Naar de content
Faces of Science
Faces of Science

Liberale wereldorde onder spanning?

By Shealah Craighead [Public domain], via Wikimedia Commons

Wie de krant leest en het nieuws volgt, kan niet om de Amerikaanse president Donald Trump heen. Het lijkt soms wel een soap, maar wel eentje met serieuze belangen. Wat betekent zijn presidentschap bijvoorbeeld voor de wereldhandel en democratie?

Donald Trump is dagelijks in het nieuws, en als je niet weet dat het om de president van het machtigste land ter wereld gaat, dan ben je geneigd te denken dat het om een realitysoap gaat waarin wereldleiders elkaar over en weer beledigen en bespotten. Zo noemde Trump zijn Canadese collega Justin Trudeau aan het begin van de zomer nog oneerlijk en zwak. Toch gaat het wel degelijk vaak over serieuze zaken die onze aandacht verdienen. In dit blog bespreek ik de zogenaamde ‘liberale wereldorde’, waarom die onder druk staat, en vertel ik over mijn ontmoeting met Karen Donfried, een van de oud-adviseurs van Obama.

President Trump en zijn Canadese collega Justin Trudeau

By Shealah Craighead [Public domain], via Wikimedia Commons

Onder de ‘liberale wereldorde’ (in het Engels liberal international order) verstaan we vrijhandel, democratie en de multilaterale instituties waarin landen afspraken maken over de economie, veiligheid en recht (denk aan de Wereldbank, de Verenigde Naties of de NAVO). Deze ‘orde’ berust dus op de acceptatie van wat we kunnen zien als een soort internationale set van regels en afspraken waar landen zich aan moeten houden. De liberale wereldorde zoals we die kennen kwam na de Tweede Wereldoorlog tot stand, en steunt op Amerikaans leiderschap. Met de opkomst van China als grote internationale macht stond dit Amerikaans leiderschap al onder druk, maar met Trump als president staat ook de set van regels en afspraken die we de liberale wereldorde noemen onder spanning.

Internationale handelsconflicten

De meest zichtbare spanningen zijn de handelsconflicten die de laatste maanden zijn ontstaan. Bijvoorbeeld tussen Amerika en China. Maar ook tussen Amerika en Europa liepen de gemoederen op, al lijkt het niet tot een heuse handelsoorlog te komen. Sinds zijn aantreden heeft president Trump zich teruggetrokken uit meerdere internationale handelsverdragen. Het belangrijkste voorbeeld is het Transpacific Partnership (TPP) dat voor meer vrijhandel tussen Amerika en belangrijke landen rond de Stille Oceaan moest zorgen. Trump gelooft dat deze grote vrijhandelsovereenkomsten nadelig zijn voor Amerika, omdat de Amerikaanse industrie daardoor te veel concurrentie zou krijgen van andere landen.

Volgens Trump leidt de vrije handel met het buitenland dus tot banenverlies en werkloosheid in Amerika. Zijn strategie is daarom om importtarieven in te stellen op producten uit het buitenland, zodat buitenlandse producenten van bijvoorbeeld staal hun producten niet tegen lagere prijzen kunnen aanbieden dan de eigen Amerikaanse industrie. Op die manier beschermt Trump de Amerikaanse producenten van staal. Dat klinkt eigenlijk best logisch. Maar waarom is er dan zoveel ophef over?

Op stap met de oud-adviseur van Obama

Allereerst is er natuurlijk veel verontwaardiging in de landen waartegen Trump importheffingen invoert – de manier waarop Trump de Amerikaanse industrie beschermt leidt immers tot economische problemen in andere landen. Maar er is meer aan de hand, zo bleek ook uit ontmoetingen die ik had met Karen Donfried, een oud-adviseur van voormalig president Barack Obama.

Donfried – tegenwoordig president van het prestigieuze German Marshall Fund in Washington – was op mijn uitnodiging in Nederland om te spreken over de trans-Atlantische betrekkingen en om stil te staan bij de viering van het feit dat dit jaar de Marshallhulp zeventig jaar geleden op gang kwam. Donfried verzorgde diverse lezingen, onder andere in Utrecht, Maastricht, Amsterdam en Den Haag, en gedurende de week was ik haar begeleider. Als oud-adviseur van Obama op het gebied van Europa heeft Donfried een goed inzicht in hoe het Amerikaanse regeringsbeleid gevormd wordt. Behalve dat het natuurlijk een hele eer was om zo iemand door Nederland te mogen begeleiden, was het daarom ook erg leerzaam en interessant. Het is weer eens iets anders dan in een archief zitten, een boek lezen, of een paper schrijven.

