Naar de content

'We hamsteren wc-papier omdat we elkaar volgen'

Interview met hoogleraar humanisme en filosofie Joachim Duyndam

Unsplash, nrd via CC0

De uitbraak van het nieuwe corona-virus heeft duidelijk een weerslag op de maatschappij. Zoals thuiswerken, minder met het OV reizen én onnodig toiletpapier hamsteren. NEMO Kennislink legt dit laatste gedrag voor aan hoogleraar Joachim Duyndam, onderzoeker op het gebied van navolging.

De overheid roept op om vooral niet te hamsteren, maar toch zijn de rollen toiletpapier, ontsmettingsmiddelen en bonen in blik niet aan te slepen. Hoe is dit gedrag te verklaren? Hoogleraar humanisme en filosofie aan de Universiteit voor Humanistiek Joachim Duyndam ziet hierin een duidelijke illustratie van de zogenoemde ‘mimetische theorie’.

De mimetische theorie is afkomstig van de Frans-Amerikaanse filosoof René Girard (1923-2015), het woord ‘mimetisch’ stamt van het Griekse woord mimesis, dat imiteren of nabootsen betekent. De theorie stelt dat interesse besmettelijk is, interesse in wat-dan-ook. “Wanneer een ander iets wil hebben, wordt het verlangen om het ook te hebben gewekt en gevoed. In de originele theorie wordt dat ‘begeerte’ genoemd, maar ik spreek liever van interesse, omdat het niet alleen om het verkrijgen van objecten gaat”, zegt Duyndam.

Kan je een voorbeeld daarvan geven?

“Stel je loopt in een museum en kijkt naar één bepaald schilderij, dan zul je zien dat er snel anderen bij komen. Het wordt interessant, omdat er al iemand interesse in toont. Jouw muzieksmaak heeft minder te maken met de kwaliteit van die specifieke muziek, dan met de groep waartoe jij wil behoren. Het overnemen van die behoefte of nieuwsgierigheid is ook sterker wanneer iemand die je waardeert het doet. Zo wordt diegene een soort ‘model’ voor jouw behoeftes. Het is niet een fijne theorie om te horen, want het strookt niet met het zelfbeeld dat heerst vandaag de dag. Het idee van de autonome mens die zelfstandig beslissingen maakt wordt bevraagd.”

Is de theorie juist nu relevant? Nu wc-papier wordt gehamsterd, wat ook een vorm van kopieergedrag is?

“Ik zou zeggen dat deze theorie altijd relevant is, maar specifiek in een uitzonderlijke tijd als deze, omdat het kan verklaren wat we zien gebeuren. De theorie stelt dat het menselijke altijd zorgt voor conflict. Als je telkens alles van de ander begeert, is er een constante staat van strijd. De huidige situatie rondom de uitbraak van het nieuwe corona-virus leent zich daarom erg goed om zowel de theorie te illustreren, als het gedrag dat we zien te verklaren.”

“Het hamsteren van wc-papier is daar inderdaad een voorbeeld van. Veel mensen vragen zich af: waarom koopt iedereen wc-papier? Is voedsel nu niet veel belangrijker? Maar zodra je ziet dat mensen om je heen het kopen, wordt de drang om het zelf ook aan te schaffen gewekt, en steeds groter. Zeker als het mensen zijn die je waardeert. Daarbij komt dat dit gedrag een soort houvast geeft in een chaotische situatie. Je wil je voorbereiden op een uitzonderlijke situatie en je krijgt nu een focus aangereikt: wc-papier is het ‘begeerlijke ding’ en dat wil je koste wat kost bemachtigen.”

“Een tweede reden waarom deze theorie erg relevant is, is het zondebokmechanisme. Girard stelt dat om de orde te bewaren in een conflictueuze situatie er steevast een zondebok aangewezen wordt. Die wordt dan verstoten of in een erger geval geweld aangedaan. Ook dat geeft houvast voor de groep die niet tot de zondebok behoort. Daarmee is de ‘schuld’ van de crisis geïdentificeerd en ‘opgeruimd’.”

