Jan Willem Sap “De aanleiding voor Europese samenwerking was het streven naar vrede tussen Frankrijk en Duitsland. We begonnen in de jaren na de Tweede Oorlog als een economische constructie met de vrije markt als ideologische basis. Maar de ‘Europese Gemeenschappen’ zijn nooit bedoeld als vechteconomie, zoals in de VS. Daar gaat alles goed, totdat je je benen breekt, maar geen ziektekostenverzekering hebt. In Europa hebben we een sociale markteconomie. Wij proberen hier de welvaartsstaten overeind te houden.”
André Krouwel “Maar Europa hield ook altijd de nationale economieën overeind, met name de landbouw. De Franse boeren zouden al heel lang geen wijn meer maken als er geen Europese steun was geweest. En het machtsblok Europa, met de euro als belangrijke munt in de wereldhandel, kan zich beschermen tegen andere opkomende of bestaande economische machten die hun binnenmarkten beschermen, zoals de VS, China, India, Rusland en Brazilië.”

Sap: "Ja, aanvankelijk was Europa vooral een economisch verhaal. Maar in 1992 zie je een omslag. Sinds het Verdrag van Maastricht is boven de economische gemeenschap een heel dak gebouwd. We kregen een gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid, politiële en justitiële samenwerking, een gemeenschappelijke aanpak van migratie. We streven naar volledige werkgelegenheid, sociale vooruitgang, een hoog niveau van bescherming en verbetering van de kwaliteit van leven. Het recente ingrijpen in de economie zou vóór 1992 behoorlijk verrassend zijn geweest, maar in deze tijd kun je het ook zien in het verlengde van de sociale markteconomie die de EU nu is.
“Het grootste succes van Europa is echter de voortdurende uitbreiding. Daar zit ook een ideologische gedachte achter. Toetredende landen houd je een worst voor: wil je welvaart, dan moet je je aan de mensenrechten houden. Dat werkt. Het is bijvoorbeeld gelukt smerige dictaturen als Griekenland, Portugal en Spanje om te bouwen tot keurige democratische rechtsstaten. Het Europese Hof van Justitie kan zelfs uitspraken doen waarmee het lidstaten dwingt. Stel dat Turkije zou toetreden en een Turkse vrouw zou gediscrimineerd worden, dan zou je bij de Europese rechter rechtsbescherming kunnen afdwingen tegen je eigen staat. Prachtig toch?”
Krouwel: “Een kern van democratie is ook dat eigendomsverhoudingen juridisch zijn vastgelegd. Ik heb in Georgië gewerkt. Daar heb ik gezien dat mensen, zelfs als ze over een koopcontract beschikten, niet een huis of een stuk land als bezit konden claimen. Want dan waren er altijd wel mensen die nog een contract hadden uit de tijd van een ouder regime.”
Sap: “Men wil de Europese democratische, rechtsstatelijke en sociale grondslag het liefst zo wijd mogelijk verspreiden. In artikel 3 van het EU-Verdrag vind je ook een ambitie voor de wereld. Daarin staat onder meer dat Europa wil bijdragen aan solidariteit, wederzijds respect tussen de volkeren, vrije en eerlijke handel, duurzame ontwikkeling van de aarde, rechten van het kind, noem maar op. Maar we hebben wel een probleem: we práten wel graag over mensenrechten en vrijhandel, maar bouwen tegelijkertijd een fortress Europe. Afrikaanse spijkerbroeken komen niet zomaar binnen.”

Krouwel: “En dat is hypocriet. Veel producten die buiten Europa gemaakt worden, komen alleen op de Europese markt als Europese bedrijven eraan verdienen. En dan maakt het opeens niet meer uit hoe ze gemaakt worden. Door kinderarbeid en onderbetaling kan jij die kast bij IKEA voor 19 euro kopen. Dat wringt. We willen vrijhandel, maar ook bescherming van onze welvaartsstaten. Die ideologie hinkt op twee gedachten. Je ziet dat vooral aan de randen van Europa: de Balkan, Noord-Afrika, Georgië. Als daar een zeker perspectief op uitwisseling van economische handel ontbreekt, gaat het gierend mis. Dan komen er dictators aan de macht en zullen er grensconflicten blijven. In zulke landen leven de mensen onder slechte economische omstandigheden, en begint op hun grens ineens een walhalla. Als je de grenzen van Europa hard houdt, blijft er druk op die grenzen bestaan. Europa moet nog pragmatischer worden om de enorme verschillen tussen arm en rijk binnen en buiten Europa te verminderen. Politici moeten inzien dat je de grenzen poreus moet houden. Dat is de beste kans op aansluiting en democratisering. Europa is iets organisch. Je moet nooit zeggen dat het af is.”
Sap: “Nou, ik denk dat op dit moment de grens moet liggen bij de landen die nu lid zijn van de Raad van Europa. Op termijn kunnen Turkije en Rusland er nog bij komen. Europa kan ondertussen verder werken aan het versterken van zijn slagkracht. Tijdens het Franse EU-voorzitterschap heeft President Sarkozy laten zien dat een EU dat met één stem spreekt, er in de wereld toe doet, bijvoorbeeld in het conflict Rusland-Georgië, in de regio rond de Middellandse Zee en in de G-20. Positief aan het Verdrag van Lissabon uit 2007 was dat de EU een vaste voorzitter van de Europese Raad krijgt voor twee en een half jaar. Dat geeft de EU een gezicht. En een telefoonnummer.”
Op 4 juni 2009 vinden in Nederland de verkiezingen voor het Europees Parlement plaats. André Krouwels Kieskompas ontwikkelt samen met het European University Institute de EU Profiler: een stemwijzer die in alle lidstaten kan worden gebruikt.
Meer Europa op Kennislink:
- Dossier Europese Unie
- Europese verkiezingen: vier wetenschappers, vier kwesties
- Niemand let op de Europese Unie
- Europeanen sceptisch over één groot Europa
- Andersglobalisten doen niets tegen Europa
- Aankomende docenten weten weinig van Europa
- Politici vergroten kritiek op Europa
- Politiek betrokken, maar niet bij de EU
- De Verenigde Staten van Europa
- Europese eenwording?
- Europa: een slapende reus?
- Hoe Balkenende weer een ‘nee’ kan voorkomen