Naar de content

Ieder afweersysteem is anders

Genen bepalen 25 tot 75 procent van de variatie in de afweerreactie

Wikimedia Commons, Christopher Bigelow via CC 0

De een is heel gevoelig voor infecties, de ander wordt nooit ziek. Dat heeft voor een belangrijk deel te maken met verschillen in de afweerreactie. Genen spelen daarbij de grootste rol, maar ook andere factoren kunnen de werking van het afweersysteem beïnvloeden. Dat blijkt uit de eerste resultaten van het Human Functional Genomics Project, die deze week verschijnen in Cell.

Onze afweerreactie wordt voor het grootste deel genetisch bepaald.

Karl-Ludwig Poggemann/Flickr.com via CC BY 2.0

Griep duikt meestal op in de winter en vrouwen hebben vaker last van auto-immuunziekten (ziekten waarbij het afweersysteem cellen van het eigen lichaam aanvalt) dan mannen. Zulke verschillen worden voor 25 tot 75 procent door onze genen bepaald, maar ook andere factoren hebben invloed. Zo worden afweerstoffen in de winter in andere hoeveelheden aangemaakt dan in de zomer en draagt de vetverdeling van het vrouwenlichaam bij aan een verhoogde gevoeligheid voor auto-immuunziekten. Het zijn de eerste resultaten van het Human Functional Genomics Project, een grootschalig onderzoeksproject waarin wetenschappers van het Radboudumc, UMC Groningen en het Broad Instituut van de universiteit van Harvard proberen de geheimen van de afweerreactie te ontrafelen.

Afweer op peil houden

Ruim vijfhonderd gezonde vrijwilligers werkten mee aan het onderzoek. Afweercellen uit het bloed werden uitgebreid onder de loep genomen. Genen bepalen voor 25 tot 75 procent de kracht van de afweerreactie. “Een ruime marge, maar het daadwerkelijke percentage is helemaal afhankelijk van het soort infectie en naar welk onderdeel van het afweersysteem je kijkt”, vertelt immunoloog Mihai Netea van het Radboudumc. “Bij tuberculose, bijvoorbeeld, is de afweerreactie veel sterker genetisch bepaald dan bij bepaalde huidbacteriën.” Dat is ook logisch. Het afweersysteem heeft zich zoveel mogelijk aangepast aan potentieel gevaarlijke micro-organismen.

Naast erfelijkheid is ook gekeken naar andere factoren die de afweerreactie kunnen beïnvloeden zoals leeftijd, geslacht en de seizoenen. Het is algemeen bekend dat de afweer van ouderen achteruit gaat. Toch klopt dat niet helemaal. Netea en zijn collega’s ontdekten dat de aangeboren afweer op latere leeftijd nog prima werkt. Alleen de verworven afweer laat het bij ouderen wat afweten. “Een belangrijk onderdeel van de afweerreactie gaat dus achteruit, maar daar is wat aan te doen door heel gericht te gaan vaccineren. Bijvoorbeeld met pneumokokken, griep of misschien zelfs het TB-vaccin. Dat zorgt voor een versterking van het immuunsysteem en helpt zo de afweer op peil te houden.”

Een groep ouderen zit op een bankje voor een meer.

Gericht vaccineren kan helpen om de afweerreactie van ouderen op peil te houden.

Wikimedia Commons, Capture Queen via CC BY 2.0

Invloed van seizoenen

Vrouwen hebben vaker last van auto-immuunziekten dan mannen. Dat komt waarschijnlijk doordat vrouwen een hoger vetpercentage hebben dan mannen. Belangrijke stoffen van de afweerreactie worden namelijk voor een deel aangemaakt in vetcellen. De onderzoekers keken ook naar het BMI van de proefpersonen in de hoop een sterkere afweerreactie te vinden bij mensen met een hoger BMI. Dat resultaat bleef uit. Netea: “We hadden het effect van BMI sterker verwacht, maar onze proefpersonen waren gezonde, veelal slanke mensen met een gemiddeld BMI. We willen de afweerreactie in de toekomst ook bestuderen bij patiënten met obesitas en verwachten dan een sterker effect.”

In de winter werkt het afweersysteem minder goed dan in de zomer.

Wikimedia Commons, Uli Herrmann via CC BY-SA 3.0

De seizoenen spelen een verrassend grote rol in de afweerreactie. Bepaalde afweerstoffen pieken duidelijk in de zomermaanden, terwijl anderen juist voornamelijk aanwezig zijn in de winter. “Waarom de seizoenen zo’n grote rol spelen, weten we niet precies”, legt Netea uit. “In de winter zijn er meer infecties, dus zou je verwachten dat het immuunsysteem dan sterker werkt, maar dat is dus niet zo. In de winter werkt het immuunsysteem minder goed en zijn we dus gevoeliger voor infecties. In de zomer werkt het afweersysteem harder en is de kans op ontstekingsprocessen juist groter. Zo zagen we bijvoorbeeld dat patiënten met jicht in de zomer meer aanvallen hebben dan in de winter.”

Reacties beïnvloeden

Als laatste keken de onderzoekers naar de invloed van het microbioom, de verzameling bacteriën die in onze darmen wonen. Bij gezonde mensen veroorzaken darmbacteriën vijf tot tien procent van de verschillen in de afweerreactie. Netea benadrukt dat in het onderzoek alleen gekeken is naar afweerstoffen in het bloed. “Vijf tot tien procent lijkt weinig, maar dit effect kan veel groter zijn in het slijmvlies van de darmen, waar de bacteriën voorkomen. Ook hebben we nu alleen gekeken naar een normaal microbioom, van gezonde mensen. Bij een pathologisch microbioom kan het effect ook weer heel anders zijn.”

Vervolgonderzoek richt zich dan ook op het in kaart brengen van de afweerreactie van patiënten met verschillende aandoeningen, waaronder hiv, jicht, bloedvergiftiging, diabetes type 1 en hart- en vaatziekten. In iedere patiëntengroep willen de onderzoekers minstens tweehonderd proefpersonen bekijken. Daarnaast wordt hard gewerkt aan het in kaart brengen van de afweerreactie van gezonde proefpersonen met een andere genetische achtergrond. De proefpersonen uit de eerste studies waren allemaal afkomstig uit West-Europa. Nu is er soortgelijk onderzoek gestart in Afrika en Oost-Europa.

Netea: “Uiteindelijk willen we de gegevens van alle groepen met elkaar vergelijken om de verschillen in afweerreacties beter te begrijpen. Daarna kunnen we gaan kijken naar de mechanismen daarachter en proberen die te beïnvloeden.”

Bron:

Jenna Pappalardo en David Hafler The Human Functional Genomics Project: Understanding generation of diversity Cell 167:4, 3 november 2016 (online), doi:http://dx.doi.org/10.1016/j.cell.2016.10.040

ReactiesReageer