De wetenschappers, onder leiding van Yong Zhao, namen bloed af bij vijftien patiënten met diabetes type 1 in een Chinees ziekenhuis. Diabetes type 1 ontstaat wanneer het afweersysteem zich richt tegen de insulineproducerende bètacellen in de alvleesklier. Door het verlies aan eigen productie zijn dagelijkse injecties met insuline nodig om het glucosegehalte in het bloed van patiënten op peil te houden. Maar voor hoelang nog?
Zhao en zijn collega’s isoleerden lymfocyten (witte bloedcellen die een belangrijke rol spelen in de afweer) uit het bloed van de diabetes patiënten. Vervolgens lieten zij de lymfocyten langzaam door een stapel met petrischaaltjes lopen. Op de bodem van ieder petrischaaltje zaten stamcellen uit navelstrengbloed vastgehecht, afkomstig van een gezonde donor. Die stamcellen geven allerlei signaalstoffen af waardoor de lymfocyten opnieuw leren welke moleculen ze wel mogen aanvallen en welke ze met rust moeten laten. Wanneer de lymfocyten onderaan de stapel uitkwamen, plaatste Zhao deze weer terug bij de patiënt. De hele behandeling duurt zo’n twee tot drie uur.
Na vier, twaalf, vierentwintig en veertig weken controleerde Zhao de vooruitgang van zijn patiënten. Al na twaalf weken zag hij een stijging in de aanmaak van C-peptide, een eiwitfragment dat gemaakt wordt als bijproduct van insuline. Een stijging in de hoeveelheid C-peptide wijst er dus op dat er weer bèta-cellen aan het werk zijn.
Kleine kans op afstoting
Dat blijkt ook wel uit het feit dat de dagelijkse dosis insuline-injecties bij behandelde patiënten met een milde vorm van diabetes type 1 (een milde vorm wil zeggen dat er nog wel wat insulineproducerende bètacellen aanwezig zijn) met 38 procent was afgenomen. Ook bij patiënten met een ernstige vorm van diabetes type 1, waarbij helemaal geen insulineproducerende bètacellen meer aanwezig zijn, was de behandeling succesvol. Zij konden dagelijks 25 procent minder insuline spuiten.

Zhao weet nog niet zo goed hoe hij de vooruitgang bij patiënten zonder bètacellen moet verklaren. Blijkbaar worden er in reactie op de stamceltherapie nieuwe bètacellen aangemaakt voor de productie van insuline. Maar wat de bron van die nieuwe bètacellen zou kunnen zijn, moet nog uitgezocht worden. Ook moet de behandeling nog getest worden bij grotere groepen patiënten die langere tijd gevolgd worden.
Maar de eerste resultaten zijn zeker indrukwekkend. En het grote voordeel van deze vorm van stamceltherapie is dat de stamcellen zelf nooit in het lichaam van de patiënt terecht komen. De patiënt krijgt na de behandeling gewoon zijn eigen witte bloedcellen weer terug. Dat verkleint de kans op een afstotingsreactie aanzienlijk.
Bron
Yong Zhao e.a. Reversal of type 1 diabetes via islet β cell regeneration following immune modulation by cord blood-derived multipotent stem cells BMC Medicine, 9 januari 2012 (online)
Lees meer over diabetes op Kennislink:
Oeps: Onbekende tag `feed’ met attributen {"url"=>"https://www.nemokennislink.nl/kernwoorden/diabetes/index.atom?m=en", “max”=>"5", “detail”=>"minder"}