Naar de content
Faces of Science
Faces of Science

Stupid laws

Als het op wetten aankomt, is de realiteit vaak minder geloofwaardig dan fictie.

Eens in de zoveel tijd komt er op mijn Facebook een linkje langs naar een opsomming van de meest gekke wetten ter wereld. Dat een man in Arkansas zijn vrouw bijvoorbeeld slechts één keer in de maand mag slaan, en dan alleen met een stok met een diameter van minder dan 7,5 cm. Of dat het in Alaska verboden is om de baby van je buren op te eten.

De website Stupidlaws verzamelt dit soort voorbeelden omdat het nu eenmaal heel erg leuk is om te lezen met wat voor geks wetgevers allemaal op de proppen komen. In mijn eigen werk leg ik een zelfde soort verzameling aan van wetten die politieke partijen reguleren. Ik kom regelmatig onbegrijpelijke wetten tegen. Tijd voor een speurtocht: wat zijn de politieke gebeurtenissen die geleid hebben tot het aannemen van zo’n wet?

Vrouwen ouder dan 25 jaar hoeven zich niet te identificeren
Wist je bijvoorbeeld dat vrouwen zichtbaar ouder dan 25 jaar zich in de Dominicaanse Republiek vroeger niet hoefden te identificeren bij het stemmen? Ik kwam deze regel uit 1966 tegen bij het doorspitten van een aantal wetten die verkiezingen reguleren en ik was gelijk gefascineerd. De wet lijkt te suggereren dat vrouwen die ouder zijn dan 25 jaar er moeite mee hebben om hun ID te laten zien. Mijn hersenen draaien op volle toeren om dit te verklaren. Zou deze regel inspelen op de ijdelheid van vrouwen? Dat vrouwen niet gingen stemmen zodat de mensen op het stembureau hun leeftijd niet konden achterhalen aan de hand van hun ID. En dat de wetgever vervolgens maar besloot om vrouwen die er ouder uitzien dan 25 zonder ID het stemhokje in te laten. De volgende zin in dit wetsartikel toont echter aan dat ik een te lage dunk van vrouwen heb: als ze geen ID hebben, moeten vrouwen alsnog onder ede hun leeftijd vermelden. Wat is hier aan de hand?

Na er nog een tijdje over na gedacht te hebben, realiseer ik me dat ik mijn eigen realiteit in twijfel moet trekken. Voor ons, Nederlandse vrouwen, is het heel normaal dat we een identiteitsbewijs hebben, maar dat betekent niet dat het hebben van een ID voor vrouwen in de Dominicaanse Republiek in 1966 ook zo gebruikelijk was. Wat bepaalt eigenlijk dat de staat ertoe over gaat om mensen een identiteitsbewijs te geven? Ik bedenk me dat vrouwen waarschijnlijk pas een identiteitsbewijs krijgen als ze voor volwaardig burger aangezien worden. En wanneer worden vrouwen volwaardig burger? Als ze stemrecht krijgen! Een korte zoektocht op Wikipedia leert dat Dominicaanse vrouwen inderdaad in 1942 – 24 jaar eerder – stemrecht kregen. Dat betekent waarschijnlijk ook dat vanaf 1942 elk meisje dat geboren werd een identiteitsbewijs kreeg.

Hervormingen om verkiezingen te winnen
Vrouwen boven de 25 jaar hadden in 1966 dus waarschijnlijk niet allemaal een identiteitsbewijs omdat ze voor 1942 geboren waren. Maar dat verklaart niet waarom het in 1966 opeens zo belangrijk werd dat ze daadwerkelijk konden gaan stemmen. Ik kan twee redenen bedenken: de jaren ’60 vormden het begin van de tweede Feministische Golf dus misschien was er wel sprake van een emancipatiegolf in de Dominicaanse Republiek. Of misschien was er net een presidentskandidaat die het vrouwelijke electoraat nodig had om de verkiezingen te winnen. Ecuador voerde het stemrecht voor vrouwen bijvoorbeeld al in 1929 in. De reden was dat dit de conservatieve pro-kerkelijke partij in staat stelde om gebruik te maken van het vrome, vrouwelijke deel van de kiezers om de verkiezingen te winnen. Een beetje zoals de politieke partijen in de Verenigde Staten, die nu bij elke verkiezing de grenzen van de kiesdistricten aanpassen zodat elk district zoveel mogelijk van hun eigen kiezers bevat.

De Latijns Amerikaanse werkelijkheid
Een duik in de geschiedenisboeken leert dat de waarheid in het geval van de Dominicaanse Republiek nog net wat anders ligt. In 1942 was dictator Rafael Trujillo aan de macht. Trujillo gebruikte de wet graag om grootste hervormingen op papier door te voeren: zo ook het stemrecht voor vrouwen. Op die manier leek het net of de Dominicaanse Republiek een democratie was, wat nuttig was om de schijn op te houden voor de buitenwereld. Maar Trujillo had ook in de grondwet laten opnemen dat zijn eigen partij de officiële staatspartij was, dus verkiezingen stelden in de praktijk niet zo heel veel voor. Pas na zijn dood werden er in 1966 voor het eerst democratische verkiezingen georganiseerd. Aangezien vrouwen formeel al zo’n 25 jaar stemrecht hadden, was het niet meer dan logisch dat zij in staat gesteld zouden worden om ook daadwerkelijk te gaan stemmen. En zo is ook dit mysterie op geheel Latijns Amerikaanse wijze weer opgelost. Nu alleen nog dat mysterie van waarom je in Alaska de baby van je buren niet op mag eten…

ReactiesReageer