Naar de content

Bewegen belangrijk voor herstel van kanker

Een vrouw en een klein meisje doen push-ups op een weg.
Een vrouw en een klein meisje doen push-ups op een weg.
Pixabay via CC0

Intensief bewegen kan het herstel van mensen met kanker bevorderen. Dat concludeert Hanna van Waart in haar onderzoek aan het Nederlands Kanker Instituut waarop ze 30 november promoveerde. Door het volgen van een speciaal trainingsprogramma hadden borst- en darmkankerpatiënten minder bijwerkingen van chemotherapie en konden ze sneller weer aan het werk.

Een vrouw en een klein meisje doen push-ups op een weg.

Intensief bewegen kan het herstel van mensen met kanker bevorderen.

Pixabay via CC0

De behandeling van kanker is zwaar. Tijdens een chemotherapiebehandeling, en zelfs lang erna, zijn mensen enorm vermoeid en hebben ze last van duizeligheid of braken. Door heftige bijwerkingen moet soms de dosis van chemotherapie verlaagd worden, wat kan leiden tot een minder effectieve behandeling. Daarom onderzocht Hanna van Waart bij patiënten met borst- of darmkanker of bewegen helpt bij het beter verdragen van chemotherapie.

Van Waart liet 230 patiënten een trainingsprogramma volgen tijdens de chemotherapiebehandeling. De helft van de deelnemers volgde thuis een licht intensief trainingsprogramma en het andere deel een zwaarder programma. In beide programma’s werden deelnemers aangemoedigd om dertig minuten per dag, vijf dagen in de week te bewegen.

Deelnemers aan het zwaardere programma trainden daar bovenop nog twee keer per week hun spierkracht en conditie onder begeleiding van een fysiotherapeut. Over het algemeen waren deelnemers erg tevreden met de trainingsprogramma’s, ondanks de zware periode die ze doorgingen. “De veerkracht van deze mensen staat me nog goed bij”, vertelt van Waart.

Meer effect bij zwaarder trainen

Deelnemers aan zowel het lichte als het zware programma hadden een betere conditie, minder last van misselijkheid en braken, en minder pijn dan de mensen uit de controlegroep die deze programma’s niet volgden. “Door intensief bewegen houden patiënten de chemotherapie beter vol en is de dip die ze normaal na de chemo ervoeren niet zo diep, hierdoor konden patiënten weer sneller aan het werk”, stelt van Waart.

De positieve effecten van de bewegingsinterventie waren hoger bij de groep die intensiever trainde. Deelnemers aan het zware programma hadden minder vaak dosisverlaging van hun chemotherapie nodig dan deelnemers aan het licht intensieve programma.

Het zwaardere trainingsprogramma had zelfs zo’n positief effect dat het door de KWF Kankerbestrijding geselecteerd is om te kijken of het in de praktijk ingezet kan worden. Van Waart hoopt dat het binnenkort aangeboden kan worden als ondersteuning bij de behandeling en dat het vergoed wordt door zorgverzekeraars.

Dit artikel is geschreven door een student van de master Science Communication aan de Vrije Universiteit. Onze redacteur Anne van Kessel heeft de studenten begeleid bij het schrijven van een nieuwsbericht.

ReactiesReageer