Naar de content

Nederlandse scholieren plekje omhoog in wiskunderanglijst

Judy Baxter, Flickr

Nederlandse scholieren deden het het afgelopen jaar iets beter in vergelijking met andere landen. Dat blijkt uit de nieuwste cijfers van de internationale onderwijs-graadmeter PISA, die gisteren verschenen. Nederland stijgt op het gebied van wiskunde één plaatsje, van de elfde naar de tiende plek. Toch is er reden voor zorg, want onze score is lager dan drie jaar terug.

De resultaten zeggen dus niet dat de leerlingen per se beter zijn gaan rekenen. Toch is Nederland gestegen, doordat andere landen nog verder omlaag gingen. Dit jaar lag de focus van het PISA-onderzoek op wiskunde. Omdat steeds meer onderzoek laat zien dat rekenprestaties voorspellen hoe succesvol iemand later wordt, is het interessant om te weten hoe elk land het op dat gebied doet.

PISA neemt bij een representatieve groep om de drie jaar een test af, die aantoont hoe goed ze zijn in wiskunde, lezen en wetenschap.

Judy Baxter, Flickr

PISA, het Program for International Student Assessment, neemt om de drie jaar een toets af bij vijftienjarigen in verschillende landen. De resultaten tellen als graadmeter voor de kwaliteit van onderwijs van een land.

Nederland kwam dus op de tiende plek terecht, ruim achter negen Aziatische landen, waaronder Korea, Hongkong en op nummer 1 Shanghai (een grote zakenstad in China, die voor PISA als aparte regio geldt). Ook Zwitserland staat, als enige Europese land, net boven ons. Nederland lijkt op het gebied van wiskunde wél beter dan alle andere landen van de Europese Unie.

Dat is opmerkelijk, omdat Finland een paar jaar terug nog het beste jongetje van de klas was. In 2006 scoorde het Scandinavische land op alle drie de categorieën (wiskunde, lezen en wetenschap) hoog. Bij de voorlaatste PISA-test, in 2009, werd al duidelijk dat Finland zijn toppositie aan het verliezen was; toen stond het plotseling op plek 6 bij wiskunde. Nederland stond dat jaar op 11.

Aziatische landen

Nu, drie jaar later, is Finland blijkbaar nog verder afgezakt. Over het algemeen is de positie van Westerse landen op de ranglijst voornamelijk te danken aan het feit dat Aziatische landen nu ook in de lijst staan; aan het begin van PISA deden deze nog niet mee, waardoor Westerse landen hoger eindigden. Daarom is de vergelijking met gelijksoortige landen interessanter dan de vergelijking met Azië.

De top 25 beste landen van 2012, volgens PISA. Shanghai staat op 1, Nederland op plek 10.

OECD, PISA 2012 Databas

Hoewel Nederland het gemiddeld dus prima doet, blijkt het topsegment van de studenten achter te blijven bij het gemiddelde van de top in veel andere landen. Dit bevestigt het idee dat bij veel onderwijsdeskundigen heerst: Nederland is goed voor gemiddelde studenten, maar toppers krijgen niet genoeg mogelijkheid om te groeien. Toch haalde bijna 20 procent van de deelnemers het hoogste niveau in de test; in Shanghai lag dit percentage op 55 procent, in Finland op 15 procent.

Zorgen

Er zijn echter ook genoeg redenen tot zorgen. Sinds 2003 daalt ook in Nederland de wiskunde-score iedere keer. En hoewel we een plekje zijn gestegen, blijkt bij nadere analyse dat de scores niet significant van elkaar verschillen; onze positie is niet structureel verbeterd. Nederland zit in feite op hetzelfde niveau als landen zoals Vietnam en Polen. Ook blijkt dat Nederlandse immigranten het slecht doen in vergelijking met de rest. De prestaties van allochtone leerlingen blijft ver achter bij die van autochtonen.

Ten slotte zag PISA dat in slechts de helft van de landen er een geslachtsverschil is in de wiskundeprestaties. In 37 van de 65 landen deden jongens het (iets) beter. In vijf landen deden de meisjes het beter dan de jongens.

Bron: