Je leest:

Verantwoord lozen, normen en wetten

Verantwoord lozen, normen en wetten

Auteur: | 12 juni 2018
iStockphoto

We lozen in Nederland, maar ook in de ons omringende landen, heel wat afvalwater naar beken en rivieren. Dat afvalwater bevat vaak veel schadelijke stoffen. Lozen mag dan ook niet zomaar. Gemeenten en bedrijven moeten hierbij aan allerlei wettelijke eisen voldoen.

We lozen in Nederland, maar ook in de ons omringende landen, heel wat afvalwater naar beken en rivieren. Ons eigen huishoudelijk afvalwater, met daarin alle resten van synthetische chemicaliën die we dagelijks gebruiken, komt na behandeling in de rioolwaterzuiveringsinstallaties in het oppervlaktewater. Omdat de installaties nog niet zijn ontworpen om deze chemicaliën te verwijderen, spoelen er op deze manier grote vrachten van bijvoorbeeld geneesmiddelen, schoonmaakmiddelen en cosmetica naar onze rivieren.

Er zijn wel technische oplossingen voorhanden om de synthetische chemicaliën bij de rioolwaterzuiveringsinstallatie te verwijderen. In Nederland worden deze nu op verschillende plaatsen uitgetest, in verschillende landen om ons heen worden deze technieken al op grotere schaal toegepast.

Directe en indirecte industriële lozingen

Verder zijn er veel industrieën waarvan het afvalwater via het riool bij deze installaties terechtkomt. Wat er uit de rioolwaterzuiveringsinstallatie stroomt is dus meestal een mengsel van behandeld huishoudelijk en industrieel afvalwater. De provincies zijn verantwoordelijk voor de vergunning van deze indirecte lozingen vanuit industrie. Het gaat om ongeveer een derde van alle industriële lozingen. Op de samenstelling van deze indirecte industriële lozingen is beperkt zicht, vanwege het ontbreken van een centrale registratie. We weten dus niet goed om welke stoffen het gaat die geloosd worden, en ook niet goed welke industriële sector daarmee gemoeid is.

Daarnaast zijn er industriële complexen met een eigen industriële afvalwaterzuiveringsinstallatie. De waterbeheerder, dus Rijkswaterstaat of het waterschap, vergunnen deze directe industriële lozingen en houden zich hierbij aan de vrij algemene bepalingen die gegeven zijn in de Europese industriële emissierichtlijn. Deze is in Nederland omgezet via de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), het Besluit omgevingsrecht en het Activiteitenbesluit.

Voor de industriële afvalwaterzuiveringsinstallatie is, via de emissieregistratie, goed in beeld welke type industrie het betreft. Echter, slechts een fractie van alle stoffen die in Nederland industrieel geproduceerd en verwerkt worden, wordt in deze emissieregistratie gerapporteerd. In de vergunningen staan de geproduceerde stoffen doorgaans niet in detail vermeld, maar worden meer algemene parameters gebruikt.

Punt- en diffuse bronnen, land- en tuinbouw

Naast de rioolwaterzuiveringsinstallaties en industriële afvalwaterzuiveringsinstallaties zijn er nog andere zogenaamde puntbronnen, zoals de glastuinbouw. Hiervoor geldt sinds 1 januari 2018 in Nederland het Activiteitenbesluit. De glastuinder moet aantonen dat er zuiveringstechnologie is geïnstalleerd, die meer dan 95 procent van de vracht van de gebruikte bestrijdingsmiddelen verwijdert voordat het afvalwater in de rivieren terechtkomt.

Een belangrijke bron van watervervuiling vormen de diffuse bronnen. Voorbeelden hiervan zijn de bestrijdingsmiddelen die in de land- en tuinbouw worden gebruikt. Tijdens het spuiten kan hiervan al een deel in het water komen, reden waarom vaak speciale spuitapparatuur wordt voorgeschreven om dit zoveel als mogelijk te beperken. Na gebruik kunnen de bestrijdingsmiddelen naar grondwater en oppervlaktewater spoelen.

