Naar de content

De geschiedenis wordt geschreven door de overwinnaars

Recensie ‘13, a ludodrama about Walter Benjamin’

Een pop die aan een bureau zit met pen en papier.
Een pop die aan een bureau zit met pen en papier.
FunFilm Distribution

Strijden voor de onderdrukten. Dat is wat de Duits-joodse filosoof Walter Benjamin tot zijn tragische dood bleef doen. Carlos Ferrand maakte een indrukwekkende film over de laatste zeven jaren van Benjamins leven, die hij doorbracht in ballingschap.

1 november 2019

De film opent sober. We zijn in het Walter Benjamin Archief in Berlijn en zien hoe een onbekend figuur Benjamins paspoort zorgvuldig doorbladert. Op de achtergrond horen we flarden aan geluiden, alsof iemand aan een radioknop draait op zoek naar een signaal. Het paspoort staat vol stempels – het zijn de sporen van de vele reizen die de filosoof maakte. De kijker die weet hoe belangrijk dit document voor Benjamin was, en hoe zijn laatste reis eindigde, raakt onmiddellijk doordrongen van de tragiek van deze film.

De Duits-joodse filosoof leefde in een roerige tijd: hij maakte de Eerste Wereldoorlog mee, zag hoe Duitsland daarna in een diepe economische crisis verviel, en hoe het nazisme vervolgens in rap tempo won aan populariteit. De joodse Benjamin werd vervolgd, ontdaan van zijn burgerschap en moest zijn leven in ballingschap voortzetten in Parijs. Daar arriveert hij op 19 maart 1933, met een koffer en twee foto’s onder zijn arm: een kinderfoto van Franz Kafka en een schilderij van Paul Klee getiteld ‘Angelus Novus’, ook wel bekend als ‘de engel van de geschiedenis’. Terwijl het nazisme gestaag groeit in zijn thuisland, brengt Benjamin zeven jaren door in de Franse hoofdstad.

In Frankrijk leeft Benjamin een onzeker bestaan dat gekenmerkt wordt door een voortdurend tekort aan financiële middelen. In de film zien we de vele adressen waar hij tijdelijk verbleef. Als de filosoof ook in Parijs niet meer veilig is voor de nazi’s, slaat hij op de vlucht, uit vrees voor deportatie. Hij weet een noodvisum voor de Verenigde Staten te bemachtigen, maar de Franse autoriteiten weigeren hem een uitreisvisum te verlenen. Benjamin voelt zich gedwongen om samen met een groep vluchtelingen een tocht te maken door de Pyreneeën om zo illegaal de Frans-Spaanse grens over te steken.

De reis verloopt moeizaam voor Benjamin, die vanwege zijn hartproblemen in slechte gezondheid verkeert. Bij de grens wacht hem een tragisch lot: de groep wordt alsnog tegengehouden door de autoriteiten. Wetende dat de Franse politie hem aan de Gestapo zal overhandigen, maakt Benjamin op 26 september 1940 een einde aan zijn leven door zichzelf een overdosis morfine toe te dienen. De volgende dag krijgen zijn reisgenoten alsnog toestemming om de grens over te gaan.

Onderdrukten

Vlak voor zijn dood schrijft Benjamin zijn werk ‘Over het begrip geschiedenis’, dat hij toevertrouwt aan zijn goede vriendin Hannah Arendt. Zij beloven elkaar spoedig weer te zien in Amerika – een moment dat niet meer heeft mogen komen. Arendt zorgt ervoor dat het manuscript na Benjamins dood alsnog wordt uitgegeven. Hierin betoogt Benjamin dat nadenken over de geschiedenis niet alleen een taak is voor de wetenschap, maar een ethische plicht van iedereen.

Veel mensen zullen zeggen dat we het verleden bestuderen om het heden beter te begrijpen. Het heden is immers het gevolg van gebeurtenissen uit het verleden. Benjamin zegt precies het tegenovergestelde. We kunnen alleen over de geschiedenis denken of praten vanuit de blik van het heden. Er bestaat dus niet zoiets als een feitelijk of objectief begrip van het verleden: geschiedenis is altijd interpretatie. Vanuit die gedachte levert Benjamin kritiek op het idee dat de geschiedenis een continuüm is dat bestaat uit elkaar logisch opvolgende gebeurtenissen, en dat er zoiets bestaat als vooruitgang. Als wij vooruitgang zien, dan komt dat alleen maar omdat we vanuit het heden naar het verleden kijken. En dat doen we altijd vanuit het perspectief van de overwinnaar.

Vanuit de blik van het heden zullen we het verleden altijd zien als een noodzakelijke aanloop naar dat wat er nu is, dat wat wij nu zijn. Benjamin bekritiseert deze blik, omdat we hiermee het kwaad uit het verleden rechtvaardigen als een noodzakelijk kwaad; een kwaad dat nodig was om te komen tot waar we nu zijn. De filosoof die twee wereldoorlogen meemaakte, wist dat het leven helemaal niet zo in elkaar zit: het leven verloopt chaotisch en er is heel veel onnodig lijden in de wereld. Hele bevolkingsgroepen worden onderdrukt of uitgemoord. Juist met het lijden van de onderdrukten is Benjamin begaan.

Engel

Benjamin probeert dat perspectief van de onderdrukten alsnog leven in te blazen. Op die manier wil hij de geschiedenis veranderen. Daarmee bedoelt hij niet dat we de gebeurtenissen uit het verleden kunnen veranderen – Benjamin snapt ook: gebeurd is gebeurd – maar wel de manier waarop we de geschiedenis ervaren. De geschiedschrijver moet oog hebben voor het onderdrukte, het marginale, want juist dat perspectief moet gered worden van de vergetelheid.