Is dat ook iets dat je nu ziet gebeuren?

“Toen het corona-virus net in Nederland was, zag je racistische handelingen tegenover mensen met een Aziatische afkomst. Er werden grappen gemaakt, maar mensen werden ook bespuugd en zelfs geweld aangedaan. Dat laat zien hoe gevaarlijk dat zondebokmechanisme kan zijn. Nu we verder zijn in de crisis, zie je ook dat mensen op zoek gaan naar een nieuwe zondebok. Dat kunnen dan bijvoorbeeld de mensen zijn die hamsteren, of diegenen die tóch dat biertje samen drinken. Afhankelijk van in welke groep jij je bevindt.”

Is de mimetische theorie dan bij uitstek geschikt om crisissituaties te duiden?

“Het is nu een manier om het gedrag we zien te verklaren. In crisissituaties is dat gedrag misschien duidelijker, maar we vertonen het net zo goed als er geen crisis is.”

Is het mogelijk voor mensen om dit mimetische gedrag niet te vertonen?

“Dat is deels mogelijk. René Girard zelf is er vrij pessimistisch over. Hij stelt dat er een constante staat van conflict en gewelddadigheid heerst, en mensen zich niet kunnen ontdoen van dit gedrag. Ik ben daar zelf iets optimistischer in: ik denk dat we wel degelijk weerstand kunnen bieden aan deze mimetische neiging.”

Wat zijn bijvoorbeeld manieren om dat te doen?

“De eerste stap is denk ik het herkennen van de neiging in jezelf en deze actief proberen tegen te gaan. Dit kan je bijvoorbeeld doen door een rolmodel uit te kiezen. Dat is iemand wiens begeerte je niet overneemt – dus je imiteert niet – maar wiens optreden je als inspiratie ziet voor je eigen gedrag. Maar dat is niet iets dat alleen op individueel niveau werkt, je hebt eigenlijk als maatschappij zo’n rolmodel nodig. Dat is ook waarom de roep om leiderschap in tijden als deze zo groot is. Kijk naar de toespraak van Mark Rutte gisteren: het ging niet eens specifiek om wat hij zei maar dat hij het zei. Er ligt dus een belangrijke taak voor de leiders van het land. Ook zie ik een belangrijke rol voor de media weggelegd.”

“Zij zijn nu van enorm groot belang. De media zijn namelijk bij uitstek mimetisch van aard. Ze laten ons de wereld zien, en laten dus ook de begeertes van anderen zien. Dat zie je bij het hamsteren: door het laten zien van lege schappen en de rollen wc-papier die mensen meenemen, creëren ze een sterkere begeerte.”

Moeten media dan lege schappen en dergelijken niet laten zien?

“Jawel, want het is zeker niet wenselijk als media niet meer vrijuit verslag kunnen doen. Maar ze moeten zich wel bewust zijn van hun rol: als je lege schappen laat zien, toon dan ook dat op andere plekken genoeg voedsel te vinden is. Er ligt juist nu ook een verantwoordelijkheid bij de media om orde te scheppen, om mensen dus die houvast te geven.”

Wat zijn de praktische gevolgen van deze theorie tijdens de huidige gezondheidscrisis?

“Het kan handvatten geven. Door te erkennen dat de neiging tot imiteren ook in jou zit, kun je actief verzet bieden. Dan haal ik nogmaals het voorbeeld van het wc-papier aan. Het is logisch dat je de neiging voelt, erken dat, en bedenk dat je meer kunt zijn dan de begeerte van de ander. Daarnaast is het dus juist in deze tijd belangrijk om naar een goed rolmodel te kijken: wie inspireert jou om het juiste te doen? Maar eigenlijk ligt de focus juist niet op het individu, maar op de groep. Wij als maatschappij hebben nu leiderschap nodig, maar ook meerdere visies en verhalen waardoor we niet allemaal hetzelfde gedrag zullen vertonen. Zo kunnen we als sociale groep weerstand bieden: en die veerkracht is het antwoord op de mimetische druk die we voelen.”

ReactiesReageer