Uitgelicht door de redactie
Geowetenschappen
‘We hebben een hoopvol toekomstbeeld nodig’
Geowetenschappen
Dromen over wat er wél kan
Informatica
Tot op de microseconde nauwkeurig
Uitsterven is van alle tijden. Vroeg of laat sterft elke soort uit door een vulkaanuitbarsting, klimaatverandering, ziektes of ijstijden. Die soort wordt opgevolgd door een andere soort die beter is aangepast aan een nieuwe, veranderde omgeving. Dat hoort bij het leven. Intussen zijn ook veel soorten door de mens uitgestorven: sommige in de prehistorie, andere in de recente geschiedenis.
Het leven op aarde zag er tienduizend jaar geleden een stuk rijker uit. Rare beesten liepen er rond, ook in Europa. Daarnaast bedachten we in onze verhalen ook een hoop nieuwe dieren die nooit hebben bestaan: in sprookjes, mythes en legendes jagen monsters ons de stuipen op het lijf, of worden we betoverd door fabeldieren.
Weet jij het verschil tussen fossiel en fictie? Welke van onderstaande dieren hebben echt bestaan, en welke zijn verzonnen? Doe de quiz!
Let op: na het aanklikken van het antwoord moet je zelf met het pijltje rechtsboven naar de volgende slide gaan. De quiz gaat niet automatisch verder.
Heeft dit dier echt bestaan?
Quagga: uitgestorven
De quagga was een ondersoort van de steppezebra en leefde in Zuid-Afrika. Het bijzondere is dat deze zebra alleen strepen had op de voorste helft van zijn lichaam. De achterste helft miste strepen en was geel of bruin van kleur. Europese kolonisten schoten de quagga massaal af om plaats te maken voor hun eigen schapen en geiten. In zeventig jaar tijd verdween het dier van de Zuid-Afrikaanse vlaktes, waar er ooit vijftigduizend leefden. In 1883 stierf de laatste quagga in het Amsterdamse Artis. DNA-onderzoek toonde pas een eeuw later aan dat de quagga geen aparte soort was, maar een ondersoort van de steppezebra. Sindsdien is er een fokprogramma om Burchell-zebra’s (ook een steppezebra-ondersoort) te fokken die qua uiterlijk lijken op de quagga – hoewel ze genetisch nooit hetzelfde zullen zijn. De Rau Quagga, genoemd naar initiatiefnemer Reinhold Rau, draaft inmiddels rond in reservaten in het oorspronkelijk leefgebied van de quagga.
Heeft dit dier echt bestaan?
Siciliaanse dwergolifant: uitgestorven

Deze schattige mini-olifant werd nog geen meter hoog, het formaat van een shetlandpony. Hij stamt af van de Pleistocene bosolifant op het Europees vasteland, een olifant met rechte slagtanden die maar liefst vier meter hoog werd. Eenmaal op Sicilië en Malta werd de olifant steeds kleiner. Ondanks zijn kleine formaat groeide de Siciliaanse dwergolifant net zo traag als de huidige olifanten: pas na vijftien jaar was een kalf volwassen. De fossielen van deze olifant komen uit het midden-Pleistoceen, dat 126.000 jaar geleden eindigde. Ook op andere eilanden in de Middellandse Zee kwamen in die tijd dwergolifanten en zelfs dwergmammoeten voor, zoals de Kretenzer dwergmammoet van 1,1 meter hoog, afstammend van de zuidelijke mammoet op het vasteland. Vermoedelijk zijn de dwergen uitgestorven toen de eerste mensen op de eilanden aankwamen. De schedels van olifanten hebben een groot gat, wat de oude Grieken wellicht op het idee bracht van een mythische eenogige reus: de cycloop.
Heeft dit dier echt bestaan?
Chimaera: verzonnen
De chimaera is een mythisch dier dat bestaat uit onderdelen van verschillende bestaande dieren. Voor de oude Grieken had het de kop van een leeuw, het lijf van een geit en de staart van een slang; voor de Etrusken had het de kop van een geit, het lijf van een leeuw en aan de staartkant een slangenkop. In de moderne biologie wordt de term ‘chimaera’ gebruikt voor een organisme dat bestaat uit meerdere genotypen (erfelijke informatie). In bomen kun je bijvoorbeeld een tak hebben met anders gekleurde bladeren dan de rest: dat komt door een mutatie in de tak. Ook bij mensen komt het in zeer zeldzame gevallen voor; mogelijk ontstaat het door het versmelten van verschillende embryo’s.
Heeft dit dier echt bestaan?
Siberische eenhoorn: uitgestorven
De eenhoorn, een dier met één grote hoorn, heeft echt bestaan. Het was alleen geen paard, maar een neushoornsoort in Siberië. Het dier werd bijna 2 meter hoog en 4 meter lang, en had midden op zijn kop een grote hoorn van ivoor. Het stierf zo’n veertig- tot dertigduizend jaar geleden uit, toen het klimaat veranderde en de permafrost oprukte ten koste van de droge steppe, het leefgebied van de eenhoorn.