Met de juiste spuitapparatuur kan verspreiding van bestrijdingsmiddelen naar het water worden beperkt.
123RF

Bij de toelating van de bestrijdingsmiddelen wordt deze af- en uitspoeling meegewogen in de risicobeoordeling, deze wordt uitgevoerd per bestrijdingsmiddel per teelt. De combinatie van alle gebruikte middelen in een gebied kan toch in de praktijk problemen opleveren. Een ander voorbeeld van een diffuse bron zijn de diergeneesmiddelen, die via uitwerpselen van dieren op de bodem terechtkomt.

Het oppervlaktewater wordt dus via veel verschillende bronnen belast met synthetische chemicaliën. Dit geldt ook voor grondwater, zeker als de grondwaterpakketten zijn gelegen in goed doorlatende bodems zonder beschermende slecht doorlatende bodemlaag erboven. Uiteindelijk zijn de waterbeheerders verantwoordelijk voor de waterkwaliteit. Dit is Rijkswaterstaat voor de grote wateren, de waterschappen voor de regionale wateren en de provincies voor het grondwater.

Waterkwaliteit nog niet optimaal

Veel partijen zijn afhankelijk van een goede waterkwaliteit. Waterkwaliteit is bijvoorbeeld cruciaal bij de bereiding van goed drinkwater, voor bottelarijen, landbouw, veel industriële processen, recreatie en natuurlijk een goede natuurkwaliteit.

De Europese Kaderrichtlijn Water stimuleert dat de vele partijen die water belasten, beheren en gebruiken zo goed mogelijk grensoverschrijdend samenwerken. Hiervoor worden periodiek stroomgebied-beheersplannen opgesteld. De Kaderrichtlijn Water vereist voor 33 stoffen een specifiek gedefinieerde waterkwaliteit, daarnaast vereist de richtlijn voor enkele stoffen dat ze gemonitord worden. In Nederland lopen we achter om deze waterkwaliteitsdoelen te bereiken. Minder dan 40 procent van de waterlichamen heeft de gewenste chemische kwaliteit, reden waarom hiervoor nu ook politiek veel aandacht is.

Daarnaast is er in Nederland een signaleringswaarde gedefinieerd die geldt voor alle synthetische chemicaliën van 0,1 microgram per liter voor drinkwaterbronnen. Bij overschrijding van deze signaleringsparameter volgt onderzoek naar milieu- en gezondheidsrisico’s, herkomst en verwijderingsmogelijkheden van de betreffende stof. Deze signaleringswaarde zorgt ervoor dat er bij waterbeheerders en -gebruikers aandacht is voor een breed aantal aan synthetische chemicaliën, we produceren en gebruiken als maatschappij immers tienduizenden chemicaliën.

Waterwetten

Na de Tweede Wereldoorlog was Nederland vooral bezig met de wederopbouw en niet met de kwaliteit van het milieu en het oppervlaktewater. Tussen 1960 en 1970 bereikte de waterkwaliteit een dieptepunt; de rivier de Rijn stond bekend als ‘het riool van Europa’. Pas na de invoering van de WVO kwam hier verandering in.

1970 Wet Verontreiniging Oppervlaktewateren (WVO)

De wet heeft als doel de kwaliteit van oppervlaktewateren te beschermen door lozingen aan regels te binden. Het lozen zonder vergunning van afval- en schadelijke stoffen in oppervlaktewater in het gehele Nederlandse grondgebied is verboden.

1971 Oprichting Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer (STOWA)

Het kenniscentrum van regionale waterbeheerders in Nederland voor afvalwaterzuivering, klimaatbestendig waterbeheer, ecologische waterkwaliteit, veilige regionale waterkeringen.

1991 Richtlijn stedelijk afvalwater

De richtlijn legt normen op voor concentraties van BZV (biochemische zuurstofverbruik: de hoeveelheid zuurstof die nodig is voor de afbraak van biologisch afbreekbare organische stoffen in water door micro-organismen), ammonium, nitraat, fosfaat en zwevende stoffen.

1993 Het BOOM-besluit

Het besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen verbiedt het gebruik van zuiveringsslib van rwzi-installaties in de landbouw vanwege het gehalte aan zware metalen. Ook storten is verboden waardoor het slib op grotere schaal wordt verbrand.

1993 Wet milieubeheer

Elke Nederlandse gemeente moet het binnen haar grenzen vrijkomende afvalwater via de riolering inzamelen en aanbieden aan de rioolwaterzuivering.

