Wat was er voor het ontstaan van soorten? En hoe gaat het verder als wij buiten de beperkingen van evolutie om zelf leven maken? Het zijn vragen die de wetenschap en maatschappij bezig houden. Geneticus en programmamaker voor de BBC Adam Rutherford schreef er het verhalende boek Schepping over.
Of nou ja, eigenlijk zijn het twee boeken ineen. Het boek heeft twee voorkanten met de overkoepelende titel ‘Schepping’. De eerste helft draagt de ondertitel ‘de oorsprong van leven’ en gaat in op wat het leven is, hoe het eerste leven eruit zag en hoe het ontstond.
Het tweede deel, waarvoor je het boek moet omkeren, gaat over ‘de toekomst van leven’. Wat is synthetische biologie? En hoe zal het onze wereld veranderen? De twee helften van het boek zijn los van elkaar te lezen, zegt schrijver Adam Rutherford in het voorwoord. Maar beide verhalen zijn wel sterk met elkaar verbonden.
Schepping, maar niet geschapen
Eerst even wat rechtzetten over de overkoepelende titel: Schepping. Die suggereert dat dit boek gaat over hoe God de aarde en al het leven dat er op rondstruint schiep. Maar het creationisme komt niet aan de orde en daarom is de titel wat misleidend. Het gaat om het moleculaire verhaal van hoe leven ontstaan kan zijn en hoe mensenhanden er steeds meer grip op krijgen. In hoofdstuk 3 staat een alinea die mogelijk verklaard waarom Rutherford met deze titel op de proppen kwam:
Ergens op aarde was gedurende het Archeïcum een vochtig oppervlak, een poel of een vloeibare lavastroom blootgesteld aan gassen van de atmosfeer en een bliksemschicht. Het heeft iets van een dramatisch scheppingsmoment, het ontsteken van de levensvonk in dode materie, door bliksem vanuit de hemel.
Let wel, als dit inderdaad is zoals het is gegaan. Een God was in ieder geval niet betrokken bij het ontstaan van het eerste leven. Rutherfords scheppingsverhaal is gebaseerd op pure biochemie.
Over Darwin, cellen en DNA
Het boek is geschreven voor mensen die redelijk thuis zijn in de biochemie en niet verbaasd hun wenkbrauw optrekken bij begrippen als DNA, aminozuren, eiwitsynthese en evolutie. Mensen werkzaam in de chemie of biologie zullen echter weinig nieuws horen. In principe kan je de twee helften los van elkaar lezen maar het is wel aanbevolen te beginnen bij het begin: de oorsprong van leven. Dat geeft je de technische kennis om te begrijpen hoe wetenschappers nu in het laboratorium zelf leven willen doen ontstaan. Een gebeurtenis die je misschien wel de tweede oorsprong van leven kan noemen.
Plezierig lezen
Van de manier waarop het leven werkt geeft Rutherford een duidelijke omschrijving aan de hand van de celtheorie, Darwin’s evolutietheorie via natuurlijke selectie en de ontdekking van de structuur van het erfelijk materiaal.
Hij doet dat op een verhalende en beeldende manier, met anekdotes en leuke metaforen. Dat maakt het lezen tot een plezier. Maar desondanks moet je je aandacht er wel bij houden; de informatiedichtheid is soms hoog en het blijft voor een leek pittige kost. De plaatjes en tekeningen die ontbreken worden ruimschoots gecompenseerd door een gigantische literatuurlijst. Weken, nee maanden, moet hij besteed hebben aan het lezen van alle die boeken en artikelen. Hij heeft zijn literatuur dan ook goed op een rijtje en onderbouwt zijn verhaal zorgvuldig aan de hand van wetenschappelijke inzichten.
Chemie of biologie?
Een interessante discussie die regelmatig aan bod komt is die over de scheidslijn tussen chemie en biologie. We beschouwen chemie over het algemeen als levenloos, en levende materie als biologie. Maar is er wel zo’n duidelijke grens?
Dat vraagstuk begon blijkbaar al anderhalve eeuw geleden. Rutherford vertelt dat Darwin in 1871 een brief schreef aan zijn vriend Joseph Hooker waarin hij filosofeerde over de overgang van levenloze chemie naar leven. Zulke ideeën kwamen ook van zijn tijdgenoot Ernst Haeckel, een Duitse zoöloog die voorstander was van het idee dat biologie en chemie in elkaars verlengde lagen.
Ook nu is het de vraag of we wel zo’n strakke grens moeten trekken waarin de ene kant chemie is en de andere kant biologie. Vooral bij het zoeken naar een sluitende definitie voor wat leven nou eigenlijk is, speelt deze kwestie. Sommigen vinden het alleen maar moeilijk en onnodig om de levenloze chemie strikt te scheiden van de levende biologie. Dat zou te willekeurig zijn. Want leven is een combinatie van vele verschillende chemische systemen die samen meer zijn dan de som van hun onderdelen, aldus Rutherford. Dat geeft stof tot nadenken.
Realistisch toekomstbeeld
Al met al is ‘Schepping’ een razend interessant boek en bovendien heel actueel. Het tweede deel gaat volledig over de toekomst van de synthetische biologie die heel realistisch geschetst wordt. We hoeven niet bang te zijn dat angstaanjagende nieuwe levensvormen glibberend of vliegend het lab verlaten.
Daarnaast moeten we synthetische biologie ook niet zin als de profetische technologie die de wereld gaat redden van honger en vervuiling. Wat overigens niet betekent dat alle toekomstvisies zwaar overdreven zijn, want synthetische biologie kan de wereld wel degelijk vooruit helpen. Rutherford is down to earth. Dit boek zal daarom voor de meesten erg ontnuchterend zijn om te lezen.