Naar de content
Faces of Science
Faces of Science

Wetenschap doe je samen!

dokters met blauwe handschoenen aan geven elkaar een vuist
dokters met blauwe handschoenen aan geven elkaar een vuist
Freepik

Binnen de wetenschap draait alles om nieuwe kennis opdoen en zo de maatschappij verbeteren. Samenwerken is daarom logisch. Maar gebeurt dat ook echt altijd of blijft concurrentie toch belangrijk? 

30 juni 2025

De Nobelprijs is natuurlijk één van de grootste erkenningen voor een wetenschapper. Toch zie je vaak bij nobelprijzen dat er veel meer mensen betrokken zijn dan de één, twee of drie onderzoekers die uiteindelijk de prijs ontvangen. Zo zei bijvoorbeeld Françoise Barré-Sinoussi, die de Nobelprijs kreeg voor de ontdekking van het HIV-virus:

"Deze Nobelprijs is niet alleen voor mij. Hij is voor alle mensen die met mij hebben samengewerkt, en voor de patiënten die ons hebben geïnspireerd."

Deze woorden laten zien dat grote ontdekkingen meestal niet het werk zijn van één persoon, maar van een heel team.

doktoren werken samen en houden hun handen bij elkaar om teamwerk uit te beelden

Grote ontdekkingen zijn meestal niet het werk van één persoon, maar van een heel team.

Freepik

Samenwerken

Stel je voor: je zit op school en krijgt bij biologie de opdracht om een innovatief experiment te bedenken. Aan het eind krijg je er een cijfer voor. Je hebt een geweldig idee, waarvan je zeker weet dat je leraar onder de indruk is. Deel je dat idee dan meteen met je klasgenoten? Of hou je het liever voor jezelf, uit angst dat iemand anders ermee vandoor gaat? Die twijfel komt ook vaak voor in de wetenschap. Want wat als iemand jouw idee voor een onderzoek overneemt, het sneller uitvoert, en daarmee als eerste in een beroemd wetenschappelijk tijdschrift terechtkomt?

Onderzoekers willen graag hun werk in een belangrijk tijdschrift publiceren, het liefst met hun naam op de eerste plek. Dat helpt bij het krijgen van onderzoeksgeld, en is belangrijk als je bijvoorbeeld professor wil worden. Voordat een artikel wordt gepubliceerd, moet het eerst worden beoordeeld door andere wetenschappers. Dat heet peer review. Zij controleren of het onderzoek goed is uitgevoerd en of de conclusies kloppen. Zo wordt ervoor gezorgd dat er zo min mogelijk onzin of ‘nepnieuws’ in de wetenschap terechtkomt.

Scholier deel spiekbriefje of idee met klasgenoot

Zou jij je geweldige idee delen met je klasgenoten, of hou je het liever voor jezelf?

Freepik

Maar dit systeem heeft ook een keerzijde. Omdat er zoveel nadruk ligt op succes en positieve resultaten, worden negatieve uitkomsten – dus als iets níét werkt – vaak niet gedeeld. Stel je voor dat jouw experiment mislukt. Zou je dat dan trots aan de klas presenteren? Of verzwijgt je het liever en verzin je iets anders? In de wetenschap gebeurt dat ook. 

Onderzoekers publiceren liever iets dat goed gelukt is. Maar omdat ze de mislukking niet bekend maken, gaan andere onderzoekers soms hetzelfde mislukte experiment opnieuw doen, zonder te weten dat het al eens is geprobeerd. Dat kost tijd, geld en energie – en is makkelijk te voorkomen als we ook mislukkingen durven te delen en beter samenwerken. Want was het niet ons eigenlijke doel om nieuwe kennis op te doen en daarmee patiënten te helpen?

Jonge vrouw met labjas aan en erlenmeyers met verschillende kleuren vloeistof in haar hand kijkt geschrokken door een mislukt experiment

Stel je voor dat jouw experiment mislukt, presenteer je het dan nog trots aan je klas?

