Naar de content

Het Derde Rijk als kunstwerk

Duitse cultuur als Faustiaans pact

Wikimedia Commons, Bundesarchiv, Bild 183-1982-1130-502 / CC-BY-SA 3.0

Hoe kan het toch dat een cultureel hoogstaand volk het Duitse ineens als achter Adolf Hitler, die gesjeesde korporaal zonder opleiding met zijn rare ideeën, aan ging lopen? Over die vraag breken historici zich al jarenlang het hoofd. Emiritus hoogleraar Frits Boterman draait de vraag nu op een intrigerende manier om: De diepzinnige Duitse cultuurtradities maakten Hitler en het nazisme juist mogelijk, stelt hij.

In het boek ‘Cultuur als Macht’ stelt Frits Boterman, emeritus hoogleraar moderne Duitse geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam, dat je het succes van de nazi’s niet kan begrijpen zonder aandacht te hebben voor de diepzinnige Duitse cultuurtradities. Weimar (als woonplaats van dichter Johann Wolfgang von Goethe symbool voor de hoogstaande Duitse cultuur) en Buchenwald (symbool voor de Holocaust) liggen daarom dichter bij elkaar dan men meestal denkt.

Om de Duitse geschiedenis, inclusief zijn donkere kanten, te verklaren worden politiek en cultuur meestal gescheiden behandeld. Eventuele ‘afwijkingen’ in de Duitse geschiedenis zijn altijd van politieke aard. Autoritaire tradities, het Pruisische militarisme, het uitblijven van een liberale revolutie in de negentiende eeuw. Maar naast alle fouten die er op politiek gebied gemaakt zijn stond altijd de hoogdravende Duitse cultuur. Goethe, de componist Beethoven en Friedrich von Schiller toonden aan dat er ook een ander, beter Duitsland bestaat. Zo ontstond de eeuwige, typisch Duitse tegenstelling tussen cultuur en politiek.

‘Onttovering van de wereld’

Maar dit wil zeker niet zeggen dat de Duitse intellectuelen dus a-politiek waren. Dat is volgens Boterman niet meer dan een mythe die nodig ontkracht moet worden. In ‘Cultuur als Macht’ schetst Boterman een volk dat worstelt met zijn identiteit. Wegens gebrek aan politieke macht in het autocratische Duitsland nam de Gebildete elite zijn vlucht in de cultuur. Neem bijvoorbeeld Friedrich von Schiller, die rond 1800 als een van de eersten met het idee van de Duitse ‘cultuurnatie’ kwam.

Duitsland was toen politiek nog versnipperd en dreigde onder de voet gelopen te worden door Napoleon. Het Duitse Rijk ging ten onder, maar de Duitse cultuur, maar de echte Duitse waardigheid zat in de cultuur, schreef hij in een onvoltooid gedicht. Duitsland was dan (nog) geen politieke eenheid, de culturele eenheid was hechter dan ooit. Dat bood de Duitse burger perspectief in moeilijke tijden.

Als reactie op het kille, rationele verlichtingsdenken van de Franse Revolutie, de ‘onttovering van de wereld’, in de woorden van Max Weber, omarmden de Duitse intellectuelen de idealen van de Romantiek. De romantische elite legde de nadruk op kunst, muziek, literatuur en ‘het innerlijke’, als manier om zich af te schermen tegen de civilisatie, de democratie en de politiek. Rationalisering en industrialisatie zouden uiteindelijk het ‘diepere geheel’ van het leven kapot maken, was bij veel intellectuelen de overtuiging.

De ‘Lichtdom’ in Neurenberg, 1937.

Wikimedia Commons, Bundesarchiv, Bild 183-1982-1130-502 / CC-BY-SA 3.0

Die hang naar romantische waarden speelt in de Duitse geschiedenis een hoofdrol. Het helpt ook het succes van het Derde Rijk te verklaren. De machtsovername van Hitler was in de eerste plaats een culturele revolutie. Hitler was geen politicus maar een kunstenaar, die van Duitsland een romantisch kunstwerk wilde maken waarin kunst, literatuur, architectuur allemaal samenspeelden in een ideale, laat-romantische wereld. Het nazisme is volgens Boterman dan ook het meest drastische antwoord op de ‘onttovering van de wereld’.

Verdorven materiële cultuur

Nergens is juist met cultuur zoveel politiek bedreven als in het land van dichters en denkers, stelt Boterman. In het geval van filosofen als Karl Marx, Martin Heidegger en nazi-ideoloog Alfred Rosenberg mag het misschien duidelijk zijn. Maar Boterman’s werk staat ook vol met portretten van onbekendere Duitse intellectuelen, schrijvers, filosofen, die allemaal op hun eigen manier hun niet zelden romantische, conservatieve denkbeelden in politiek, in daden probeerden om te zetten.

Zo begroetten de meeste intellectuelen in augustus 1914 hartstochtelijk de Eerste Wereldoorlog. Duitsland zou moeten vechten voor zijn vrijheid en geestelijke onafhankelijkheid, legden zij uit. De strijd werd door academici en intellectuelen niet alleen gezien als een verdedigingsoorlog, die gevoerd moest worden tegen een vijand die de Duitse cultuur dreigde te verpletteren. Ze zagen het ook als een bevrijdingsoorlog die de westerse verdorven materiële cultuur uit eigen land moest verdrijven. Ze deden dat met argumenten die teruggingen op Schiller, de tijd rond 1800 en de oorlog tegen Napoleon.

Boterman laat duidelijk en met een prettige pen zien dat veel leden van de Duitse cultuurelite veel nauwer bij de duistere kanten van de Duitse geschiedenis betrokken waren dan vaak wordt gedacht. Het waren het tenslotte studenten en hoogleraren die in mei 1933 de boekverbrandingen in Berlijn organiseerden. De oude geest moest letterlijk verbranden, zodat uit de as een nieuwe wereld kon voortkomen, gebaseerd op de vreemde romantische en natuurlijk anti-semitische idealen van de nazi’s.

Pact met de duivel

Volgens Boterman sloot de Duitse culturele elite ongemerkt een ‘faustiaans pact’ – oftewel een pact met de duivel – met het kwaad dat het nazisme heette. Velen – maar lang niet àlle – voelden zich op een of andere manier verwant met de ideeën van Hitler en zagen te laat in waar het toe zou leiden.

‘Cultuur als Macht’ is misschien niet het type boek dat je zomaar even tussendoor leest. Boterman brengt hiermee namelijk niets minder dan de allereerste algemene cultuurgeschiedenis van onze oosterburen. Het is natuurlijk verleidelijk om uit een lijvig, bijna 900 pagina’s tellend overzichtswerk de aspecten te lezen die je het interessantst vindt. Maar het is beter om je vanaf 1800 te laten meevoeren in Boterman’s schitterend gedocumenteerde verhaal over de diepgewortelde Duitse cultuurgeschiedenis. Dan ga je het land en zijn geschiedenis pas écht begrijpen.

Frits Boterman, Cultuur als Macht. Cultuurgeschiedenis van Duitsland 1800-heden. (Uitgeverij De Arbeiderspers, 2013)

ReactiesReageer