Naar de content

'Zwarte canon' komt als mosterd na de maaltijd

Boekenweek 2013: Gouden Tijden, Zwarte Bladzijden

In 2006 presenteerde een commissie onder leiding van neerlancicus Frits van Oostrom de canon van de Nederlandse geschiedenis. Vijftig ‘vensters’ die iedereen van onze geschiedenis zou moeten kennen. Nu, zeven jaar later, meent historicus Chris van der Heijden dat die canon veel te positief is. Als reactie schreef hij onlangs ‘De zwarte canon.’

De grenzen tussen goed en fout in de geschiedenis zijn altijd schimmig. De geschiedenis is subjectief en per definitie een interpretatie van de geschiedschrijver. Het verleden is niet zwart wit maar een grijze massa; het is een aaneenschakeling van mooie en minder mooie momenten. De taak van de historicus is niet oordelen maar een evenwichtig beeld van dit verleden laten zien. Dat is in het kort waar het in het werk van Chris van der Heijden steeds om draait.

Vanuit deze redenatie is Van der Heijden het niet eens met de manier waarop de canon van de Nederlandse geschiedenis zeven jaar geleden opgesteld is. Van de vijftig vensters in de canon zijn er slechts twee uitgesproken negatief – de slavernij en Srebrenica. Dat is logisch, als de overheid een canon subsidieert met als uitgesproken doel Nederlanders weer een positief gevoel over hun land te laten geven.

Maar eerst legt Van der Heijden uit dat elke nationale geschiedschrijving steeds maar weer ‘de neiging heeft het eigene als uitgangspunt te nemen en in een gunstig licht te plaatsen.’ Spanje, Frankrijk, Engeland, de VS. Overal is er een worsteling met de minder mooie kanten van de geschiedenis.

En overal doen nationale overheden, maar ook de pubieke opinie, hun best om de donkere kanten van het verleden weg te poetsen en de mooie kanten op te hemelen. Ook niet onlogisch, zo werkt de menselijke neiging nu eenmaal. Zeker in tijden dat nationalisme hoogtij viert, zoals de negentiende eeuw en de eerste driekwart van de twintigste eeuw.

Volgens van der Heijde komt de canon van de Nederlandse geschiedenis uit dit soort, gelukkig grotendeels achterhaalde denken voort. En in dat geval is het feitelijk een stap terug. ‘Een stap die beter niet gezet had kunnen worden.’ Tijd dus voor een zwarte canon, die als reactie op al het zoet nu eens het zuur beschrijft.

In de zwarte canon plaatst Van der Heijden minder fraaie passages uit de geschiedenis; onvermijdelijk de slavernij, de executie van Johan van Oldenbarnevelt, kinderarbeid (niet alleen verzet tegen kinderarbeid, zoals de ‘witte’ canon doet) collaboratie met jodenvervolging. Zaken die iedereen kent, maar waar de canon (te) weinig aandacht voor heeft.

Is dat nodig? Vanuit theoretisch oogpunt heeft Van der Heijden gelijk. Alleen het goede in de geschiedenis benoemen is onevenwichtig. Het Nederlandse verleden bestaat niet uit alleen hoogtepunten. Zonder zuur geen zoet, allemaal waar. Maar na talloze tv-series over de slavernij en de oorlog weet iedereen dat inmiddels wel. Van der Heijden’s werk is vooral een typische uitwas van de Nederlandse wegcijfer-cultuur. Wij Nederlanders dienen ons bescheiden op te stellen. Grote monumenten, trots of überhaubt groots denken doen wij hier niet.

De canon is inmiddels zeven jaar oud en wordt in het Nederlandse geschiedenisonderwijs nauwelijks toegepast. De vraag is dan ook wat het voor doel dient om desondanks de discussie over ons nationale collectieve schuldgevoel weer opnieuw aan te zwengelen. Eerlijke geschiedschrijving? Nu nog? Na alles wat er al aan herdenkingen, debatten en tv-series is geweest? Misschien had dit pleidooi iets eerder gemoeten.

Over Chris van der Heijden:

Chris van der Heijden is historicus en schrijver. Hij doceert aan de School voor Journalistiek in Utrecht. Van der Heijden publiceerde eerder Grijs Verleden: Nederland en de Tweede Wereldoorlog, een pleidooi tegen het goed-fout denken over de oorlog. Vorig jaar promoveerde hij op Dat nooit meer. De nasleep van de Tweede Wereldoorog in Nederland aan de Universiteit van Utrecht.

ReactiesReageer