Naar de content

Hoe oogbewegingen helpen nare herinneringen te vergeten

Een close-up van twee blauwe ogen.
Een close-up van twee blauwe ogen.
Flickr.com, Axel Naud via CC BY 2.0

Door simpele oogbewegingen te maken tijdens het ophalen van een traumatische gebeurtenis, kan de nare herinnering vervagen. Nijmeegse neurowetenschappers ontdekten hoe dat kan: bewegende ogen onderdrukken de amygdala, een hersenstructuur betrokken bij het opslaan van herinneringen.

Tien procent van de mensen die iets ergs meemaakt houdt daar blijvende stress en angst aan over. Psychotherapeuten proberen de herinnering aan zo’n traumatische gebeurtenis los te koppelen van angstige gevoelens, door de patiënt te vragen dat nare beeld te blijven terughalen. Uiteindelijk moet je er dan ongevoelig voor worden. Als de patiënt tijdens het oproepen van die herinnering met zijn ogen de vinger van de therapeut volgt van links naar rechts, gaat dat ontkoppelen beter. Die techniek heet EMDR (Eye Movement Desensitization and Reprocessing).

Cognitief neurowetenschapper Linda de Voogd en haar collega’s van het Donders Instituut in Nijmegen ontdekten waarom EMDR werkt. Wat die simpele oogbewegingen doen was voorheen een raadsel. Wat blijkt? Tijdens het terugdenken aan een traumatische gebeurtenis onderdrukken oogbewegingen de activiteit van de amygdala, een hersengebied betrokken bij het opslaan van herinneringen en emotionele reacties. De Voogd promoveerde vorig jaar al op dit onderzoek, maar de bevinding verscheen deze week in het vakblad JNeurosci.

Zwijgende amygdala

In Nederland gebruiken therapeuten EMDR veelvuldig bij posttraumatische stressstoornis (PTSS). In andere landen is de techniek minder gebruikelijk, al laat klinisch onderzoek zien dat het werkt. “Sommige behandelaren zijn sceptisch omdat niet bekend is wat die oogbewegingen doen en wat de meerwaarde ervan is”, zegt De Voogd, die na het behalen van haar doctorstitel de Atlantische Oceaan overvloog om haar onderzoek voort te zetten aan de universiteit van New York.

De wetenschappers deden onderzoek met gezonde proefpersonen. In het eerste experiment moesten 24 mannen en vrouwen een zijwaarts bewegende stip volgen met hun ogen terwijl ze in een fMRI-scanner lagen. En ja, bewegen met de ogen remde de activiteit van de amygdala. “Hiermee laten we zien dat oogbewegingen echt iets doen”, aldus De Voogd.

Toen de proefpersonen een werkgeheugen taak deden in de scanner, reageerde dit hersengebied hetzelfde. “We wisten uit de literatuur al dat een werkgeheugen taak de amygdala sterk onderdrukt.” Door je te concentreren op de beweging van je ogen, heb je minder aandacht voor je angstige herinnering, is de theorie. De Voogd: “Als het ene hersennetwerk actief is, dan is het andere netwerk minder actief. Zo werkt ons brein.”

Elektrische schok

In het tweede experiment werden proefpersonen op dag één bang gemaakt voor gekleurde vierkantjes. Twee van de vier kleuren voorspelden een elektrisch schokje, toegediend via hun vinger. Aan het zweet op hun huid was te meten dat ze angstig werden bij het zien van de twee vierkantjes; omdat ze die zijn gaan associëren met iets naars. Op dag twee kwamen de vierkantjes weer voorbij, maar dan zonder schokje. Bij één van de twee enge vierkantje maakten de deelnemers oogbewegingen. Eerst reageerden ze nog angstig, maar gaandeweg werd dat minder. Aan het eind van de test was de stress weg. “Dit is een versimpeld model voor therapie waarin je steeds opnieuw de prikkel aanbiedt die emoties oproept”, legt De Voogd uit. “Na een tijdje ben je er niet meer bang voor.”

De vraag was: kunnen oogbewegingen die associatie sterker doorbreken? Op dag drie kregen de proefpersonen opnieuw de vierkantjes te zien. Toen ze het angst opwekkende vierkantje zagen waarbij ze vorige dag oogbewegingen maakten, werden hun handen niet langer zweterig. Daarna kregen ze een paar schokjes om hun emotionele herinnering weer terug te halen. Spontaan was daar de angst weer. “In het echte leven komen de symptomen van PTSS na therapie soms ook spontaan terug”, aldus De Voogd. De angst kwam echter minder erg terug bij mensen die tijdens het maken van oogbewegingen de vorige dag hun amygdala zwaar onderdrukten.

Er bestaan medicijnen die de activiteit van de amygdala onderdrukken, maar simpele oogbewegingen maken heeft hetzelfde effect.

Tom Varco, Wikimedia Commons

Toeval

Herinneringen volledig wissen is waarschijnlijk niet wat er gebeurt bij EMDR. Patiënten geven aan zich nog te weten wat er gebeurde, alleen zijn de heftige emotionele reacties verdwenen. Het beeld van iets ergs uit het verleden, zoals seksueel misbruik of een aanrijding, is neutraal geworden. “Eigenlijk weten we niet precies wat die oogbewegingen doen met het geheugen”, zegt De Voogd. “Verandert de oorspronkelijke herinnering een beetje, of alleen de emoties die eraan gekoppeld zijn? We kunnen goed zien hoe gedrag verandert; kijken wat er binnenin de hersenen gebeurt is een stuk moeilijker.”

Aan de Universiteit van New York zoekt de Nederlandse neurowetenschapper momenteel naar andere manieren om de amygdala te onderdrukken. “Die oogbewegingen waren een toevalsbevinding van een therapeut in de Verenigde Staten. Wie weet zijn er dingen die nog beter werken.”

Bron:
ReactiesReageer