Heeft dit dier echt bestaan?
Moa: uitgestorven
Ooit liep er op Nieuw-Zeeland een grote neef van de kiwi rond. Verspreid over de eilanden leefden negen tot elf soorten plantenetende loopvogels, de moa’s. Deze vogels zijn hun vleugels als enige vogels in de evolutie volledig verloren – ze hadden zelfs geen vleugelbotjes meer. Zonder andere grote herbivoren konden de moa’s reusachtig worden. De grootste soort is de reuzenmoa, die tot 3,6 meter hoog werd. Moa’s moesten niettemin uitkijken om niet ten prooi te vallen aan ’s werelds grootste arend ooit: Haasts arend met een spanwijdte van 2,6 meter. Met de komst van de Polynesiërs (de voorouders van de Maori) rond 1300 stierven de moa’s binnen anderhalve eeuw uit door jacht, ontbossing en geïntroduceerde honden. De arend joeg mogelijk ook op mensen, maar zonder moa’s als hoofdvoedsel verdween ook deze reus van de aardbodem.
Heeft dit dier echt bestaan?
Narwal: leeft
Dit dier ziet er misschien raar uit, maar het heeft echt bestaan – en bestaat nog steeds! Een instinker dus. De narwal zwemt wijdverspreid rond in de Noordelijke IJszee. Het is een tandwalvis, die nauwe familie is van de beloega. Hij wordt wel de eenhoorn van de zee genoemd, maar de olifant van de zee zou een betere benaming zijn. De eenhoorn op zijn kop is namelijk geen hoorn, maar een uitgegroeide tand. Bij mannetjes groeit de linkerhoektand van de bovenkaak uit tot een slagtand van wel 3 meter lengte. Slechts zelden groeit de tand zowel rechts als links uit en heeft een narwal dus twee slagtanden. De slagtand blijkt een gevoelig zintuig te zijn, dat ze mogelijk gebruiken in communicatie met elkaar en jacht op vis. In vroeger tijden werd de slagtand van de narwal vaak verkocht als een hoorn van de eenhoorn.
Heeft dit dier echt bestaan?
Draak: verzonnen
Draken bestaan niet, maar toch komen ze in allerlei oude verhalen over de hele wereld voorbij. Soms is het een gevleugeld reptiel, soms een reusachtige slang. Sommige wetenschappers denken dat mensen hun inspiratie haalden uit grote fossiele botten van dinosauriërs of andere prehistorische dieren, of uit overdreven versies van bestaande reptielen. Als eerbetoon aan de mythische monsters dragen verschillende bestaande dieren wel de naam ‘draak’, zoals de vliegende draakjes van het geslacht Draco, kleine hagedissen rond de 20 centimeter lang in de tropen van Zuidoost-Azië. Met hun verlengde ribben kunnen ze twee huidflappen uitspreiden als vleugels en een glijvlucht van wel 60 meter maken. Mensen hebben daarvan niets te vrezen, mieren wel.
Heeft dit dier echt bestaan?
Reuzenalk: uitgestorven
We kennen allemaal de pinguïns van de Zuidpool, maar het woord ‘pinguïn’ stamt af van het Keltische woord voor de reuzenalk, een niet-vliegende zeevogel van het noordelijk halfrond. De reuzenalk kwam wijdverspreid voor in de noordelijke Atlantische Oceaan. Aan het einde van de zestiende eeuw was hij echter nog maar op een paar eilanden te vinden. Europese zeevaarders plunderden de broedkolonies stuk voor stuk als bevoorrading voor hun reis en voor het dons. Uiteindelijk bleef één broedpaar over op het IJslandse eiland Eldey, met één ei. In juni 1844 werden beide vogels doodgeknuppeld voor een verzamelaar. Daarbij sneuvelde het ei.
Heeft dit dier echt bestaan?
Chupacabra: verzonnen
Dit dier zou het in Midden-Amerika en het zuidwesten van de VS gemunt hebben op schapen en geiten. Het zou vooral hun bloed drinken – vandaar de naam, die geitenzuiger betekent in het Spaans. Het uiterlijk van de vampier verschilt per regio: in de verhalen uit Midden-Amerika zou het gaan om een groen alien-achtig reptiel met stekels op de rug dat springt als een kangoeroe, in de VS om een kale hondachtige met scherpe ruggengraat en uitpuilende ogen. De gevallen uit de VS en noordelijk Mexico zijn tot nu toe geïdentificeerd als coyotes met schurft, waardoor ze deels kaal worden. Het reptielwezen uit Midden-Amerika berust waarschijnlijk op de alien in de horrorfilm Species uit 1995.
Heeft dit dier echt bestaan?