Freepik

Openheid

Ook binnen de wetenschap is het duidelijk dat het huidige systeem niet alleen voordelen heeft. Soms werkt het je zelfs tegen bij het vinden van nieuwe inzichten en het verbeteren van behandelingen voor zieke patiënten. Gelukkig verandert er veel: de wetenschap wordt steeds meer open en transparanter, wat we ook wel ‘Open Science’ noemen. Daarnaast ontstaan er steeds vaker grote samenwerkingsverbanden tussen universiteiten, ziekenhuizen en onderzoeksinstellingen. Zulke netwerken noemen we consortia. Ze maken het mogelijk om kennis sneller te delen en samen grotere stappen te zetten.

Een goed voorbeeld zagen we tijdens de COVID-19-pandemie. Deze ziekte was nieuw voor iedereen, en in het begin wisten we nauwelijks hoe we patiënten het beste konden behandelen. Wetenschappers vroegen zich af: werkt medicijn A, B of C het beste? Ze moesten dus snel veel betrouwbaar bewijs verzamelen. 

Daarom zetten ze bijvoorbeeld de RECOVERY Trial op, een grootschalig internationaal onderzoek met meer dan 47.000 patiënten. Wetenschappers uit verschillende landen werkten samen, deelden hun resultaten en data in ;real time’, en publiceerden ook transparant wat wel en wat niet werkte. Zo ontdekten ze bijvoorbeeld ook dat sommige medicijnen géén positief effect hadden op ernstig zieke COVID-patiënten. Dankzij deze transparante samenwerking konden artsen wereldwijd sneller betere keuzes maken – en dat heeft levens gered.

Antonia Becker en Emy van der Valk Bouman steken allebei een duim op en lachen

Wij doen een duo-PhD.

Antonia Becker en Emy van der Valk Bouman voor NEMO Kennislink

Duo-PhD

Wij – Emy en Antonia – doen samen één promotietraject (PhD). Dat is best bijzonder, want de meeste mensen kennen deze constructie niet. Vaak krijgen we de vraag: “Hoe werkt dat dan, samen promoveren?” Na twee en half jaar samenwerken kunnen we zeggen: het werkt geweldig! Ook wij hebben in de wetenschap veel onnodige concurrentie ervaren. Bijvoorbeeld over wie als eerste auteur op een artikel mag staan, of over het delen van data en kennis. 

In ons geval draait het juist niet om concurrentie maar om samenwerking! Onze ‘duo-PhD’ werd bedacht door onze begeleider, dr. Markus Klimek. Tijdens onze sollicitatie zag hij meteen dat wij goed bij elkaar zouden passen. En hij had helemaal gelijk! Zo zeggen mensen wel een tegen ons “bij jullie is 1 + 1 = 3”, wat we ook supra-additive synergie noemen en daar zijn wij het zelf mee eens. Samen staan we veel sterker dan alleen.

Natuurlijk leren we allebei om zelfstandig onderzoek te doen, maar samenwerken heeft veel voordelen. Zo controleren we altijd elkaars werk, want vier ogen zien meer dan twee. We bespreken onze ideeën uitgebreid, stellen elkaar vragen en denken kritisch met elkaar mee. Ook houden we elkaar gemotiveerd, juist op de momenten dat het even lastig is. We stellen samen deadlines, dagen elkaar uit en bieden steun als het nodig is. 

Het voelt een beetje als samen leren voor een belangrijke toets of het voorbereiden van een presentatie. Je haalt meer uit jezelf als je het samen doet. Daarnaast werken we ook met andere onderzoekers samen, bijvoorbeeld met onderzoekers van sociologie. Die samenwerking is super waardevol. We leren van elkaars vakgebied en komen op ideeën die we anders misschien nooit hadden onderzocht.

Emy van der Valk Bouman en Antonia Becker aan de kust

Je haalt meer uit jezelf als je het samen doet.

Antonia Becker en Emy van der Valk Bouman voor NEMO Kennislink

Elke samenwerking – of dat nu met z’n tweeën is of met een groter team – is voor ons een verrijking. Niet alleen voor het onderzoek, maar ook voor onze persoonlijke groei. Onze conclusie? Sta open voor samenwerking en geef het altijd een kans. Want: wetenschap doe je samen!