Naar de content

Kinderoffers en kunst

Nieuwe inzichten over de oude stad Carthago

Rijksmuseum van Oudheden

Ondanks dat de stad Carthago meerdere malen is verwoest en uiteindelijk in verval is geraakt, verloor zij niet haar reputatie. Een wereldstad, bevolkt door slinkse handelaren met een machtige oorlogsvloot. Gevreesd, bewonderd en van invloed op velen. Op Afrikaanse volkeren uit het achterland, op de Grieken en Romeinen uit de Oudheid en op Europeanen tijdens de renaissance. Het komt allemaal terug in het nieuwe boek Carthago. Opkomst & Ondergang.

Dit boek over Carthago toont de nieuwste inzichten over de stad, haar multiculturele samenleving en haar invloed op ander landen, volken en tijden. Het is duidelijk geen catalogus bij de gelijknamige tentoonstelling in het Rijksmuseum voor Oudheden, hoewel er natuurlijk tentoongestelde objecten terug te vinden zijn in het boek.

Aan de hand van recente opgravingen en dito onderzoek schetsen de auteurs een nieuw beeld van de beroemde stad uit de Oudheid. Of nieuw; aangepast. Het leuke daarvan is, dat deze bevindingen de geschriften uit de tijd van Carthago vaak bevestigen. Een mooi voorbeeld is het stichtingsjaar van de stad. Volgens de Aeneis van Vergilius zou de Fenicische koningin Dido de stad in 814 voor Christus hebben gesticht.

Lang was er geen materiaal gevonden dat zo oud was, waardoor de wetenschap twijfelde aan dit jaartal. Het was toch ook niet voor niets een mythe. Aan de hand van nieuw archeologisch onderzoek en met behulp van technologische ontwikkelingen zijn er objecten die wel uit het begin van de 9e eeuw blijken te dateren. Dit lijkt de mythe te bevestigen….

Dood van Dido (Guercino, 1631)

Wiki commons

Nederlandse inbreng

Het boek begint met aandacht voor Jean-Emile Humbert. Deze romanticus pus sang heeft (de resten van) Carthago herontdekt in 1817. Humbert is de belangrijkste verbinding tussen Nederland en de beroemde stad uit de Oudheid en de reden waarom het Rijksmuseum in bezit is van vele objecten uit Carthago. Toen Humbert na zijn ontdekking terugkwam in het kersverse Koninkrijk der Nederlanden, vond hij een recent opgericht museum voor oudheden in Leiden.

Hier kon hij zijn vondsten verkopen en in opdracht van het museum ging hij twee maal terug voor meer. In 1826 kwam Humbert echter niet verder dan Italië, omdat hij verliefd werd op een lokale schone. In plaats van archeologische opgravingen uit Carthago, stuurde hij maar Etruskische objecten naar Leiden. In ieder geval is de goede man bekender in het huidige Tunesië dan bij ons.

Maar ook meer recente inbreng van Nederlandse bodem is terug te vinden in het boek. Opgravingen ter plekke door de Universiteit van Amsterdam hebben een industrieterrein blootgelegd, waarbij hoge concentraties calcium zijn ontdekt. Hiermee is het geheim achter het superieure ijzer van de Carthagers ontrafeld: ijzer wordt extra sterk als er tijdens het productieproces calcium aan toe wordt gevoegd. We wisten niet eerder dat de Carthagers deze kennis bezaten en het is verloren gegaan bij de verwoesting van de stad.

Beroemde aspecten en onbekende aanvullingen

Het boek schetst een mooi overzicht van de geschiedenis van Carthago, zowel uit de Punische tijd als de Romeinse periode. Het is in de eerste plaats verdeeld in bekende en onbekende thema’s uit deze geschiedenis en daarnaast zijn de hoofdstukken zoveel mogelijk chronologisch achter elkaar gezet. Carthago is nu vooral bekend om de drie Punische Oorlogen, om Hannibal die met zijn olifanten over de Alpen trok en om haar vloot. Niet heel toevallig zijn het de Romeinen die over deze aspecten van de stad schreven. Diezelfde Romeinen maakten de stad in 146 voor Christus met de grond gelijk, waardoor er weinig andere getuigenissen over de stad en haar inwoners zijn overgeleverd.

