Wil je filosofie studeren of als filosoof werken, dan moet je van een omweggetje houden. Maar die filosofische dwaalsporen en zijwegen brengen je vaak op hele interessante gedachten!
Soms komt de nodige schop onder de kont uit onverwachte hoek. Bijvoorbeeld uit de Duitse stad Jena in de late achttiende eeuw. Zo lag ik laatst wat te luieren op de bank, lezend uit een boek dat ik had rondslingeren:
"Ik moet me uit duisternis en sluimer bevrijden, wil ik uiteindelijk niet gedwongen worden mijn toevlucht te zoeken tot duffe berusting, waarin men zich troost met andere onmondigen en machtelozen, de wereld draaien laat zoals ze draait, en de teloorgang en opkomst van waarheid en recht, het bloeien en verwelken van de kunst, de dood en het leven van alles wat mensen, als mensen interesseert, vanuit zijn schuilplaats met kalmte gadeslaat. Liever het graf dan deze toestand!"
Deze woorden komen uit een brief van de Duitse dichter Friedrich Hölderlin, die hij vanuit Jena schreef aan zijn vriend Christian Neuffer in november 1794. In de brief spoort Hölderlin zichzelf aan om zijn krachten slim in te zetten om niet in ‘duffe berusting’ te eindigen, oftewel, luierend op de bank. ‘Precies dat, Friedrich!’ riep ik vanuit mijn eigen horizontale positie op de sofa. Mijn eigen doffe berusting kreeg voor de gelegenheid een poetsbeurt.

De Duitse dichter Friedrich Hölderlin.
Franz Carl Hiemer via WikipediaDe brieven van Hölderlin had ik geleend uit de bibliotheek in de hoop dat ik er iets mee kon voor mijn onderzoek. Dat bleek niet zo te zijn. Maar onderzoek doen wordt juist leuk door alle nutteloze dwaalsporen, zijwegen en bijvangst, zoals de pep talks uit de brieven van een oude Duitse dichter. Ode aan het dwaalspoor als de kers op de taart van de wetenschap!
Denken is dwalen
Als academisch filosoof ben je veel bezig met nadenken, argumenten analyseren, teksten lezen en deze bekritiseren. Uiteindelijk gebruik je al deze kennis om artikelen of boeken te schrijven, waarin je commentaar levert op oude teksten, nieuwe ideeën uitwerkt, of concepten toepast op actuele vraagstukken. Het is nuttig voor je collega’s als jouw teksten geen omwegen nemen. Kort en krachtig is beter dan oeverloos gezwets.
Maar filosofisch onderzoek zelf is in werkelijkheid nooit kort en krachtig. Filosofische gedachten schieten niet in één rechte lijn van vraag naar antwoord als een dartpijl naar de roos. Denken is dwalen.
Dat komt onder andere doordat de filosofie al meer dan tweeduizend jaar oud is. Uit deze geschiedenis put je als filosoof vandaag nog steeds. Andere wetenschappen werken met ‘de laatste inzichten’, maar voor een filosoof is wat Plato gezegd heeft even inspirerend als een recent artikel. De filosoof Paul Ricoeur schrijft zelfs dat filsoofen alle boeken uit de geschiedenis tegelijkertijd open hebben liggen.
Als je begint te lezen in teksten uit deze geschiedenis, dan kun je niet anders dan dwalen en verdwalen. Je weet nooit zeker wat je moet lezen of begrijpen om een artikel af te maken. Soms dacht je één kant op te willen gaan, maar dan lees je een tekst – die prima duizend jaar oud kan zijn – die gehakt maakt van jouw intuïties en dan begin je opnieuw. Dit slingeren hoort wezenlijk bij de filosofie, zelfs als de argumentatie van academische artikelen zich kaarsrecht lijkt te ontwikkelen.

Wil je filosofie studeren of als filosoof werken, dan moet je van een omweggetje houden.
FreepikDoodlopende straatjes
Vanwege al dit slingeren, dwalen en verdwalen is het als filosoof dus wel nuttig als je geduldig bent. Wil je filosofie studeren of als filosoof werken, dan moet je van een omweggetje houden. Natuurlijk is het goed om gerichte teksten te schrijven waar je collega’s wat aan hebben, maar je moet ook genieten van de onverwachte vondsten, van alles wat je tegenkomt, maar niet gebruikt.
In mijn proefschrift dus geen woord over Hölderlin, op wiens spoor ik kwam via een referentie van een referentie in een artikel. Het was als academicus eigenlijk zinloos om mij te verliezen in zijn biografie en gedichten – alhoewel ik daar pas gedurende het lezen achterkwam. Maar als mens was het betekenisvol en kwam Höldelrins motivational speech op een moment dat ik het nodig had.

Je moet als filosoof ook genieten van de onverwachte vondsten die je onderweg tegenkomt.
FreepikAls je dus het geduld opbrengt, is het goed vertoeven in de stegen en achterwegen van de filosofie. Je vindt er wat je niet zocht. En als je mij nu niet kunt vinden in mijn kantoor op de campus, zoek mij dan maar in de doodlopende straten van de filosofie, waar je nog romantische dichters tegenkomt die je met een Duits accent levensadviezen toefluisteren. Ik hoop je daar ook eens te treffen.