Naar de content

Koppen uit de Vecht

Archeologische vondsten bij het grootste baggerproject in Nederland

Een man met blauwe handschoenen toont een verroest paardenbit.
Een man met blauwe handschoenen toont een verroest paardenbit.
ADC ArcheoProjecten

Het uitbaggeren van de rivier de Vecht was een megaproject. Niet eerder was er een rivier van bijna vijftig kilometer lang in één keer onder handen genomen. De Vecht was überhaupt nog nooit uitgebaggerd. Archeologen diepten tweeduizend jaar aan vondsten op: van Romeinse togaspelden tot aan wapens uit de Tweede Wereldoorlog.

Een man met blauwe handschoenen toont een verroest paardenbit.

Archeologisch onderzoek tussen het puin uit de gebaggerde Vecht: een paardenbit?

ADC ArcheoProjecten

2,5 miljoen kuub slib leverde het uitbaggeren van de Vecht tussen Muiden en Utrecht op, waarvan een gedeelte ernstig vervuild. Niet verstandig om daar als archeoloog een beetje met je vingers in te gaan zitten roeren en bovendien ook niet te doen. Johan Langelaar, projectleider van ADC ArcheoProjecten, deed de archeologische begeleiding tijdens het vier jaar durende baggerproject en vertelt hoe het er wel aan toeging.

“Ik was niet bij het baggeren zelf aanwezig, want ter plekke kon ik weinig doen met al die modder. Er vond een voorselectie op de baggerschepen plaats. Eerst stortten de baggeraars het opgezogen slib op een rooster met gaten van twintig centimeter. Grof materiaal zoals puin, fietsen en zelfs brandkasten bleef daarop liggen terwijl het slib in het ruim terechtkwam. Als het baggerschip vol was, ging het slib bij het leegpompen nog een keer door een zeef van vier centimeter gaas. Alles wat achterbleef kwam bij ons op de lopende band terecht. Daaruit selecteerden we de vondsten van archeologische waarde. Al het materiaal zonder waarde dat kon worden hergebruikt, zoals steen en ijzer, is gerecycled.”

Schafttafel

Wanneer de baggeraars tijdens hun werk al iets vreemds op het rooster zagen liggen, moesten ze Langelaar bellen. “Dat is wel eens gebeurd ja en dan ging ik zo snel mogelijk kijken. Ik liep een keer door naar de keet, staarde daar de kop van de Romeinse keizer Vespasianus (9-79) me aan vanaf de schafttafel!”

Tijdens het baggeren kon Langelaar niet al het slib onderzoeken. Hij mocht bijvoorbeeld niet bij te vervuild slib of slib met explosieven. De Explosieven Opruimingsdienst kwam dan langs om de bommen te ruimen. Uit de bagger bij Weesp kwamen twee vliegtuigbommen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was de nabijgelegen spoorbrug zwaar gebombardeerd. “Omdat we niet alle bagger konden controleren, hebben we ook zeker spullen van archeologische waarde gemist. Die zijn nu terecht gekomen in het IJsseloog, een eiland met een diep gat in het Ketelmeer waar het vervuilde slib is gedumpt. Wanneer het gat vol is, wordt het afgedekt en teruggeven aan de natuur.”

IJsseloog is een kunstmatig eiland in het Ketelmeer dat tot doel heeft verontreinigd slib te bergen. Het slib wordt in het diepe gat gedumpt.

wiki commons

Strijkbouten

Vier jaar baggeren heeft veel archeologische vondsten opgeleverd. Deze vondsten vertellen het verhaal van het leven langs de rivier van de afgelopen tweeduizend jaar. Voor archeologen is het veel interpreteerwerk: de vondsten zijn verloren of bewust weggegooid maar een bredere context ontbreekt. “De vondsten bevestigen vooral dat de Vecht al vele honderden jaren een plek is om over te varen en afgedankte spullen in te gooien. Recent gebruikten criminelen de rivier ook als dumpplek. We hebben aardig wat kluizen en wapens gevonden. Maar verder is het moeilijk te zeggen wat de vondsten betekenen”, zegt Langelaar.

Strijkijzers 19e en 20e eeuw uit de Vecht gebruikt als ankers

Marjolein Overmeer

Gelukkig leveren de vondsten niet alleen maar vraagtekens op, ze maken ook zaken duidelijk. “We hebben veel stukken van grafstenen gevonden, die hergebruikt werden om de kades te verstevigen. Dat wisten we niet voor dit baggerproject. We ontdekten ook de functie van ijzeren strijkbouten. We vonden er honderden. Er zaten veel wasserijen langs de Vecht, maar waarom zouden mensen strijkbouten weggooien? Op een gegeven moment vonden we er een paar bij elkaar gebonden aan een touwtje en toen begrepen we het: afgedankte strijkbouten werden hergebruikt als ankertjes voor kleine bootjes.”