2000 Europese Kaderrichtlijn Water (KRW)

De richtlijn heeft als doel de kwaliteit van oppervlakte- en grondwater in Europa te waarborgen. Voor Nederland gaat het om het stroomgebied van respectievelijk Schelde, Maas, Rijn en Eems. In 2015 moet de kwaliteit op orde zijn, zowel de chemische als ecologische toestand. Dit houdt onder andere in dat men een goede rioolwaterzuiveringsinfrastructuur heeft.

Waterbeheerders moeten aan nog vele andere Europese richtlijnen voldoen: de Drinkwaterrichtlijn, de Grondwaterrichtlijn, de Hoogwaterrichtlijn, de Kaderrichtlijn mariene strategie, de Nitraatrichtlijn, de Richtlijn prioritaire stoffen, de Richtlijn stedelijk afvalwater, de Richtlijn aquatisch milieu, de Viswater- en Schelpdierwaterrichtlijn en de Zwemwaterrichtlijn.

2005 Besluit lozing huishoudelijk afvalwater

Huishoudens die geen riolering hebben, moeten het afvalwater eerst met een eigen zuiveringssysteem reinigen voordat het in de bodem of op het oppervlaktewater kunnen lozen. In 2008 waren er in Nederland nog 65.000 personen niet aangesloten op een riool dat naar een rioolwaterzuiveringsinstallatie leidt.

2009 De Waterwet

De Waterwet vervangt de WVO en nog zeven wetten om de handhaving te vereenvoudigen. De Waterwet is van toepassing op lozingen die direct in het oppervlaktewater plaatsvinden en lozingen rechtstreeks op de rwzi. Alle overige lozingen vallen onder de Wet milieubeheer. Verder geeft de Waterwet, invulling aan de Europese kaderrichtlijn water. Zo zijn de waterbeheerders verplicht te voldoen aan de chemische en ecologische kwaliteitsnormen voor oppervlaktewater en grondwater.

2018 Zuiveringsplicht glastuinbouw

Een glastuinder moet aantonen dat er zuiveringstechnologie is geïnstalleerd, die meer dan 95% van de gebruikte bestrijdingsmiddelen verwijdert voordat het afvalwater wordt geloosd.

2018 Drinkwaterrichtlijn (herziening 1998)

De Europese Commissie stelt normen voor nieuwe en opkomende stoffen om de drinkwaterkwaliteit te beschermen. Het gaat om stoffen zoals per-fluoralkyl, bisfenol A en nonylphenol.

Meer over de wet- en regelgeving rondpm het lozen van water is te vinden in het handboek water

Lees het volgende artikel van het thema ‘Afvalwater’

Ons dagelijks (afval)water

Hardy Temmink
Dit artikel is een publicatie van Stichting Biowetenschappen en Maatschappij.
© Stichting Biowetenschappen en Maatschappij, alle rechten voorbehouden
Dit artikel publiceerde NEMO Kennislink op 12 juni 2018

Discussieer mee

0

Vragen, opmerkingen of bijdragen over dit artikel of het onderwerp? Neem deel aan de discussie.

Thema: Afvalwater

iStockphoto
Afvalwater
Honderden zuiveringsinstallaties draaien dag en nacht om ons rioolwater en industrieel afvalwater te zuiveren, waarna het richting zee verder stroomt en weer dient als bron voor drinkwaterproductie stroomafwaarts. Het invoeren van zuiveringsprocessen is een goede ontwikkeling voor het milieu en onze gezondheid geweest. Maar afvalwaterzuivering kost veel geld, en er gaan ook nog eens veel energie en waardevolle grondstoffen bij verloren. Tijd voor een herwaardering van ons afvalwater en het ontwikkelen van een integrale blik op water, energie en grondstoffenbeheer. De kringloopeconomie waar afval niet bestaat biedt zowel economisch, sociaal als ecologisch interessante en onverwachte kansen. De toekomst van de waterzuivering is er een van grondstoffen en energie terugwinnen. In dit cahier beschrijven microbiologen, ecologen, biotechnologen, milieutechnologen, procestechnologen en filosofen vanuit hun vakgebied de laatste stand van zaken rond het zuiveren van afvalwater, en wat dit betekent voor onze gezondheid en economie.
Bekijk het thema
NEMO Kennislink nieuwsbrief
Ontvang elke week onze nieuwsbrief met het laatste nieuws uit de wetenschap.