Je persoonlijkheid verandert naarmate je ouder wordt. Wie vroeger echter het impulsiefste kind van de klas was, zal ook na zijn pensioen impulsiever blijven dan leeftijdsgenoten. Dat komt naar voren uit een langlopende studie van Amerikaanse psychologen.
In hoeverre verandert onze persoonlijkheid tussen de middelbare schooltijd en het pensioen? Zijn we als 66-jarige nog steeds dezelfde persoon als toen we zestien waren? Het hangt ervan af of je je persoonlijkheid vergelijkt met je jongere zelf of met je leeftijdsgenoten, volgens onderzoek geleid door sociaal psycholoog Brent Roberts van de Universiteit van Illinois.
Met collega’s van de Universiteit van Houston en Universiteit van Tübingen (Duitsland) publiceerde hij in het vakblad Journal of Personality and Social Psychology de resultaten van een vijftig jaar lopende studie naar persoonlijkheidskenmerken. Kijkend naar wie we vroeger waren, verandert iedereen met oplopende leeftijd, rapporteert het team. De positie van onze persoonlijkheidskenmerken binnen een groep leeftijdsgenoten blijft echter redelijk stabiel.
Positie in de groep
De onderzoekers gebruikten gegevens uit Project Talent, een grootschalig onderzoek waaraan 440 duizend Amerikaanse high-school leerlingen deelnamen in 1960. Vijftig jaar later spoorden de onderzoekers 1.800 van hen op om de vragenlijst, waarin getest wordt op tien persoonlijkheidskenmerken die te herleiden zijn tot de Big Five, nog een keer te doen.
Ze keken eerst hoe stabiel de verschillen tussen mensen in persoonlijkheidskenmerken blijven. Hierbij gaat het om de positie die iemand inneemt in een groep ten opzichte van anderen, en hoe die positie verandert. Je kan dat per kenmerk uitrekenen. Bijvoorbeeld: ontwikkelt een zestienjarige die in vergelijking met haar leeftijdsgenoten plichtsgetrouw is, zich tot een 66-jarige die ook plichtsgetrouwer is dan haar leeftijdsgenoten?
Gemiddeld genomen is het antwoord voor alle tien de kenmerken ‘ja’. Wie we zijn ten opzichte van leeftijdsgenoten verandert weinig tussen tienertijd en pensioen. “Als iemand de clown uithangt op de middelbare school, is het niet onmogelijk dat hij vijftig jaar later dezelfde rol speelt”, schrijven de onderzoekers.
Volwassen worden
Het team keek ook hoe persoonlijkheidskenmerken gemiddeld veranderen tussen tienertijd en pensioen. Bijvoorbeeld: zijn zestienjarigen minder verantwoordelijk dan 66-jarigen? Onze persoonlijkheid ontwikkelt zich duidelijk gedurende het leven. We worden emotioneel stabieler, plichtsgetrouw en inschikkelijker. Oftewel, we worden volwassen. In die zin is persoonlijkheid plooibaar, aldus de onderzoekers.
Hoeveel we veranderen door ouderdom verschilt wel tussen mensen. Bij de ene persoon neemt de emotionele stabiliteit bijvoorbeeld veel meer toe in vergelijking met zijn leeftijdsgenoten, bij de ander juist minder. Roberts vermoedt dat individuele verschillen te maken hebben met levenservaringen, zoals kinderen krijgen of de dood van een partner, maar dat viel nu niet te testen.
Mannen en vrouwen
Tot slot keek het team nog naar het totale persoonlijkheidsprofiel van individuen. De vraag daarbij is bijvoorbeeld: ontwikkelt een tiener wiens emotionele stabiliteit lager is dan haar plichtsgetrouwheid, zich tot een 66-jarige wiens emotionele stabiliteit nog steeds lager is dan haar plichtsgetrouwheid? Ook dat blijkt het geval.
Ze troffen trouwens ook verschillen aan in persoonlijkheid tussen mannen en vrouwen, op zowel 16- als 66-jarige leeftijd. Zo scoren vrouwen onder andere hoger op extravertheid en sociale gevoeligheid, en lager op zelfvertrouwen (wijzend op hogere emotionele instabiliteit). Maar, mannen en vrouwen veranderen gedurende hun leven evenveel.
Rollen en taken
Hoogleraar Marcel van Aken van de Universiteit Utrecht, gespecialiseerd in persoonlijkheid, is bekend met het onderzoek van Brent Roberts. Zelf is hij ook betrokken bij langlopende studies naar stabiliteit en verandering in persoonlijkheid. “Het mooie aan dit onderzoek is dat Roberts niet één maar vier methoden gebruikte om stabiliteit te meten, en daarnaast allerlei controles doet om de uitkomsten te verifiëren. Bovendien gaat het om een enorm lange meetperiode. Methodisch is het dus heel netjes uitgevoerd.”
Vooral de resultaten over de mens in zijn algemeenheid zijn belangrijk, volgens Van Aken. We ‘groeien’ in persoonlijkheid met oplopende leeftijd. Wat er individueel gebeurt met mensen, is dan weer minder goed te voorspellen. “Er zijn erg veel factoren die een rol spelen.”
Al met al bevestigen de uitkomsten wat in kortere onderzoeken al vaker is waargenomen: persoonlijkheid is zowel stabiel als veranderlijk. En: hoe ouder, hoe meer vastligt wie we zijn. “Vanaf drie jaar oud begint je persoonlijkheid al vorm te krijgen; de grootste verandering maak je door als jongvolwassene”, aldus Van Aken. De theorie hierachter is dat jongvolwassenen rollen en taken op zich gaan nemen, zoals een baan vinden, die deze verandering uitlokken.