Van links naar rechts, Giles Scott-Smith, Beatrice de Graaf, Karen Donfried en Jorrit Steehouder tijdens symposium in Utrecht.

Jorrit Steehouder voor NEMO Kennislink

Trump als symptoom van een systeemcrisis

Onderweg spraken we veel over Trump en hoe hij de liberale wereldorde ondermijnt. Trump, vertelde Donfried, is echter niet de oorzaak van het probleem, maar eerder een symptoom van de liberale wereldorde in crisis. Het probleem is dus groter dan Trump.

Volgens Donfried is een van de grootste problemen dat de vrije handel en de open markten die in de internationale economie zo belangrijk zijn, voor veel mensen helemaal niet tot een beter leven hebben geleid. Veel Amerikanen die in de industrie werken hebben hun baan verloren omdat bedrijven de productie naar het buitenland hebben verplaatst, onder andere omdat ze niet meer konden concurreren met de prijzen van buitenlandse aanbieders van hetzelfde product. Het probleem van de liberale wereldorde en van globalisering anno 2018 is dus dat gewone mensen daar onvoldoende van hebben geprofiteerd, aldus Donfried. Dat is niet de schuld van Donald Trump, maar hij speelt er met zijn retoriek van ‘slechte handelsovereenkomsten’ wel handig op in. De geïnteresseerde lezer kan daar in dit interview dat ik met haar had meer over lezen.

Trump als ‘dealmaker’

Trump draagt wél bij aan de crisis in de liberale wereldorde door de manier waarop hij met andere landen diplomatieke en economische betrekkingen aanknoopt.

Doordat hij de wereld ziet als een zero-sum-game waarin er alleen winnaars en verliezers zijn, en er volgens hem dus geen ‘handelsdeals’ kunnen zijn met louter winnaars, ziet hij ook geen voordeel bij multilaterale vrijhandelsovereenkomsten. Dat wil zeggen, handelsovereenkomsten waarbij meerdere landen betrokken zijn, en waar iedereen beter van zou moeten worden. In plaats daarvan wil Trump liever één-op-één overleggen met andere wereldleiders, om op die manier een ‘betere deal’ voor Amerika te krijgen. De importheffingen op bepaalde buitenlandse producten gebruikt hij dan om andere landen onder druk te zetten.

Deze bilaterale benadering (een-op-een benadering) is een gevaarlijke ontwikkeling. Hoewel het inderdaad problematisch is dat de liberale wereldorde en de vrijhandel die daarbij hoort niet hebben gezorgd voor een gelijkwaardiger verdeling van welvaart, en hele hordes mensen er zelfs op achteruit zijn gegaan, is de kracht van die liberale orde dat landen gezamenlijk tot overeenkomsten komen. Dat gebeurt door lang met elkaar te overleggen, en niet door spierballen te laten zien. Of door eenzijdig acties te ondernemen die andere landen kunnen schaden.

Voorzichtig met historische vergelijkingen

In het licht van mijn eigen onderzoek naar de manier waarop de liberale wereldorde na de Tweede Wereldoorlog in Europa en daarbuiten werd opgebouwd – juist met de gedachte om door samenwerking tot overeenstemming te komen – is het wrang om te zien dat in de periode dat ik dit onderzoek uitvoer, die wereldorde zo onder spanning staat. De dreigende handelsoorlogen en het instellen van heffingen op import doen denken aan het economisch nationalisme van de jaren ’30. Eigen economie eerst. Of in dit geval: America first.

Waar Amerika in 1947 – ten tijde van het Marshall Plan – juist verbinding zocht met andere landen, en het zelfs een deel van haar eigen welvaart opofferde om Europa te helpen herbouwen, trekt het land zich nu terug uit de internationale gemeenschap en vaart het weer een meer isolationistische koers.

Als historicus moet je natuurlijk erg voorzichtig zijn om historische parallellen te trekken, want hoewel bepaalde ontwikkelingen anno nu heel sterk kunnen lijken op ontwikkelingen uit het verleden, heeft de geschiedenis in dat opzicht geen enkele voorspellende waarde. Met andere woorden: dat er in het verleden oorlog kwam als gevolg van economisch protectionisme en extreem nationalisme, betekent niet dat dat anno nu weer gaat gebeuren. Wat wel belangrijk is om te beseffen is dat wereldhandel en democratie stabiel leiderschap vereisen, en dat die stabiliteit nu onder druk staat.

ReactiesReageer