
De tot nu toe gebruikte analyses richtten zich vooral op de structuur van de netwerken: de hoeveelheid ontmoetingen van verdachten om te bepalen wie de belangrijkste personen waren in een netwerk. Herbert Hamers, hoogleraar speltheorie, en zijn collega’s Bart Husslage en Roy Lindelauf betrokken er in hun onderzoek ook andere, vaak persoonlijke informatie over verdachten bij. Ze onderzochten gegevens van de casussen van terroristische aanslagen van de Jemaah Islamiyah op Bali en van Al Qaida, in de Verenigde Staten op 11 september 2001. De wetenschappers verzamelden informatie op basis van andere, kwalitatieve gegevens over de verdachten. Denk hierbij aan vragen als: bezochten zij bepaalde bijeenkomsten of plaatsen bezochten, en zo ja, wanneer en hoe vaak? Namen zij deel aan trainingskampen? Hoe radicaliseerden zij – iets wat blijkt uit onder meer het maken van een zelfmoordtestament en het verheerlijken van martelaarschap?
Eerdere destabilisatie netwerk
Door die gegevens in een speltheoretisch model in te voeren, kwamen personen naar voren die in andere analyses, die geen gebruik maken van speltheorie, niet belangrijk leken. Eerdere uitschakeling van deze actoren had tot destabilisatie van de netwerken kunnen leiden. De Tilburgse onderzoekers pleiten daarom voor invoering en gebruik van de speltheorie voor het analyseren van terroristische netwerken. Hun onderzoek voerden ze uit in opdracht van onder andere de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding.

Speltheorie
De speltheorie is een tak van de wiskunde waarin het nemen van beslissingen centraal staat. De grondslag voor de speltheorie werd gelegd door Oscar Morgenstern (1902-1977) en John von Neumann (1903-1957). Het vakgebied is ontstaan uit de analyse van beslissingen die worden genomen bij het spelen van bordspellen. Tegenwoordig beperkt de speltheorie zich niet tot vrije-tijds-spelletjes: het heeft zich ontwikkeld tot een belangrijke tak binnen de wetenschap, met toepassingen in onder andere de economie, politicologie en sociologie. Hierbij gaat het vaak om het bestuderen van het gedrag van mensen, ondernemingen of landen in strategische situaties. Dit zijn situaties waarbij je probeert je doel te bereiken en tegelijkertijd rekening moet houden met het gedrag van anderen.