Je zou kunnen denken dat Benjamin de stemmen die niet gehoord zijn alsnog een plekje wil geven in onze geschiedenisboeken, maar dat is niet zijn bedoeling. Op die manier zullen we ze altijd (onbedoeld) inpassen in ons dominante verhaal. Benjamin gaat veel verder dan dat: hij wil niet alleen onderzoeken wat de verlangens waren van de onderdrukten, maar ook hoe we die alsnog kunnen bewerkstelligen. Alleen zo doen we volgens hem werkelijk recht aan het perspectief van de onderdrukten: door te zorgen dat ze in het heden betekenis krijgen.

Still uit de film ’13, a ludodrama’. Links het schilderij van Paul Klee, getiteld ‘Angelus Novus’, door Walter Benjamin bekend geworden als ‘de engel van de geschiedenis’. Rechts levenloze mensenlichamen, bezaaid over de grond.

FunFilm Distribution

In ‘Over het begrip geschiedenis’ schrijft Benjamin over ‘de engel van de geschiedenis’, het schilderij van Paul Klee dat hij op weg naar Parijs bij zich had. Na al het geweld dat Benjamin van dichtbij had meegemaakt, was deze tekening een van zijn dierbaarste bezittingen. Volgens hem staat de engel op het punt om zich te verwijderen van iets waar hij zijn blik op gericht houdt. Zijn ogen en mond zijn opengesperd. Zijn rug is naar de toekomst gekeerd en hij kijkt naar het verleden. Hij ziet hoe de puinhoop zich voor zijn voeten opstapelt. De engel zou wel willen blijven om de doden tot leven te wekken, maar een harde wind rukt op die hem onweerstaanbaar voortstuwt de toekomst in, terwijl de stapel puin voor zijn ogen groeit. Die storm is wat wij vooruitgang noemen. Benjamins engel laat zien dat het verleden niet iets is wat we achter de rug hebben. Hoe we hem interpreteren ligt vóór ons.

Spielerei

Ondanks de tegenslagen in zijn leven, heeft Benjamin zijn werk als denker en schrijver nooit opgegeven. Hij was een antifascist en antikapitalist, en bewonderaar van het werk van Marcel Proust en dichter Charles Baudelaire. Van beide intellectuelen komen fragmenten voorbij in de film. Maar Benjamin kon evenveel waarde hechten aan populaire cultuur, zoals kinderverhalen en Disneyfiguren, die zo nu en dan ook in de film ten tonele verschijnen.

Benjamin was gefascineerd door het fantasierijke universum van kinderen en de wijze waarop zij nieuwe werelden creëren door te spelen. Hij ziet opgroeien als een voortdurend verlies van een open nieuwsgierigheid naar de wereld. Zoals hij het zo prachtig beschrijft in een van zijn dagboekfragmenten: ‘eenmaal volwassen kun je nooit meer leren lopen’.

“Melancholische voice-overs van dagboekfragmenten en gruwelijke archiefopnames van het naziregime worden afgewisseld met animaties, psychedelische patronen en stop-motions met poppen van boetseerklei.”

FunFilm Distribution

Geheel in lijn met het leven en denken van Benjamin, wordt ’13, a ludodrama’ gekenmerkt door zowel tragiek als speelsheid. Melancholische voice-overs van dagboekfragmenten en gruwelijke archiefopnames van het naziregime worden afgewisseld met animaties, psychedelische patronen en stop-motions met poppen van boetseerklei. Niet voor niets noemt filmmaker Carlos Ferrand zijn film een ‘ludodrama’ (‘ludo’ betekent spel in het Latijn). Hij wilde beslist geen melodrama maken, dat doorgaans gekenmerkt wordt door een voorspelbare verhaallijn, omdat het leven volgens hem – en volgens Benjamin – niet zo in elkaar steekt. De film kent dus geen spanningsboog of plot zoals de meeste films, maar laat zich het best begrijpen als een vorm van serieuze spielerei.

De film verloopt ook chaotisch. Ferrand heeft weliswaar gekozen voor dertien hoofdstukken die de grote hoeveelheid aan citaten, beelden en geluiden enigszins bij elkaar weten te houden, maar als kijker kun je het gevoel krijgen dat je nergens echt grip op krijgt. Net als Paul Klees Engel van de Geschiedenis zien we hoe het puin zich voor onze ogen opstapelt. Je zou er wat langer bij stil willen staan, maar voor je het weet zit je alweer in een nieuwe scène waarin een andere ramp zich voor onze ogen voltrekt.

De indrukwekkende arthousefilm ’13, a ludodrama’ is bedoeld voor de liefhebber. Wie geen idee heeft wie Walter Benjamin was, zal een uur en zeventien minuten later niet veel wijzer zijn. Daarvoor is de film te fragmentarisch van karakter. De keuze om geen coherent verhaal te maken, is bovendien pas te begrijpen tegen de achtergrond van Benjamins geschiedfilosofie. Ferrand biedt de kijker geen rode draad, maar weet met flarden aan beeld, tekst en geluid wel een indrukwekkende ode te geven aan een poëtische, melancholische en mystieke denker. De kijker blijft achter met minstens dertien losse eindjes en de vrijheid om daar naar eigen inzicht op voort te borduren.

Bekijk de trailer
ReactiesReageer