Naar de content

Iedere bodem vertelt een verhaal

Bodemboeken gaan de diepte in

Annemieke van Roekel

Onze blik reikt meestal niet verder dan het aardoppervlak: de bebouwing, de zichtbare begroeiing en de watervlaktes. Maar verscholen onder het oppervlak ligt de bodem, zwaar of licht, jong of oud, dood of vruchtbaar. Met een beetje hulp liggen de verhalen voor het oprapen, laten twee nieuwe boeken zien.

Alle bodemsoorten die Nederland rijk is passeren de revue in Bodem onder het landschap. Daarin schenkt auteur Jan Bokhorst veel aandacht aan de (chemische) samenstelling en de plantengroei waaraan we de verschillende bodemtypes kunnen herkennen. Hij is bodemkundige en als onderzoeker verbonden aan het Louis Bolk Instituut.

Typerend aan de bodems in ons land is dat ze relatief jong zijn. We leven in een ‘ijstijdlandschap’, al ervaren we dat meestal niet zo. De herinneringen aan de ijstijd zijn bovengronds duidelijk zichtbaar in de stuwwallen in het oosten van het land. Ook de uit Scandinavië door gletsjers getransporteerde zwerfkeien maken duidelijk dat er ooit enorme ‘ijskrachten’ aan het werk geweest zijn.

Een minder algemeen bekende herinnering aan de ijstijden is bijvoorbeeld de herkomst van het zand, dat als een deken duizenden jaren geleden door poolwinden vanuit de droogliggende Noordzee over het land is gelegd (vandaar de term ‘dekzanden’).

Bodemkennis wijdverspreid

Bodems herkennen is niet eenvoudig en we hebben daar tegenwoordig specialisten voor nodig. Heel anders was het eeuwen terug, toen een groot deel van de bevolking nog in de landbouw werkte. De bodem was een dagelijks terugkomende realiteit, net zoals het weer. Mensen waren er afhankelijk van voor hun voedsel en de kennis was veel wijder verspreid dan nu het geval is.

Nu leren we op school met een vak als aardrijkskunde over verafgelegen continenten, globalisering en wereldhandel. Bodemkennis komt pas weer echt aan de orde in het hoger onderwijs. En zelfs onder moderne boeren ontbreekt vaak de kennis over de grond waarop zij hun gewassen telen. Een uitspraak van een landbouwonderzoeker, onlangs op Kennislink, maakt duidelijk dat de huidige generatie vooral ‘machineboer’ is. Dat kan vaak niet anders om de vereiste opbrengst van het land te halen.

Bodem als substraat

Bodem onder het landschap geeft een niet direct op de praktijk toegesneden inzicht in de bodems die we in Nederland rijk zijn. Meer de diepte in gaat het boek Bodemsignalen, eveneens verschenen bij Uitgeverij Roodbont. Het gaat in op de specifieke structuur van de diverse bodemtypes, de mineralen en gewassen per grondsoort en de chemie en het leven in de bodem.

Ook dit boek is aantrekkelijk voor de geïnteresseerde leek. Het laat zien dat we in een qua bodems zeer gevarieerd land leven. Maar we moeten niet gaan romantiseren, want veel land- en tuinbouw in Nederland is volledig losgezongen van de grond. De bodem is vaak niet meer dan een substraat. In de kassenteelt is de grond meestal al geheel vervangen door vezels, zoals steenwol, waarin de planten wortelen die uitsluitend nog vocht met een uitgekiende mix van voedingsstoffen aangereikt krijgen.

Ook in de buitenteelt is de grond vaak niet meer dan een substraat. De bloembollenteelt is zelfs mogelijk op vrijwel dode grond. Kunstmest en bestrijdingsmiddelen garanderen er een hoge opbrengst, al komen de grenzen aan deze aanpak in zicht. Dit zijn vormen van landbouw waarbij het bijna niet meer uitmaakt wat de bodem te bieden heeft. Om milieuvriendelijker te kunnen telen is kennis over de bodem echter noodzakelijk. Deze boeken komen tegemoet aan die kennisbehoefte, voor al diegenen die zich meer in de bodem(historie) willen verdiepen.

  • Bokhorst, Jan, Bodem onder het landschap. Ontdek het fundament van natuur en boerenland. Roodbont Publishers. 136 pag., 24,95 euro.
  • Koopmans, Chris e.a., Bodemsignalen. Praktijkgids voor een vruchtbare bodem. Roodbont Publishers. 96 pag., 21,90 euro.
ReactiesReageer