Naar de content

Meer thuiswerken, minder geroddel

Unsplash via Chris Montgomery, vrije domein

Door corona werken we meer thuis en dat betekent minder geroddel bij de koffieautomaat. Is dat iets goeds? Niet per se. Roddelen heeft belangrijke sociale functies.

Een man zit aan een tafel met een laptop en zit in een videocall.

Nu mensen door de coronacrisis op grote schaal thuiswerken, is het geroddel afgenomen.

Unsplash via LinkedIn Sales Solutions

“Wist je al dat Henk de nieuwe projectleider is? Eva liep trouwens weer lekker op te scheppen tijdens de vergadering. O, en Hamid heeft eindelijk promotie gekregen, dik verdiend!” Het zou zomaar een gesprek kunnen zijn bij de koffieautomaat tussen twee collega’s. Geruchten en nieuwtjes over de mensen uit ons sociale netwerk delen we nou eenmaal graag met anderen.

Nu mensen door de coronacrisis op grote schaal thuiswerken, is het geroddel afgenomen, laten voorlopige resultaten zien van hoogleraar organisatiegedrag Bianca Beersma en haar collega’s van de Vrije Universiteit Amsterdam. Het is niet alsof we niks meer hebben om over te praten. Corona ontzegt ons simpelweg de toegang tot het roddelcircuit: minder koffiemomentjes, gezamenlijke lunchpauzes en tripjes met de lift. Juist die gelegenheden die zo geschikt zijn om even te smoezelen.

Poll
Poll

Mis jij het geroddel als je thuiswerkt?

Een zegen voor de sfeer op de werkvloer? Nee, niet per se. Eerder een gemis. Roddelen is geen slechte gewoonte, zeggen sociaal psychologen, al heeft het in onze samenleving een slechte naam. Achter iemands rug om kwaadspreken over diegene, dat doe je toch niet? Jawel. Roddelen is niet altijd even aardig, maar toch is het een nuttige sociale vaardigheid die de samenwerking tussen mensen ten goede komt.

Verkeerd begrepen gedrag

Je hoeft je niet negatief over iemand anders uit te laten om een roddelaar te zijn. Bij roddelpraat gaat het om álle informatie die gedeeld wordt over iemand die niet bij het gesprek aanwezig is. Positieve, negatieve, maar ook neutrale informatie. Als de ene collega tegen de andere zegt: ‘Rob is op vakantie’, dan is dat een roddel. Deze roddel heeft in eerste instantie geen lading, al kun je er wel een moreel oordeel aan hangen. Hoe je de informatie interpreteert hangt er maar net van af hoe vaak Rob dit jaar al op vakantie was.

Iedereen roddelt, meerdere keren per dag. Ook jij. Een gesprek voeren met je collega’s, familie, sportmaatjes of vrienden zonder iemand ter sprake te brengen die er niet bij is, is bijna onmogelijk. Je zou alleen nog praten over triviale zaken als huisdieren of de inrichting van je huis. En dat zijn niet de onderwerpen waar mensen het vaak over hebben. Onze gesprekken gaan vooral over andere mensen uit ons sociale netwerk.

Leven in groepen

Zodra mensen in grote groepen gingen leven werd het belangrijk om informatie over andere groepsleden te kunnen delen, stellen evolutionair psychologen. Stel je ging op mammoetjacht, geen ongevaarlijke onderneming. Je moest weten op wie je kon bouwen en wie er tussenuit zou knijpen. Ook handig om te weten: wie heeft er seks met wie, en wie hebben machtige vrienden? Zonder kennis van de mensen om je heen was je in het nadeel bij het vinden van een partner of bondgenoten.

Zonder roddels zou de menselijke samenleving zoals we die nu kennen niet bestaan, denkt Beersma, die samenwerking binnen groepen mensen onderzoekt. “De groepen waarin we functioneren zijn te groot om rechtstreeks het gedrag van anderen te observeren. We zijn aangewezen op roddels om erachter te komen in wie je gaat investeren, wie de betrouwbare mensen zijn die goed samenwerken. Kort gezegd: wie vriend is en wie vijand.”

