Naar de content

Biologie voor in bed, op het toilet of in bad

BBNC

Biologie is ieder moment van de dag overal om je heen en binnen in je. Dat wetenschapsjournalist Stephan van Duin gefascineerd in door de natuur en leven blijkt al uit zijn voorwoord. In de ruim honderd andere hoofdstukjes in zijn eerste boek ‘Biologie voor in bed, op het toilet of in bad’ laat hij steeds iets aan bod komen waar hij van onder de indruk is. Van complete ecosystemen tot aan beerdiertjes.

19 september 2013

Op alfabetische volgorde neemt Stephan van Duin de lezer mee door de wereld van de biologie. In hoofdstukjes van nog geen twee pagina’s laat hij je kort kennis maken met belangrijke personen, fenomenen en dieren uit de natuur. Hij begint bij achttiende-eeuwse wetenschapper Alexander von Humboldt die op ontdekkingsreis naar Midden-Amerika ging en eindigt bij treksprinkhaan zwermen die hun gewicht in groenvoer eten. Niet zo boeiend voor een bioloog zou je misschien zeggen, maar ik liet me toch verleiden om het te lezen. En ook voor vakidioten blijkt het boek nog nieuwe feitjes en interessante uitleg te bevatten.

Poep schieten en niezende vogels

Zo wist ik niet dat adéliepinguins een druk op hun anus kunnen zetten die vergelijkbaar is met wat er op een fust bier staat. Hierdoor kunnen ze hun poep een halve meter weg schieten. Of dat paarden niet over kunnen geven. Maar vogels wel kunnen niezen. Overigens een kleine kanttekening bij het meervalfeitje in dit rijtje (‘meervallen zijn de perfecte kweekvissen: ze gedijen het beste met heel veel exemplaren in een klein beetje water’): zet meervallen niet met heel veel óf heel weinig bij elkaar, dan worden het nog wel eens kannibalen.

Dit soort korte feitjes worden afgewisseld met hoofdstukjes met meer diepgang, zoals het hoofdstuk over epigenetica. Dat hoofdstuk legt o.a. uit wat epigenetische processen die onder invloed van omgevingsfactoren plaatsvinden voor een gevolgen kunnen hebben. Als een kind veel stress heeft, doordat hij mishandeld wordt door zijn ouders, zal hij daar letterlijk door getekend blijven. De vrijgekomen stresshormonen zorgen niet alleen voor een zichtbare reactie, maar prikkelen ook de epigenetische processen in de hersenen, waardoor die anders worden afgesteld.

Soms zijn de hoofdstukjes echter wel té kort en blijven ze steeds nieuwe interessante vragen oproepen. Tenminste, dat geldt voor mij. Zo wil ik natuurlijk weten welk buideldier er dan geen buidel heeft als er staat dat er buideldieren zonder buidel zijn. De buidelmiereneter blijkt er eentje te zijn. En hoe het afliep met de spinnen die de ruimte in werden gestuurd? Ook denk ik bij biologie meteen aan mooie afbeeldingen en die hadden in dit boek zeker niet misstaan.

Cymothoa exigua is een pissebedachtige die de tong van een vis overneemt.

Wikimedia Commons via CC BY SA 3.0

Pissebedtong

Mijn favoriete hoofdstuk gaat over de bizarre leefwijzen die parasieten soms kunnen hebben. Met als mooiste voorbeeld de pissebedachtige Cymothoa exigua die als larfje in zee rondzwemt op zoek naar de kieuwen van een vis. Daar klimt hij door naar binnen, loopt naar de keel en begint daar de bloedvaten van de tong af te tappen. Die krijgt zo geen bloedtoevoer meer en sterft dus af. Waarna de pissebed met zijn pootjes de stompjes van de tongspieren vastpakt, als een soort piloot in de vissenbek gaat zitten en beweegt zoals normaal de tong zou bewegen. Het is de enige parasiet, voor zover bekend, die een orgaan van een ander dier overneemt.

Biologie voor in bed, op het toilet of in bad is een vermakelijk, leerzaam en goed leesbaar boek dat je steeds weer even weg kunt leggen om het vervolgens weer in je tas te doen. Het blijkt niet alleen geschikt voor bovengenoemde locaties; op de bank, in de trein en op het strand misstond hij zeker niet.

Titel: Biologie voor in bed, op het toilet of in bad
Auteur: Stephan van Duin (met medewerking van Hidde Boersma en Jop de Vrieze)
Uitgever: BBNC
160 pagina’s EUR 9,95
ISBN 9789045315003