Naar de content

Net als Kapitein Ortega

Een close-up van onderzoeksschip Pelagia.
Een close-up van onderzoeksschip Pelagia.
NICO expeditie - Edda Heinsman

‘29 april 2018’ schrijf ik in in mijn notitieblok. En meteen voel ik me als kapitein Ortega. Je weet wel, die van de Snorkels. Kapitein Ortega stuit diep in de zee op een ‘wondere wereld vol kleine onderwater-wezens’, en dat is precies waar wij naar op zoek gaan. Op een onwaarschijnlijke plek: in de koude donkere diepzee, op zo’n anderhalve dag varen vanaf Ierland.

Ik bevind me aan boord van onderzoeksschip de Pelagia, ik mag mee met de NICO-expeditie. In tegenstelling tot Kapitein Ortega gebruik ik geen ganzenveer, maar mijn notitieblok kan ik met een beetje gevoel voor romantiek best omschrijven als ‘scheepsjournaal’. Door een enkele patrijspoort schijnt wat licht de hut binnen. Nu is het uitzicht nog de haven van de Ierse stad Galway, morgen varen we uit, op naar het avontuur.

De wezens waar we naar zoeken zijn koralen. Koudwaterkoralen om precies te zijn. Dat deze diertjes niet alleen in verre tropische bestemmingen, maar ook in onze eigen koude achtertuin leven, is nog helemaal niet zo lang bekend. Vissers vonden al wel stukken koraal in hun netten, maar dat het om zulke enorme velden gaat, langs het hele Europese continentale vlak, dat is pas bekend sinds eind jaren negentig toen de eerste wetenschappelijke expedities opgezet werden.

Koudwaterkoralen

zijn bijna overal ter wereld te vinden. In Europa groeien ze langs het hele continentale vlak, van Noorwegen tot Portugal. Ze groeien op dieptes tussen de 150 en 1500 meter. Ze varieren in grootte van centimeters tot meters. Sommige soorten maken riffen. Kleuren lopen uiteen van wit, bruin en rood, zelfs gestreept. Ze groeien heel langzaam, zo’n millimeter per jaar. Er zijn koudwaterkoralen gevonden van duizenden jaren oud.

Hoe kan het dat die koudwaterkoralen op zo’n onvriendelijke plek leven? Het is er koud, er is geen licht, dus waar groeien ze van? Ecoloog Dick van Oevelen van het NIOZ houdt zich al jaren bezig met die vraag. Vorig jaar heeft hij tijdens een expeditie een aantal meetinstrumenten in de oceaan geplaats. Nu vaart hij uit, met als missie de instrumenten weer op te halen en onderweg zoveel mogelijk metingen te doen. Gaat het lukken de instrumenten weer terug te vinden en hebben ze een jaar lang hun werk gedaan? Het belooft een spannende tocht te worden.

Kapitein Ortega brengt het er in de Snorkels niet al te best vanaf, hij zinkt met zijn schip. Gelukkig hebben wij andere methoden om de onbekende wezens van dichtbij te leren kennen. Het schip staat vol met apparatuur waarmee we metingen gaan doen, monsters gaan verzamelen en misschien zelfs videobeelden maken van wat er leeft op de oceaanbodem. Want die wereld van die kleine onderwaterwezens, wat zou het mooi zijn als we daar meer over kunnen ontdekken.

Een rode container wordt aan boord gehesen van onderzoeksschip Pelagia.

De laatste container vol apparatuur wordt aan boord gehesen van onderzoeksschip de Pelagia voor vertrek uit de haven van Galway.

NICO expeditie - Edda Heinsman

Voor wie het niet meer weet, of het gemist heeft, de begintune van de Snorkels.

“Ik ontdekte het scheepsjournaal van kapitein Ortega in een klooster dat uitkijkt over de zee. In de ochtend van de 16e februari 1634 legde Ortega zijn schip voor anker achter een koraalrif. Dezelfde nacht nog werd hij aangevallen door piraten. Het in brand geschoten schip zonk op de zeebodem. Tien dagen later werd de kapitein half bewusteloos op het strand gevonden, het scheepsjournaal nog in de arm geklemd. Hij beschreef daarin een wereld van kleine onderwater-wezens, niet veel groter dan zijn duim. Niemand geloofde hem, maar weet je? Ik denk, dat het verhaal van kapitein Ortega best eens waar kan zijn.”

ReactiesReageer