Romeins Carthago door Jean Claude Golvin_ ©Agence de Mise en Valeur du Patrimoine et Promotion Culturelle, Tunis Rijksmuseum van Oudheden

Natuurlijk komen deze bekende aspecten van de Carthaagse geschiedenis terug in het boek, maar daarnaast heeft het een bijzondere aanvulling. Het laatste deel belicht niet alleen het christelijke Carthago maar ook de beeldvorming over de stad na het verval in de vroege middeleeuwen. De roemruchte verhalen verdwenen daarmee namelijk niet. Vanaf de renaissance kwam de stad veelvuldig terug in Europese kunstuitingen en literatuur. In de laatste eeuw heeft de Carthaagse geschiedenis (of wat wij er van maken) zelfs een plek gekregen op het filmdoek en in spelletjes. Deze weergave van de latere beeldvorming over de Carthaagse geschiedenis past prima in de opzet van de rest het boek. Per slot van rekening is het meeste wat we weten over Carthago uit de tweede hand: de bibliotheek van Carthago is ook door de vlammen verteerd.

De objecten van deze verwoestte multiculturele samenleving die we nu nog opgraven, staan open voor interpretatie en discussie. Hieraan neemt dit boek deel door verschillende standpunten te belichten. De discussie of de talloze baby’s in de grafvelden offers zijn of niet, is nog volop aan de gang. Gaat het hier om jonggeborenen die na hun overlijden zijn bijgezet of zijn de baby’s vermoord om de god Baal gunstig te stemmen? Dit verhitte debat is niet terug te vinden in de tentoonstelling, maar krijgt wel aandacht in het boek.

Een nieuwe visie op Carthago die wel veelvuldig terugkomt in de tentoonstelling is de invloed van de stad op de regio. Aan de hand van recent onderzoek blijkt dat de visie over een puur Fenicische stad aangepast dient te worden. De plek in Tunesië waar Dido (of in ieder geval de handelaren uit het huidige Libanon) de stad Carthago stichtte, was geen onbewoonde vlek op de kaart. Het achterland was eveneens geen lege woestijn, waar slechts af en toe een eenzame nomade doorheen reisde. Niet alleen was Carthago een multiculturele samenleving waarin Afrikaanse volken vertegenwoordigd waren, de culturen beïnvloedden elkaar ook wederzijds.

Deze visie is ontwikkeld naar aanleiding van recent archeologisch onderzoek én was al in geschriften uit de Oudheid zelf terug te vinden. Na de verwoesting en de wederopbouw van de stad door de Romeinen bleef de invloed zichtbaar, bijvoorbeeld bij de weergave van goden. De god Baäl bleef in zijn Punische vorm bestaan maar kreeg de Romeinse naam naam Saturnus.

Een van de hoogtepunten uit zowel het boek als de tentoonstelling is de Carthaagse scheepsram. Deze is gebruikt en gezonken voor de kust van Sicilië tijdens de Eerste Punische Oorlog. De scheepsram is ontdekt in 2010 door professor Sebastiano Tusa, die een bijdrage over de ontdekking heeft geschreven. Hij is één van de zeven Tunesische specialisten die hebben meegewerkt aan het boek.

De scheepsram is te zien in het museum, met daarbij een korte uitleg. In het boek komt het een stuk uitgebreider aan bod, waarbij de auteurs geschriften uit de Oudheid aanhalen. Wie wil weten hoe de Carthagers en de Romeinen hun schepen inzetten tijdens zeeslagen en welk tactische ‘moves’ ze maakten, kan zijn hart ophalen.

Al met al een boek met veel informatie, zowel bekend als nieuw. Het leest prettig, vooral de teksten van Nederlandse origine (de vertalingen van de Tunesische experts bevatten wel veel jargon) en staat vol mooie kleurenfoto’s. Een interessante aanvulling op de tentoonstelling (hoewel het boek niet zo dik is als de foto doet vermoeden….). Voor wie het interessant vindt: Kennislink heeft een reportage geschreven over deze tentoonstelling.

ReactiesReageer