Honderd jaar geleden was het leven geen feest voor vrouwen, en zeker niet voor arbeidersvrouwen in de stad: weinig scholing en lange dagen werken voor een habbekrats; financiële en seksuele uitbuiting in de fabrieken. De Britse film Suffragette laat op treffende en ontroerende wijze de ellendige positie zien van deze vrouwen en hun strijd voor verbetering. Hoe was de situatie in Nederland?
De film Suffragette, die nu in de bioscoop draait, speelt zich af in het Engeland van vlak voor de Eerste Wereldoorlog (1914-1918). Suffragettes zijn vrouwen die strijden voor vrouwenkiesrecht in de negentiende en begin twintigste eeuw. Politici uit deze tijd, blanke mannen uit de hogere klassen, spreken weliswaar al decennia over meer rechten voor het ‘zwakke geslacht’, maar wetten veranderen doen ze niet. Voor het eerst in de westerse geschiedenis komen vrouwen daarom in opstand en gebruiken zelfs geweld om het tij te keren. Met kiesrecht voor vrouwen hopen ze hun leven en dat van hun dochters te verbeteren. Ook in Nederland strijden vrouwen voor kiesrecht en meer. De meest radicale feministe van het eerste uur is Wilhelmina Drucker (1847-1925).
Wilhelmina Drucker is een verhaal apart. Ze wordt in 1847 geboren als buitenechtelijk kind van een naaister en een rijke bankier, Louis Drucker. Wilhelmina en haar zusje worden niet erkend door hun vader. Wanneer Louis Drucker later trouwt, krijgen zijn nieuwe kinderen alle rechten op de erfenis. In 1884 sterft de man en Wilhelmina erft alsnog een klein bedrag. Maar omdat het bij lange na niet hetzelfde is als het erfdeel van de wettig erkende kinderen uit haar vaders huwelijk, gaat Wilhelmina in protest. Ze publiceert onder andere een roman, George David, een aanklacht tegen de rechteloosheid van niet-erkende kinderen.
Hypocriete wetten
Rond dezelfde tijd komt Drucker in contact met socialisten en vrijdenkers. Ze bezoekt allerlei bijeenkomsten, bijvoorbeeld van de Sociaal-Democratische Bond (SDB), de vereniging voor vrijdenkers De Dageraad en de Nederlandsche Bond voor Algemeen Kies- en Stemrecht. Haar mening over socialistische kwesties uit ze in verschillende tijdschriften voor gelijkdenkenden.
De socialisten gaan haar alleen niet ver genoeg. Zij willen namelijk bescherming voor de arbeidersvrouwen op de werkvloer, terwijl Drucker gelijke rechten wil voor man en vrouw. Dat betekent gelijk loon voor gelijke arbeid, en geen ontslag bij een huwelijk. Dit laatste geldt niet voor fabrieksvrouwen, want een arbeidersgezin kan niet rondkomen van het loon van slechts de man. Vrouwen uit de middenklasse met beroepen als winkeljuf, lerares of in dienst bij de overheid, verliezen wel automatisch hun baan bij een huwelijk. Daarnaast strijden socialisten niet voor algemeen kiesrecht voor iedereen, maar voor mannen en ook dat is tegen het zere been van Drucker. En waar deze socialisten zich helemaal niet mee bezig houden, is de ongelijke seksuele moraal.
Uit ervaring weet Drucker hoe een gezin in armoede kan vervallen, als de vader de buitenechtelijke kinderen niet erkent. Niet alleen de moeder, maar ook de kinderen hebben geen rechten. Bij wet is het ook nog eens verboden om onderzoek te doen naar de biologische vader. Drucker is fel tegen dit verbod en wil daarnaast dat alle kinderen, erkend of niet, dezelfde rechten hebben. Daarnaast ziet ze het huwelijk op zich als een schijninstituut. Onder het mom van bescherming van het zwakke geslacht heeft de vrouw geen zeggenschap over haar eigen lijf, kinderen en middelen. De echtgenoot mag haar geld er doorheen jagen, zonder dat zij hier iets aan kan doen. Hij kan haar mishandelen op welke manier dan ook, zonder gestraft te worden.
Man en vrouw zijn namelijk zowel voor de wet als voor de kerk niet gelijk in deze periode. De kerk predikt al eeuwen dat de erfzonde de schuld is van de vrouw en dat zij minderwaardig is aan de man. De vrouwen gedragen zich daar ook naar. Maar Drucker niet. Voor haar staat deze ongelijkheid gelijk aan slavernij. Een nieuw geluid, zeker voor een vrouw, is haar idee over seksuele vrijheid hierbij. Vrouwen mogen alleen maar de magen van hun echtgenoten vullen en kinderen baren. Wat de (seksuele) verlangens van de vrouw zelf zijn is absoluut niet belangrijk, iets waar Wilhelmina fel tegen in het verweer gaat: ‘Hartstocht drijft zowel mannen als vrouwen tot voortplanting, zo is de natuur.’