Nederlandse legerhelm (1927-1940) en een dolk(heft) met het embleem van de Hitlerjugend (1938-1945).

Marjolein Overmeer

Tijdens de Tweede Wereldoorlog bleek de Vecht regelmatig door het verzet als dumpplek te zijn gebruikt. De archeologen vonden veel wapens op dezelfde plek en concluderen daaruit dat de wapens in de rivier zijn gegooid wanneer overmeestering dreigde. Op die manier vielen ze tenminste niet in handen van de tegenpartij.

Vondsten uit de Tweede Wereldoorlog zijn sowieso goed vertegenwoordigd, waaronder veel helmen en wapens. “We vonden een Duitse helm met pootjes. Wat blijkt, vlak na de Tweede Wereldoorlog kon je Duitse helmen inleveren bij de BK pannenfabriek in Kampen, waar ze werden geëmailleerd en pootjes kregen. Deze creaties verkocht de HEMA als pispotten. Een soort wraak naar de Duitsers toe, denk ik.”

Wapens en sieraden

Naast veel militaria, scheepvaartgerelateerde en gebruiksvoorwerpen zijn er ook enkele hele waardevolle vondsten gedaan, zoals een slagzwaard van een elitestrijder uit ongeveer 900.

“De vraag is wat het zwaard in het water doet. Het kan ritueel gedeponeerd zijn. Dit gebeurde vaker na de dood van een strijder. Zulke zwaarden zijn alleen meestal gebogen en dat is hier niet het geval. Het zwaard kan ook verloren zijn tijdens de tocht over de Vecht richting Dorestad, in die tijd de belangrijkste handelsstad in deze contreien”, aldus Langelaar. In het moerassige Nederland rond 900 was reizen over land een stuk moeilijker dan over water.

Andere bijzondere vondsten zijn verschillende marmeren hoofden in Romeinse stijl. De eerder genoemde kop van keizer Vespasianus (9 – 79 na Christus) bleek na grondig onderzoek niet Romeins maar een replica uit de zeventiende eeuw. “De kop is opgebaggerd bij kasteel Nijenrode, bij Breukelen. Dit kasteel had een beeldentuin met marmeren beelden en daar komt het waarschijnlijk vandaan. De kop is op authentieke wijze nagemaakt van oud Italiaans marmer. We hebben dus lang getwijfeld of de kop echt Romeins was. In de buurt waren ook Romeinse munten gevonden met daarop de afbeelding van keizer Domitianus (51 – 96), de zoon van Vespasianus. Dat maakte het extra verwarrend.”

Vondsten die wel uit de Romeinse tijd komen zijn een stuk kleiner, zoals munten en mantelspelden. De oudste is een draadfibula, een militaire togaspeld in de simpelste vorm, uit de eerste eeuw na Christus.

Tentoonstelling vondsten

De archeologische vondsten uit de Vecht reizen al een tijdje rond en zijn nu te zien in Huis van Hilde te Castricum. Enkele recent opgebaggerde vondsten zijn hier in allerijl aan toegevoegd, zoals een marmeren kop van een de Romeinse keizer Nero (37-68) en een vrouwenhoofd. Nero is ook een beeldentuin-replica uit de zeventiende eeuw maar de dame is niet in Romeinse stijl en waarschijnlijk van recentere datum.

Dolk met zilveren heft uit ca 1500, opgebaggerd uit de Vecht.

Huis van Hilde

Ook nieuw zijn een grote dolk uit ongeveer 1500 met een zilver ingelegd heft en een houten stopei. Een stopei is een typisch alledaags gebruiksvoorwerp dat we nu niet meer kennen maar een halve eeuw geleden veel voorkwam: vrouwen gebruikten stopeieren tijdens het repareren van gaten in sokken. De waarde van zo’n houten ei is niet groot maar de archeologische waarde daarentegen wel. Dit soort voorwerpen vertelt hoe mensen vroeger leefden, en hoe anders dat kan zijn in vergelijking met nu. Wie stopt er nog een sok?

Laatste stop

Uit het baggerproject zijn bijna negenhonderd archeologische vondsten naar boven gekomen. Het reinigen en conserveren is bijna afgerond en in het voorjaar van 2016 verschijnt de tweede en laatste catalogus inclusief foto’s van de voorwerpen. De vondsten die niet in de rondreizende tentoonstelling te zien zijn, liggen opgeslagen in archeologische depots en wachten op verder onderzoek. Over het baggerproject en de archeologische begeleiding heeft Langelaar een informatieve film voor middelbare scholen gemaakt. Hier een stukje over het conserveren van de vondsten.

De rest van de film en een selectie van de vondsten zijn tot 15 februari 2016 te zien in Huis van Hilde, Archeologiecentrum Noord-Holland in Castricum. Dit is de laatste stop van de reizende tentoonstelling Vondsten uit de Vecht.

ReactiesReageer