“Zo’n 20 duizend jaar geleden, voor de tijd van de landbouw, was roddelen al een belangrijk aspect van onze sociale interactie”, zegt ook Daniel Balliet, hoogleraar menselijke samenwerking aan de Vrije Universiteit. Nu, in de moderne samenleving, heeft roddelen nog grotere voordelen dan in de oertijd, denkt hij. “Tegenwoordig zijn onze netwerken zo breed en verspreid. Het aantal mensen met wie we interactie kunnen voeren is mede door het internet oneindig veel groter.”

De Engelse antropoloog en evolutiebioloog Robin Dunbar deed in de jaren negentig de boude bewering dat taal evolueerde om te kunnen roddelen, vanwege onze behoefte om nieuwtjes over anderen te delen met vrienden en familie. Roddelen als belangrijkste functie van de menselijke taal. In zijn boek ‘Vlooien, roddelen en de ontwikkeling van taal’ uit 1996 stelde hij deze nieuwe manier om naar de evolutie van taal te kijken voor. Belachelijk, vindt Balliet. “Taal lost een hoop sociale problemen op, niet alleen het vraagstuk hoe we informatie met elkaar over elkaar kunnen delen.” Het zou goed kunnen dat roddelen heel natuurlijk samenviel met het ontstaan van taal, denkt hij. Dat mensen, toen ze om de een of andere reden begonnen met praten, ook over elkaar gingen praten.

Opbouwen van reputaties

Het lab van Balliet rondde onlangs, in samenwerking met Beersma, een studie af naar roddelen in het dagelijks leven. Ze zagen bevestigd dat mensen roddels gebruiken om een beeld van iemands reputatie te krijgen. 309 deelnemers kregen tien dagen lang vier keer per dag een sms met het verzoek een dagboek in te vullen. Hadden ze sinds de vorige sms informatie ontvangen van een bekende over iemand anders, of die informatie zelf verspreid? Zo ja, waar ging het over? Was de informatie positief of negatief? Kwam de persoon over wie de roddel ging er goed van af of niet? Maakte de informatie dat ze met die persoon wilde omgaan of niet?

Twee vrouwen zitten op een eigen bankje in een park.

Via roddels verspreiden we wie er stiekem huisfeestjes geeft en geen afstand houdt, zodat anderen weten welke personen een risico vormen.

Pixabay, klimkin via CC0

De onderzoekers verzamelden en analyseerden zo vijfduizend roddels. “Onderwerpen die te maken hebben met coöperativiteit van anderen komen het sterkste bovendrijven”, vertelt Beersma. “Dat is het eerste wat we willen weten: kan ik op deze persoon bouwen of niet?” Wat ook duidelijk naar voren kwam is dat deelnemers hun gedrag aanpassen op de inhoud van de roddels. Hoorden ze iets negatiefs over iemand? Dan gaven ze aan diegene uit de weg te willen gaan. Bij positieve geluiden waren ze geneigd degene over wie de roddel ging te helpen. Erg kritisch op de inhoud waren ze overigens niet: de meeste roddels werden voor waar aangenomen.

Coronaroddels

Dezelfde principe zie je op specifieker niveau ook terug in de coronacrisis, blijkt uit een tweede recente studie van Beersma en collega’s. Ruim achthonderd deelnemers kregen scenario’s voorgelegd waarin ze roddels ontvingen over het personage Robin. In het ene scenario was Robin besmet met corona, in het andere niet. Een ander verschil was of Robin zich aan de basismaatregelen hield of niet. Welk beeld hadden de deelnemers van de infectiestatus van Robin? En hoe reageerden ze daarop? Beersma: “Ook hier trokken mensen de informatie die ze ontvingen niet in twijfel. Ze gingen erin mee. Kregen ze te horen dat het personage zich niet aan de regels hield, dan wilden ze Robin vermijden of zelfs straffen.”

