Naar de content

Moeten we de handel in nieren legaliseren?

Drie mannen tonen het lidteken op hun buik dat ze overhielden van een nierdonatie.
Drie mannen tonen het lidteken op hun buik dat ze overhielden van een nierdonatie.
BEE FREE, Flickr.com via CC BY-SA 2.0

Veel patiënten staan jarenlang op de wachtlijst voor een geschikte donornier. Sommigen nemen het heft in eigen hand en gaan zelf op zoek. Bijvoorbeeld in het buitenland. De illegale handel in donornieren neemt toe. Legaliseren van de handel in nieren is wellicht een oplossing voor het probleem.

Een man zit in een ziekenhuisbed aan de nierdialyse.

Dialyse is een zware behandeling. Het houdt nierpatiënten in leven, maar het beperkt ze ook erg in hun doen en laten.

Wikimedia Commons, Anna Frodesiak via CC0

Patiënten met nierfalen gaan zonder behandeling dood. Hun nieren werken niet meer goed en daardoor stapelen schadelijke afvalstoffen zich op in het lichaam. Dialyse kan het leven van een patiënt verlengen. Dan verwijdert een kunstnier afvalstoffen uit het bloed. Maar het is een zware behandeling. Patiënten moeten gemiddeld zo’n drie keer per week een aantal uur dialyseren om voldoende afvalstoffen uit het lichaam te verwijderen. Patiënten zijn dan ook pas echt geholpen met een transplantatie. Daarbij neemt een donornier de functie van de zieke nieren over.

Mensen kunnen prima overleven met één nier en dus kan een donor bij leven een nier afstaan aan een patiënt. Toch is er wereldwijd een tekort. En dat werkt illegale handel in de hand. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) is wereldwijd vijf tot tien procent van de niertransplantaties illegaal.

Stigma

Filmmakers Joost van der Valk en Mags Gavan doken in de wereld van de buitenwettelijke nierhandel. Zij spraken met donoren, handelaren, ronselaars en transplantatie-artsen en ontdekten dat met name de donoren er vaak bekaaid vanaf komen. Dat zijn meestal arme boeren die bij hulporganisaties microkredieten hebben afgesloten om te kunnen blijven werken. Op een gegeven moment moeten zij die schulden weer afbetalen en het doneren van een nier lijkt dan een aantrekkelijke optie. Patiënten uit het buitenland betalen tussen de 6.000 en 45.000 euro voor een donornier.

Een groot deel van dat geld komt echter terecht bij handelaren, ronselaars en transplantatie-artsen. De donor krijgt vaak maar een klein deel en is daarmee alsnog niet uit de schulden. Bovendien doen zich na de operatie regelmatig complicaties voor, waarvoor donoren niet behandeld worden. Er is geen nazorg geregeld. In de arme dorpen waar de donoren vandaan komen, wordt het afstaan van een nier gezien als iets kwaads. Ze krijgen bij terugkomst een stigma opgeplakt. En raken sociaal geïsoleerd, omdat niemand contact met ze wil.

Bewoners in een arm dorpje in Bangladesh steken hun hand op ten teken dat ze iemand kennen die zijn nier heeft afgestaan voor geld.

BNNVARA

Decriminaliseren

Van der Valk heeft in Bangladesh met eigen ogen gezien hoe donoren geëxploiteerd worden en vindt dat dit moet stoppen. “Ik ben er op zich niet tegen dat mensen betalen voor een nier, maar ik ben wel tegen uitbuiting”, zegt hij. “Misschien kunnen donoren een beloning krijgen voor een nier, bijvoorbeeld in de vorm van een levenslange zorgverzekering.”

Willem Weimar, hoogleraar interne geneeskunde en nefroloog aan het Erasmus MC, is voor zo’n gereguleerde donatie. “Een nier levert ongeveer 800.000 euro op als je kijkt naar de gewonnen levensjaren en de besparing van zorgkosten voor een patiënt. Een donor mag daar best iets van terugzien, bijvoorbeeld in de vorm van een ziektekostenverzekering of het kwijtschelden van het eigen risico.”

Door de handel in nieren te decriminaliseren en te reguleren, kun je voorkomen dat het straks uit de hand loopt. Bij handhaving van het verbod op orgaanhandel, bestaat het risico dat de handel in nieren helemaal ondergronds gaat. Met hogere criminaliteitscijfers en een grotere kans op slachtoffers tot gevolg. Je kunt de risico’s vergelijken met andere vormen van vraag-gedreven handel zoals bijvoorbeeld drugs, alcohol, gokken en prostitutie.

Niet mijn taak

In Nederland zijn geen cijfers bekend van patiënten die naar het buitenland gaan voor een transplantatie. Maar Weimar weet zeker dat het gebeurt. “Bijna de helft van de transplantatieprofessionals heeft weleens iemand gezien die naar het buitenland is gegaan voor een nieuwe nier. We hebben in Nederland geen register of meldpunt waar je als arts naartoe kunt gaan, dus hoe ga je er dan mee om? Dat is moeilijk.”

Uit onderzoek blijkt dat Nederlandse artsen liever niet over een mogelijk illegale niertransplantatie praten. Het kan de behandelrelatie met hun patiënt schaden. De meeste artsen veroordelen het kopen van een nier in het buitenland wel, maar hebben ook begrip voor de keuze van de patiënt. Artsen zien het niet als hun taak om zich te bemoeien met de internationale handel in donornieren. Ze maken vaak maar incidenteel mee dat de herkomst van een getransplanteerde nier vaag is en zien het daarom niet als een groot probleem.

Bij de registratie van donors geldt nu nog ‘nee, tenzij’. Mensen moeten zichzelf actief registreren om donor te kunnen zijn. In het nieuwe wetsvoorstel geldt ‘ja, tenzij’. Iedereen staat geregistreerd als donor en mensen moeten het aangeven als ze dit niet willen zijn.

Kim, Flickr.com via CC BY-NC 2.0

Wachtlijst wegwerken

In Nederland worden, in vergelijking met andere landen, relatief veel niertransplantaties uitgevoerd. Dat komt volgens Hans Bart, directeur van de Nierpatiënten Vereniging Nederland, vooral doordat er zoveel donoren zijn die bij leven een nier afstaan. “Maar wat betreft het aantal donaties na overlijden, bungelen we onderaan”, geeft hij aan.

Wellicht kan de nieuwe Donorwet, die uitgaat van het ‘ja, tenzij’ principe, daar verandering in brengen. Als de wet wordt aangenomen, staat iedereen straks geregistreerd als donor. Mensen die geen donor willen zijn, kunnen deze registratie laten wijzigen. Doel van de nieuwe wet is dat meer mensen na overlijden hun organen afstaan. Bart hoopt dat het dankzij de nieuwe wet mogelijk wordt om de wachtlijst voor nierpatiënten in te korten of, liever nog, helemaal weg te werken. Dan hoeven patiënten in de toekomst niet eens meer te twijfelen over een tripje naar het buitenland.

Bronnen:
  • Joost van der Valk en Mags Gavan Donordrama, 2018, De Familie film en tv
  • Frederike Ambagtsheer Organ trade, 6 juni 2017, Erasmus Universiteit Rotterdam
ReactiesReageer