Gomphotheer: uitgestorven
Gomphotherium is een slurfdier uit de zusterfamilie van de olifanten, en van hetzelfde formaat. Deze slurfdieren hadden niet twee, maar vier slagtanden: twee aan de bovenkaak en twee aan de onderkaak. De slagtanden wezen recht vooruit en de dieren gebruikten ze waarschijnlijk om voedsel te zoeken en ter verdediging. Tot vijf miljoen jaar geleden kwamen ze voor in Noord-Amerika. Daarna werd hun plek overgenomen door andere soorten. De familie van gomphotheriën bleef bestaan tot zo’n 11.700 jaar geleden in Eurazië. Voedselgebrek, jacht door de mens en klimaatverandering speelden mogelijk een rol bij hun uitsterven.
Heeft dit dier echt bestaan?
Samotherium: uitgestorven
De giraf staat bekend om zijn lange nek, maar ooit leefden er giraffen met een veel kortere nek. Tot in het Plioceen (tot 2,5 miljoen jaar geleden) wandelde Samotherium door Europa, Azië en Afrika. Deze giraf was ongeveer 2 meter hoog tot de schouder en had een nek van 1 meter lang. De giraffen van vandaag hebben een nek van 2 meter lang, die ze gebruiken om bij bladeren aan hoge bomen te komen. Samotherium at waarschijnlijk zowel blad als gras.
Heeft dit dier echt bestaan?
Gouden pad: uitgestorven
Deze goudkleurige pad bestond echt en leefde in het nevelwoud Monte Verde op Costa Rica. De mannetjes zijn feloranje, de vrouwtjes zwart met rode en gele vlekken. De Amerikaan Jay Mathers Savage ontdekte de soort in 1967 en dacht dat iemand ze in de oranje verf had gedoopt. Twintig jaar later waren er nog 1500 dieren, maar in de twee jaar erna liep hun aantal terug tot één mannetje. Sindsdien is de soort niet meer gezien. De oorzaak van uitsterven is onduidelijk: het kan komen door klimaatverandering, zure regen door de nabije vulkaan of de dodelijke schimmelziekte die wereldwijd amfibieën bedreigt.
Heeft dit dier echt bestaan?
Eenhoorn: verzonnen
De eenhoorn stamt al uit verhalen uit de Oudheid. De eerste versie uit Azië was een goddelijke gazelle met een hoorn. De oude Grieken beschreven het daarna als een grote witte ezel met paars hoofd, blauwe ogen en een hoorn in wit, rood en zwart. Dat paard kreeg bij de Romeinen een zwijnenstaart, olifantspoten en een hertenkop met zwarte hoorn – bijna een neushoorn. In de Middeleeuwen groeide het dier door het christendom uit tot een symbool van kuisheid en maagdelijkheid, omdat alleen een maagd het woeste dier zou kunnen vangen. Tegen die tijd had het de gedaante van een wit paard of witte geit met een rechte hoorn met schroefdraad. De gemalen hoorn zou geneeskrachtig zijn, en er was grote vraag naar. Omdat het dier niet bestond, werd de geschroefde slagtand van de narwal tegen hoge prijs verkocht als eenhoorn. Tegenwoordig heeft de eenhoorn alle kleuren van de regenboog en staat het symbool voor de queergemeenschap.
Heeft dit dier echt bestaan?
Tasmaanse buidelwolf: uitgestorven
De Tasmaanse buidelwolf lijkt op een wolf met tijgerstrepen, maar is er totaal geen familie van. Het was een buideldier dat het meest verwant was aan de Tasmaanse duivel. Ooit kwam het roofdier voor op Tasmanië, Australië en zelfs Nieuw-Guinea, maar toen de Europese kolonisten zich rond 1800 in Australië vestigden, kwamen ze alleen nog voor op Tasmanië. Ze beschuldigden het dier ervan schapen en pluimvee te doden, maar dit was waarschijnlijk onterecht. Niettemin was het reden voor de regering, jagers en boeren om het dier intensief te vervolgen. Na 1900 was het dier al extreem zeldzaam geworden, en in 1920 schoot een boer de laatste wilde buidelwolf. Het allerlaatste vrouwtje stierf in 1936 in de dierentuin van Hobart, de hoofdstad van de Australische deelstaat Tasmanië.
Heeft dit dier echt bestaan?
Vliegend paard: verzonnen
Helaas, het vliegende paard is een verzonnen dier. Het bekendste vliegende paard is Pegasus uit de Griekse mythen. Het werd geboren uit Medusa’s bloed toen de held Perseus haar onthoofdde – zo gaat dat vaker bij de oude Grieken. Een andere held, Bellerophon, temde het paard en versloeg de Chimaera ermee. Daarna vloog hij naar de Olympus. De goden lieten Pegasus steken door een daas en Bellerophon stortte neer van het paard. Pegasus kwam wel aan bij de goden en draagt sindsdien de donder en bliksem van Zeus.
Ga met het pijltje rechtsboven naar de volgende slide.
Dit artikel is een publicatie van
NEMO Kennislink.
© NEMO Kennislink,
sommige rechten voorbehouden