Naar de content

Eerbetoon aan belangrijkste Nederlandse bouwwerk

De Deltawerken vertelt bijzondere verhalen over Neerlands trots

Siebe Swart

Niet een gebouw of huis is het belangrijkste bouwwerk van Nederland, maar veertien dammen en waterkeringen die samen de Deltawerken vormen. Een prachtig vormgegeven boek vertelt de geschiedenis van dit technisch vernuft.

Op het eerste gezicht leek het een kabelbaan die je tijdens de wintersport naar de top van de berg brengt. Alleen zaten hierin geen skiërs en snowboarders, maar enorme betonblokken die met een plons in het water vielen om de Grevelingendam aan te leggen. Want op die manier werd een deel van dit Deltawerk gebouwd.

Ondanks dat tijdens de bouw van de kabelbaan een kabel brak, functioneerde het geheel prima en opende de Grevelingendam in 1965. Daarna werd de fameuze kabelbaan weggehaald, op een klein deel na dat nog altijd te zien is. Het is nu een eerbetoon aan de opmerkelijke manier van bouwen. De Grevelingendam maakt onderdeel uit van de Deltawerken. Ze werden aangelegd na de Watersnoodramp van 1953, die de bouw ervan een flinke duw in de rug gaf.

Egyptisch snaarinstrument

In totaal veertien nieuwe dammen en waterkeringen beschermen nu ons land tegen stormvloeden en grote overstromingen. Alle projecten worden stuk voor stuk besproken in het nieuwe boek dat eenvoudigweg De Deltawerken heet. Het begint bij de Algerakering, die tussen 1954 en 1958 werd gebouwd en eindigt bij de Maeslantkering die in 1997 in gebruik werd genomen. Het werd geschreven door Marinke Steenhuis. Ze is masterdocent aan Wageningen Universiteit en gespecialiseerd in landschapsarchitectuur. Zij werkte ook aan het boek De Haven van Rotterdam, dat Kennislink al eerder besprak.

Natuurlijk is er veel aandacht voor de paradepaardjes, waaronder de Haringvlietdam tussen Voorne-Putten en Goeree-Overflakkee. Een van de interessantste onderdelen daarvan zijn de nabal-liggers. Deze zijn vernoemd naar een Egyptisch snaarinstrument dat dezelfde vorm heeft. Maar uit de liggers van de Haringvlietdam komt natuurlijk geen muziek. Ze zijn zelfs niet zichtbaar, want zitten ingebouwd in de pijlers (de palen waarop een brug rust).

De Haringvlietsluizen en -dam, een van de blikvangers van de Deltawerken.

Siebe Swart

De verkeersweg rust op de nabla-liggers, daar rijdt je dus met de auto overheen als je het Haringvliet oversteekt. Zonder dit in het boek te lezen, had ik nooit van hun bestaan geweten en kende ik ook niet het interessante verhaal erachter. Ook mooi is de aandacht voor verdronken Zeeuwse stadjes in dit boek, die door de vele overstromingen op de zeebodem liggen. Het zijn stille getuigen van het vele waterleed in de regio.

Verbluffend beeldmateriaal

Tijdens het lezen krijg je nog meer bewondering voor de mannen en vrouwen die aan deze paradepaardjes van de Nederlandse waterbouwkunde werkten. Zulke grote constructies om het water buiten de deur te houden, waren nog niet eerder gemaakt. De ingenieurs gingen daarom slim te werk. Eerst bouwden ze de kleinere deltawerken om ervaring op te doen. Als ze meer wisten over of een bepaalde aanpak goed werkte, dan pasten ze het pas toe bij een ander Deltawerk. De interviews in dit boek met onderzoekers die de Deltawerken bedachten en aanlegden komen ook goed uit de verf.

Een kaart van de Deltawerken in België en Nederland.

De Deltawerken in zuidwestelijk Nederland.

OpenStreetMap.org

Maar dat geldt niet voor alles dat aan bod komt in dit boek. Hier en daar hadden de auteurs het wat sprankelender op mogen schrijven. Het boek komt bovendien traag op gang, omdat het begint bij de eerste Deltawerken, en die waren niet zo spectaculair. Bovendien is er niet veel aandacht voor kritiek. Er is verzet geweest vanuit Zeeland, onder meer tegen de invloed op het milieu van de Deltawerken, maar daarover valt weinig te lezen in dit boek. Het wordt wel aangestipt, maar komt niet helemaal goed uit de verf. Dat is jammer: meer en diversere stemmen zouden dit boek nog mooier en relevanter maken dan het nu al is.

Ondank deze kritische kanttekeningen is dit boek een aanrader. Het bevat veel informatie en het beeldmateriaal is verbluffend. Het is rijk gevuld met foto’s, tekeningen en blauwdrukken. Het is allemaal op een uitmuntende en overzichtelijke manier bijeen gebracht. Sinds ik het boek heb gelezen, ben ik al meerdere keren over een Deltawerk gereden en ik zie nu veel meer interessante dingen, zoals een deel van de kabelbaan die toch geen echte kabelbaan is, dan eerder.

Steenhuis, Marinke red., De Deltawerken, nai010 uitgevers,223 pagina’s, 44,95 euro.

ReactiesReageer