Het aardmagneetveld kan veel sneller omklappen dan wetenschappers tot nu toe dachten. Een volledige ompoling, waarbij de magnetische noord- en zuidpool van plaats verwisselen, kan binnen een eeuw gepiept zijn. Dat concludeerde althans een groep Italiaanse geologen deze maand in het vakblad Geophysical Journal International. Volgens Lennart de Groot, onderzoeker paleomagnetisme aan de Universiteit Utrecht, is die conclusie echter overhaast.
Wie zonder GPS een lange wandeltocht maakt in de ruige natuur, vaart meestal blind op zijn kompas. Het pijltje wijst naar het noorden. Het is een van de zekerheden die het leven te bieden heeft. Op geologische tijdschalen is het aardmagneetveld, dat ons beschermt tegen kosmische straling, echter verre van stabiel. Niet alleen gaan de polen met enige regelmaat tientallen kilometers aan de wandel, ook klapt het hele magneetveld af en toe volledig om. De laatste ompoling op aarde, de ´Matuyama-Brunhes-reversie´ genoemd, vond ongeveer 780.000 jaar geleden plaats. Voor die tijd lag de magnetische noordpool dus op Antarctica.
Snel
Het magneetveld van de aarde wordt veroorzaakt door de stroming van gesteente in de vloeibare buitenkern van de aarde, die ijzer en nikkel bevat. Hoe een ompoling exact in zijn werk gaat is niet bekend – niemand is er ooit getuige van geweest – maar metingen aan magnetische mineralen in gesteenten en computersimulaties van gesteenteconvectie in de buitenkern wezen tot nu toe uit dat het ompolingsproces één of meer millennia in beslag neemt.
De Matuyama-Brunhes ompoling duurde echter nog niet eens een eeuw, concludeerde een groep Italiaanse onderzoekers afgelopen maand uit een onderzoek aan sedimenten uit een meertje in de Apennijnen in Italië. De ompoling was zichtbaar in de sedimenten, en dankzij de aanwezigheid van lagen vulkaanas, die zeer exact te dateren zijn, konden de aardwetenschappers de maximale tijd die het proces in beslag had genomen nauwkeurig bepalen. De noordpool was met een snelheid van minstens 2 graden per jaar overgestoken naar de overkant van de aarde, concludeerden de Italianen in het vakblad Geophysical Journal International. In totaal moet voor een ompoling 180 graden overbrugd worden.
Lokale gegevens
Lennart de Groot, onderzoeker paleomagnetisme aan de Universiteit Utrecht, heeft op het onderzoek zelf weinig aan te merken, maar vindt de conclusie veel te kort door de bocht. Om iets zinnigs te kunnen zeggen over een ompoling heb je metingen verspreid over de hele aarde nodig, legt hij uit. “Er zijn veel snelle, lokale variaties in het aardmagneetveld die helemaal niet samenvallen met omkeringen”, zegt De Groot. Tijdens een omkering valt het magneetveld uiteen, en reizen er als het ware zwermen van mini-pooltjes over de aarde. “Het zou goed kunnen dat zo´n minipooltje onder het Italiaanse meer door is gegaan, en daar het magneetveld plaatselijk heeft doen omkeren. Die lokale omkering is dan niet vanzelfsprekend representatief voor de omkering van het hele aardmagneetveld.”