De mazelen zijn dankzij vaccinatie een zeldzame ziekte geworden. Maar vaccineren ligt onder vuur en dus krijgen we, ook in Nederland, weer af en toe te maken met mazelenuitbraken. Is het mogelijk om de mazelen helemaal uit te roeien?
Mazelen blijven een enorm gezondheidsprobleem, omdat ze zo ongelooflijk besmettelijk zijn. Het virus komt moeilijk naar binnen, maar gaat heel effectief naar buiten. En dat is de truc.
Op het hoogtepunt van de infectie (twee tot drie dagen voordat mensen daadwerkelijk ziekteverschijnselen vertonen) zijn er overal in het afweersysteem geïnfecteerde cellen. In dat stadium maakt het virus ook contact met de epitheelcellen van de luchtwegen. Zo komen er heel veel virusdeeltjes terecht in de bovenste luchtwegen.
Door te hoesten kan een patiënt die virusdeeltjes heel efficiënt in de omgeving verspreiden, en dat compenseert ruimschoots voor het moeilijke binnenkomen van het virus.
Problemen met acceptatie
Er is een vaccin en de mens is de enige echt geschikte gastheer voor het mazelenvirus. De mazelen kunnen apen infecteren, maar over het algemeen zijn de groepen waarin die dieren leven te klein om het virus lang te laten overleven. Apen die eenmaal geïnfecteerd zijn geweest, kunnen niet meer ziek worden, en dus duurt het in een kleine groep apen niet lang voordat het virus geen ‘verse’ gastheer meer kan vinden.
Dat de mens de enige gastheer is, betekent dat we mazelen in theorie kunnen uitroeien door iedereen tegen de ziekte te vaccineren. Maar volgens Rik de Swart, viroloog aan het Erasmus Medisch Centrum Rotterdam, zal dat nog een lastige klus zijn.
“Er zijn grote problemen met de acceptatie van vaccinaties”, stelt hij. “In een beschermde groep maakt het niet zoveel uit als een enkeling zich niet laat vaccineren. Er is dan toch wel bescherming door de groep. Maar als de onbeschermde groep groot genoeg wordt, komt er ruimte voor een uitbraak. Zoals in 2013 gebeurde in de orthodox protestantse gemeenschap in Nederland.”
Vaccin inhaleren
Naast het probleem met acceptatie is ook het vaccin zelf niet in alle situaties even praktisch. Het vaccin bevat een levend verzwakt virus en moet daarom koel bewaard worden. Vooral in tropische landen is dat niet altijd te doen, met als resultaat dat kinderen wel gevaccineerd worden, maar met een vaccin dat zijn werk niet meer goed doet. Bovendien wordt het vaccin toegediend met een naald, wat risico geeft op besmetting met hiv of hepatitis. De Swart en zijn team zijn op zoek naar een alternatieve manier van vaccineren, die in de tropen wel goed toegepast kan worden.
“Wij willen het vaccin laten inademen met een vernevelaar”, vertelt De Swart. “In ons apenmodel zagen we al een goede afweerreactie als het vaccin in de longen terecht komt. Dat is nu nog in opgeloste vorm, maar het allermooiste zou zijn als je het vaccin in gedroogde vorm kunt bewaren want dan blijft het heel lang stabiel. Daar zijn mijn collega’s in Amerika op dit moment mee bezig. Probleem is nog wel dat je bij inhaleren nooit zeker weet of iemand een volledige dosis heeft gehad. Kortom, er is ruimte voor verbetering van het mazelenvaccin, maar dat gaat niet op korte termijn gebeuren. Tot die tijd willen we met de resultaten van ons onderzoek wel het imago van de mazelen als een ‘onschuldige’ kinderziekte ontkrachten.”