In theorie kan roddelen helpen om verspreiding van het virus tegen te gaan. Via roddels verspreiden we de boodschap wie er stiekem huisfeestjes geeft en geen afstand houdt, zodat anderen weten welke personen een risico vormen.

Dan moet de informatie in een roddel natuurlijk wel kloppen. Het gebeurt, dat mensen bewust valse informatie verspreiden om hun eigen positie te verbeteren. Als jij en je collega beiden solliciteren op dezelfde functie, heb je er belang bij om rond te bazuinen hoe incompetent die ander is. “Zulk gedrag geeft roddelen een slechte naam”, aldus Balliet. “Ik vermoed eigenlijk dat de meerderheid van alle roddels waar is, omdat het je duur kan komen te staan als anderen ontdekken dat je hebt lopen liegen.” Niemand die nog met je wil samenwerken.

Roddelen via Zoom gaat niet zo makkelijk als face to face.

flickr.com, Damien Walmsley via CC BY-NC 2.0

Zoom geen vervanging

Terug naar de koffieautomaat. In de Amsterdamse dagboekstudie ging 68 procent van de roddels face-to-face, in de tijd dat er nog geen coronacrisis was. De rest van het gesmoes verliep via technologie, zoals telefoon of WhatsApp. En nu mensen zoveel thuiswerken? Compenseren we de gemiste momentjes op kantoor door extra veel te smoezen via Zoom, WhatsApp of telefoon? Het lijkt er niet op, volgens Beersma. Momenteel analyseert ze met haar collega’s de nieuwe data. “Het geroddel is sterk verminderd.”

Ergens verwacht je wel dat technologie het gat niet vult. Het zijn juist die informele settings, in de lift, bij de koffieautomaat, die oproepen tot kletspraatjes over de sociale wereld om ons heen. Volgens Balliet is het volkomen logisch. “Zoom-meetings zijn doelgericht. Je bespreekt wat er besproken moet worden en dan is het klaar. Je kan er niet even tussenuit piepen om met één iemand een gesprekje te voeren zonder dat iedereen je hoort.”

Ja, het is een gemis, vindt hij. Roddelpraat is een makkelijke manier om informatie over anderen te krijgen. Is die informatie er niet, dan wordt de kans op slechte keuzes groter. “Stel dat iemand bij jou op de werkvloer zijn werk op anderen afschuift en credits claimt die hem niet toekomen. Normaal zou zoiets bij de koffieautomaat besproken worden. Gaat die informatie niet rond, dan start jij misschien een project met diegene.”

Voor iemand die de kantjes er vanaf loopt is minder geroddel wellicht handig; diegene bouwt niet zo snel een slechte reputatie op. Minder geroddel betekent ook dat er minder positieve informatie rondgaat, waarmee mensen een goede reputatie opbouwen. Wat precies de effecten zijn moet Beersma nog uitzoeken. “Een hoop roddels zijn positief”, besluit Balliet. Dat moeten we niet vergeten. “De mensen om ons heen doen een hoop goede dingen, waar we meer over zouden moeten praten.”

Tips van de onderzoekers om verantwoord te roddelen:
  • Verspreid een negatieve roddel niet klakkeloos verder. Denk als ontvanger van een roddel kritisch na bij wat je hoort. Wat vertelt iemand me nou eigenlijk en waarom? Moet ik dat serieus nemen?
  • Probeer als je over iemand roddelt de context mee te nemen. Dat helpt mensen om te interpreteren wat er is gebeurd. ‘Rob heeft alwéér afgezegd voor de vergadering’ krijgt een andere lading als je erbij vermeldt dat hij thuis een ziek kind heeft.
  • Zie je dat een collega zich slecht gedraagt en anderen slecht behandelt? Verspreid dat. Vertel de feiten: wat zag je iemand doen? Je mag er ook bij zeggen wat jij van dat gedrag vond.
  • Roddelen om je eigen belangen te behartigen, door valse informatie over iemand te verspreiden, kan een strategische zet zijn. Maar pas op. Word je ontdekt, dan komt het je duur te staan.
Bronnen:
ReactiesReageer