Naar de content
Faces of Science
Faces of Science

Onderzoekskills leren met 5 vwo

Judith Austin voor NEMO Kennislink

Bernice, Mette, Maxime en Roos zitten normaal gesproken op school, maar de afgelopen maanden waren ze ook een beetje mijn ‘collega’s’. Ik werkte met deze vwo 5-leerlingen samen aan een project. Na afloop vroeg ik hun wat ze vinden van onderzoek doen, en of ze mijn baan zouden willen. Het antwoord was: nee!

Bernice, Mette, Maxime en Roos volgen al vanaf de eerste klas Technasium onderwijs aan het Bonhoeffer College in Enschede, met het vak ‘Onderzoek & Ontwerpen’. Ze hebben meer ervaring met onderzoek dan ik, toen ik zelf VWO-5 deed. Van theoretisch onderzoek naar virussen, tot vergelijkend onderzoek naar de meeste effectieve manier om vingerafdrukken te herkennen, tot enquêtes in de buurt afnemen. Ze leren ook veel algemene vaardigheden zoals verslagen schrijven en goed plannen. Bernice, Mette, Maxime en Roos willen alle vier iets studeren in de richting van gezondheid: van psychologie tot (technische) geneeskunde. Ik denk dat hun skills daar goed van pas komen.

Meesterproef

De leerlingen kozen het vak O&O omdat het anders is dan andere vakken: vooral het samenwerken, het projectmatig bezig zijn, en de meesterproef in het laatste jaar spraken hen aan. Nu moet ik zeggen dat dit mij aardig aan mijn promotieonderzoek doet denken. Ook ik werk projectmatig, heb veel afwisseling en samenwerking, en ik zou promoveren best een meesterproef durven noemen. Toch zien de leerlingen fulltime onderzoek doen niet zo zitten. Van 8 tot 6 eentonig achter een laptopje zitten, of in een lab staan, dat lijkt ze niks. “Maar als je bijvoorbeeld theoretisch begint, en dan met mensen gaat testen, dan wel!” zegt Mette. Het hangt inderdaad erg af van het type onderzoek of het bij je past: of je vooral met data achter de laptop werkt, met patiënten, met materialen, in het laboratorium, of een combinatie van dit alles. 


Ik werk inderdaad veel achter de laptop, maar ook met materialen werken hoort erbij.

Judith Austin voor NEMO Kennislink

Binnen mijn eigen onderzoek ontwikkel ik een zelfcompassie-app voor mensen met kanker. De app is gebaseerd op bestaande zelfcompassietrainingen, waarvan bekend is dat ze het welzijn van mensen verhogen. De meeste zelfcompassietrainingen zijn gemaakt om (in een groep) te volgen met een begeleider, of om helemaal zelf te doen vanuit een boek.

Animatie

Daarom is het belangrijk dat de training aangepast wordt zodat het bij een smartphone past, en natuurlijk bij de patiënten. Bernice, Mette, Maxime en Roos onderzochten hoe ze de theorie geschikt kunnen maken voor een smartphone. Dit deden ze door een ontwerp te maken voor een animatie, gebaseerd op een theorie over emoties. Vanwege alle corona-vertraging konden ze hun plannen niet verder uitwerken tot een animatie, maar ze hebben mij wel op ideeën gebracht!

Afbeelding uit het ontwerp van een animatie over emoties door Bernice, Mette, Maxime en Roos

Judith Austin voor NEMO Kennislink

Of Bernice, Mette, Maxime en Roos uiteindelijk in het onderzoek gaan werken of niet, het onderzoeken en ontwerpen in combinatie met andere aspecten spreekt ze zeker aan in een universitaire studie. En ik heb er, naast met patiënten, verpleegkundigen, studenten, artsen, psychologen, ontwerpers en programmeurs, weer een leuke samenwerking bij!

ReactiesReageer