
Professor Heino Falcke doet met behulp van radiotelescopen onderzoek naar een van de meest mysterieuze verschijnselen van het heelal: zwarte gaten. In 2004 slaagde hij en zijn onderzoeksteam erin metingen te verrichten vlakbij de rand van de Sagittarius A* (uitgesproken als: Sagittarius A-ster), een extreem zwaar zwart gat in het centrum van ons melkwegstelsel.
Dankzij die metingen werd het mogelijk om een realistische schatting te maken van de grootte van de Sagittarius A*. Een doorbraak waar wetenschappers sinds de ontdekking van het object in 1974 al van droomden, maar dat lang onmogelijk leek omdat het centrum van de Melkweg bezaaid is met kleine stofdeeltjes.
Nu de grootte van de Sagittarius A* bij benadering bekend is, wil Falcke zich focussen op het verrichten van metingen in de randen van het zwarte gat. Op die manier probeert de astronoom niet alleen de absolute grootte van het object te bepalen, maar ook de vorm. Nu is namelijk helemaal nog niet duidelijk of de Sagittarius A* is opgebouwd uit losse deeltjes, wolkvormig is, of toch meer wegheeft van een schijfje.
Naast zijn theoretisch en experimenteel onderzoek houdt Falcke zich ook bezig met het ontwikkelen van onderzoeksinstrumenten. Zo was hij binnen ASTRON een van de initiatiefnemers van LOFAR, ’s werelds grootste radiotelescoop. De radiotelescoop is opgebouwd uit duizenden kleine antennes die via een glasvezelnetwerk gekoppeld zijn aan een supercomputer. Die aanpak maakt LOFAR ongeveer honderd keer gevoeliger dan de huidige telescopen.
En dat biedt nieuwe onderzoeksmogelijkheden. Dankzij LOFAR moet het straks bijvoorbeeld mogelijk zijn om signalen van de eerste sterren en melkwegstelsels die na de oerknal in het vroege heelal zijn ontstaan, op te vangen.
Zie ook
- Meer over de Spinozapremies (Kennislinkartikel)
- ‘Radiotelescoop op de maan komt er’ (Radboud Universiteit Nijmegen)
- LOFAR – ’s werelds grootste radiotelescoop (Natuurkunde.nl)