om met de vrijwilligers moeiteloos over te schakelen op het Nederlands. Aan het eind van het uur heeft iedereen zijn bootje zonder problemen naar zijn eindbestemming gekregen met de juiste codes. Eerste sticker binnen!

Kindercollege door Mark Dingemanse.

Mathilde Jansen voor NEMO Kennislink

Taalwetenschap in Ghana

Na de workshop verlaten we het computerlokaal en nemen we plaats in een gezellig hoekje van de bibliotheek met lekkere zitkussens. Daar geeft taalwetenschapper Mark Dingemanse van de Radboud Universiteit een kinderlezing. Je merkt dat hij dat vaker heeft gedaan, want hij weet de jonge luisteraars onmiddellijk in het verhaal te trekken en bij de les te houden. Hij laat ons eerst een wereldkaart zien en vertelt hoeveel talen er ongeveer gesproken worden. Daarna neemt hij ons mee op een denkbeeldige reis naar Ghana, waar hij zelf onderzoek heeft gedaan.

In Ghana spreken ze een stuk of zestig talen. Een ervan is het Siwu, gesproken door zo’n 12 duizend mensen. Welke talen spreken jullie? vraagt de onderzoeker. Er gaan allemaal vingers in de lucht. Naast Nederlands worden Chinees, Engels en Frans genoemd. “Geen Siwu”, zegt Dingemanse. Toch denkt hij dat de kinderen wel wat betekenissen kunnen raden. Het Siwu heeft namelijk veel klanknabootsende woorden als kleng-kleng-kleng, wat glanzend betekent. Nog een: pam-ba-laa, is dat dik of dun? De meeste kinderen stemmen op dik. Klopt! En hoe zit het dan met pim-bi-lii? Heel dik of een beetje dik? De meerderheid denkt een beetje. Ook dat taalgevoel blijkt te kloppen: hoe dat komt lees je hier.

Nu we een beetje Siwu kennen, laat Dingemanse nog een ander verschijnsel horen dat in Afrika voorkomt: klikken met je tong tijdens het spreken. Dat eindigt in een vrolijke kakofonie, maar kliktaal is het nog niet. Om dat te kunnen moet je misschien toch een poosje in Afrika verblijven, net als deze taalwetenschapper.

Wat doet een taalwetenschapper nou? vraagt Dingemanse aan het eind van zijn lezing. “Die gaan naar andere landen om een taal te leren”, zegt een kind. “Kijken hoe taal werkt”, zegt een ander. En waarom is het zo belangrijk dat we kennis hebben van die verschillende talen? Die moet Dingemanse zelf beantwoorden: omdat er in elke taal heel veel kennis besloten ligt. Dat legt de onderzoeker uit aan de hand van een oudere spreker van het Siwu, die bijvoorbeeld weet welke planten in Ghana een genezende werking hebben. Maar ook helpt die kennis om taal- en spraaktechnologie te verbeteren van slimme assistenten en computerprogramma’s als Alexa en Siri.

Moeilijke woorden leren

Hierna schuiven we aan bij een workshop over gebarentaal, maar al snel heeft mijn zoon door dat deze vooral bedoeld is voor peuters. Terwijl de peuters vrolijk meebewegen in de gebarentrein van de spreker, gaan wij verder naar de wetenschapsmarkt. Hier kun je meedoen aan allerlei onderzoekjes van de Radboud Universiteit en het Max Planck Instituut. Het is gezellig druk: bij de meeste tafels moet je wel even wachten voor je aan de beurt bent, maar niet al te lang.

We beginnen bij een experiment waar kinderen moeilijke woorden moeten leren. Met behulp van een korte uitleg en een plaatje leren ze een aantal moeilijke woorden zoals prestige, talisman en duplicaat. Daarna leest de onderzoeker de woorden nog eens op en moeten de kinderen ze opschrijven en op hun antwoordenblad de juiste betekenis erbij zoeken. Nils heeft het maximum aantal punten gehaald en mag zijn score net als de andere kinderen noteren op het scorebord.

Letter-kleurassociaties

Daarna schuiven we aan bij Tessa van Leeuwen die synesthesie onderzoekt. Ik heb het met Nils weleens over synesthesie gehad, omdat ik zelf letters en cijfers met vaste kleuren associeer, en ik benieuwd was of hij dat herkende. Synesthesie is namelijk deels erfelijk. Toen ik het er met hem over had gaf hij geen teken van herkenning, maar nu hij de test heeft gedaan, komt hij op een score van 74 procent. Dat betekent dat hij in 74 procent van de gevallen consequent dezelfde kleuren met letters verbindt. Hij zou een goeie kandidaat zijn voor het onderzoek, zegt Van Leeuwen, maar ze zoekt eigenlijk alleen nog kinderen van vijf jaar. “We zijn ook benieuwd of synesthesie al zichtbaar is voordat kinderen leren schrijven”, aldus de onderzoeker.

Er is een plekje vrij bij de tafel waar kinderen zitten met een koptelefoon op hun hoofd. Ze moeten zinnen nazeggen die zijn ingesproken, maar met steeds een ander achtergrondgeluid: instrumentale muziek, een Nederlands lied (‘Dromen zijn bedrog’ van Marco Borsato) en een lied met niet-bestaande woorden. Nils kan alle zinnen verstaan. Maar de Nederlandstalige muziek zorgt toch net voor wat meer afleiding. Dat was ook de conclusie in een eerder onderzoek, vertelt een van de studenten die het onderzoekje afnemen.

Voordat we Nils’ volle kaart gaan inleveren, spreken we nog even met de initiatiefnemer Sharon Unsworth. Dit was de allereerste editie van het festival in Den Haag, mogelijk gemaakt door de Nationale Wetenschapsagenda (NWA). Voor Unsworth was het best even spannend of het hier net zo druk bezocht zou zijn als in Nijmegen, waar in februari ook weer een festival wordt georganiseerd. Maar de taalwetenschapper kan nu al terugkijken op een geslaagde dag met een hoge opkomst.

“We willen zoveel mogelijk kinderen in aanraking brengen met taalwetenschappelijk onderzoek”, zegt Unsworth. Die missie lijkt voor vandaag geslaagd, ook voor mijn zoon. Hij is blij met zijn welverdiende button, maar heeft ook heel wat opgestoken. De lezing en de taaltestjes vond hij zelfs nét zo leuk als het programmeren. Hoeveel talen waren er ook alweer op de wereld? vraag ik in de trein terug. Hij weet het nog exact: “Vijfduizend. Zoveel had ik niet verwacht!”

Nieuw: Podcast over meertalige kinderen

Kletsheads is een podcast over meertalige kinderen voor ouders, leerkrachten en logopedisten. Wat kun je verwachten als je je kinderen meertalig opvoedt? Waar moet je op letten? Wat helpt hun taalontwikkeling wél, en wat juist niet? Dr. Sharon Unsworth, taalwetenschapper en zelf moeder van twee (uiteraard meertalige) kinderen, gaat elke aflevering in gesprek met een andere expert over de wetenschap achter de taalontwikkeling van meertalige kinderen.

ReactiesReageer