Gevallen vrouwen
Hoewel haar invalshoek nieuw is, is Drucker niet de enige die protesteert tegen de dubbele seksuele moraal. Vanaf halverwege de negentiende eeuw ontstaan er liefdadigheidsverenigingen waarbij burgervrouwen de arme wijken intrekken om hulp te bieden. Prostitutie tiert welig en niet omdat het zo’n prettig beroep is. Ongelijke rechten op de arbeidsmarkt zorgen ervoor dat prostitutie al snel het laatste redmiddel is voor arme meisjes om geld te verdienen.
Veel plattelandsmeisjes komen naar de stad om als dienstbode te werken. Ze krijgen weinig betaald en worden na hun achttiende al snel vervangen door goedkopere tieners. Zonder vervangend werk is er vaak geen andere uitweg. Hoewel deze ‘gevallen vrouwen’ met de nek worden aangekeken, zijn er weinig morele bezwaren voor mannen om naar de hoeren te gaan, en het dodelijke syfilis is een veelvoorkomende ziekte in de negentiende eeuw. Het feit dat deze nette burgermannen hun brave vrouwen thuis besmetten, roept steeds meer weerstand op.
De industrialisatie zorgt vanaf ongeveer 1850 voor steeds vollere sloppenwijken waar mensen onder erbarmelijke omstandigheden leven. Hulpvaardige burgervrouwen van liefdadigheidsverenigingen treffen in achterafsteegjes van de volkswijken een wereld aan waarvan ze het bestaan niet wisten: tochtige krotten vol ongedierte; geen geld voor fatsoenlijk eten; kleine kinderen, achtergelaten zonder oppas omdat de ouders allemaal aan het werk zijn. Na 1870 neemt de georganiseerde liefdadigheid toe, evenals de roep om sociale veranderingen. Pas dan zal ook de politiek zich met de sociale kwestie gaan bemoeien.
Kapitalistische vuilak
Volgens Wilhelmina Drucker is de oplossing voor deze problemen echter niet het verbod op prostitutie, maar gelijkheid tussen man en vrouw. Gelijkheid begint al bij de opvoeding – meisjes worden in haar ogen dom gehouden en mogen slechts kuis wachten op hun bruidegom – en gelijkheid gaat ook op voor de arbeidsmarkt. Economische zelfstandigheid betekent vrijheid. Zelf verwerft Drucker haar vrijheid door haar erfenis. Ze schikt met haar halfbroer en ontvangt een vermogen dat haar voor de rest van haar leven onafhankelijk maakt. Met dit geld zet Drucker zich in voor de vrouwelijke zaak. Ze richt de partijloze Vrije Vrouwen Vereeniging op en het weekblad voor vrouwen: Evolutie. Hiermee neemt zij afscheid van de socialisten die de vrouwenzaak minder belangrijk vinden dan de rechten voor mannen. Tot aan het eind van haar leven schrijft Drucker Evolutie grotendeels zelf vol.
Wilhelmina Drucker stelt talloze maatschappelijke misstanden aan de kaak in de Evolutie. In 1893 beschrijft ze bijvoorbeeld dat de Hoge Raad heeft uitgemaakt dat het niet strafbaar is om vrouwen in het openbaar tegen hun wil te kussen. Over seksualiteit wordt in die tijd heel kuis geschreven – het woord zelf wordt amper genoemd – en het gaat hier dan ook niet alleen om zoenen. Druckers reactie is furieus: ‘Wanneer een of andere kapitalistische vuilak het geschikt oordeelt met zijn syfilistische adem de lippen onzer vrouwen of meisjes te besmetten, dan is zulk een gewelddadige aanranding niet schuldig in ons godzalig vaderland.’
De strijd van Wilhelmina Drucker en gelijkgestemden is de geschiedenisboeken ingegaan als de eerste feministische golf. Vanwege hun strijdlust en het podium dat Drucker wist te creëren om hun gedachtegoed uit te dragen, is er een beslissend begin gemaakt met gelijke rechten voor mannen en vrouwen. Zo krijgen vrouwen in 1919 actief stemrecht. Ook na haar dood in 1925 blijft Drucker een inspiratie voor velen. De Dolle Mina’s uit de jaren zeventig, vrouwen die onder andere streden voor ‘baas in eigen buik’, vernoemen zich zelfs naar haar. Ook nu, honderd jaar later, zijn veel onderwerpen die Drucker aansneed nog steeds relevant. Er is al veel winst behaald, maar honderd procent gelijkheid tussen man en vrouw is er nog steeds niet in het Westen. Laat staan in andere delen van de wereld. Een film als Suffragette herinnert je er fijntjes aan dat vrijheid en gelijkheid niet vanzelfsprekend zijn, maar iets om voor te vechten.