Naar de content

Elk jaar stijgt in academisch Nederland in juni de spanning tot grote hoogte. Het is weer tijd voor de uitreiking van de Spinozapremie, de hoogste wetenschappelijke onderscheiding in Nederland. De winnaars van 2013 zijn fysicus Mikhail Katsnelson, taalwetenschapper Piek Vossen en chemicus Bert Weckhuysen.

De Spinozawinnaars van dit jaar zijn…

  • Mikhail Katsnelson, hoogleraar Theoretische Natuurkunde aan de Radboud Universiteit Nijmegen.
  • Bert Weckhuysen, hoogleraar Anorganische Chemie en Katalyse aan de Universiteit Utrecht.
  • Piek Vossen, hoogleraar Computationele Lexicologie aan de Vrije Universiteit Amsterdam.

De Spinozapremies worden sinds 1995 ieder jaar uitgereikt door NWO, de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek. Telkens gaan drie of vier wetenschappers met de prijs naar huis. Die bestaat niet alleen uit een beeldje, maar ook een geldbedrag van 2,5 miljoen euro.

Dat geld mogen ze uitgeven aan hun eigen onderzoek. Ze kunnen er bijvoorbeeld nieuwe, jonge onderzoekers mee aanstellen, dure apparatuur van kopen of buitenlandse deskundigen mee naar Nederland laten komen.

De Spinozapremie is dus de hoogste Nederlandse prijs die je als onderzoeker kunt winnen. Maar hoe bepaalt NWO nu wie ‘m verdient? Daarvoor vraagt NWO elk jaar aan de hoogste bestuurders van de academische wereld om kandidaten voor te dragen. Bij elke universiteit mag de rector magnificus – de voorzitter van de universiteit – één van zijn onderzoekers voorstellen in een aanbevelingsbrief. Ook voorzitters van andere onderzoeksinstituten mogen één of twee onderzoekers aanbevelen.

Het uitreiken van de Spinozapremies is natuurlijk niet het enige waar NWO zich mee bezighoudt. De organisatie is voor wetenschappers in Nederland niet te missen. Ze financiert duizenden onderzoekers die werken aan universiteiten en instituten en bepaalt met subsidies en onderzoeksprogramma’s de richting die de Nederlandse wetenschap opgaat.

NWO

Criteria

Als alle aanbevelingen binnen zijn gaan de leden van een speciale NWO-commissie met elkaar om de tafel zitten. Zij proberen alle kandidaten met elkaar te vergelijken. Wie heeft er nationaal en internationaal gezien de beste staat van dienst? En wie maakt naast zijn onderzoek ook nog tijd voor andere zaken als inspirerend leiderschap of het begeleiden van jonge onderzoekers? En dan moet de winnaar het geld óók nog eens goed kunnen besteden aan zinnig onderzoek én mag hij nog niet zo oud zijn dat hij al bijna met pensioen gaat.

En alsof dat allemaal nog niet genoeg is, is er nog een criterium waar de NWO-commissie rekening mee moet houden: de winnaars mogen niet allemaal uit hetzelfde vakgebied komen. De commissie probeert daarom zoveel mogelijk de prijzen te verdelen over drie verschillende categorieën: alfa/gamma, bèta en leven/medisch.

De Spinozapremie is vernoemd naar Baruch de Spinoza, een beroemde Nederlandse filosoof uit de 17e eeuw. Zijn denkbeelden passen binnen het rationalisme, de overtuiging dat de mens door goed na te denken kennis kan verwerven. Spinoza is één van de vijftig thema’s die is opgenomen in de Canon van Nederland. Zijn gezicht stond ook op de oude briefjes van 1000 gulden.

Uitreiking

En dan, na lang beraad, is het eindelijk zover: de bekendmaking. De voorzitters van de universiteiten en onderzoeksinstituten moeten geheim houden wie zij hebben voorgedragen aan NWO. Dus zelfs voor de kandidaten is het een grote verrassing als ze te horen krijgen dat ze de premie gewonnen hebben. Gelukkig krijgen ze nog wel even de tijd om te bedenken wat ze met het geld zullen gaan doen: de officiële uitreiking van het beeldje en de cheque is pas in het najaar.

2012
  • Annemarie Mol, hoogleraar Antropologie van het Lichaam, Universiteit van Amsterdam
  • Ieke Moerdijk, hoogleraar Algebra en Topologie, Radboud Universiteit Nijmegen
  • Mike Jetten, hoogleraar Ecologische Microbiologie, Radboud Universiteit Nijmegen
  • Xander Tielens, hoogleraar Fysica en chemie van de interstellaire ruimte, Universiteit Leiden
2011
  • Heino Falcke, hoogleraar Radioastronomie en Astrodeeltjesfysica, Radboud Universiteit Nijmegen
  • Patti Valkenburg, hoogleraar Jeugd en Media, Universiteit van Amsterdam
  • Erik Verlinde, hoogleraar Theoretische Natuurkunde, Universiteit van Amsterdam
2010
  • Naomi Ellemers, hoogleraar Sociale Psychologie van de Organisatie, Universiteit Leiden
  • Marijn Franx, hoogleraar Astronomie, Universiteit Leiden
  • Piet Gros, hoogleraar Biomacromoleculaire kristallografie, Universiteit Utrecht
  • Ineke Sluiter, hoogleraar Griekse taal- en letterkunde, Universiteit Leiden
2009
2008
2007
2006
  • Jozien Bensing, Klinisch psychologe, Nederlands Instituut voor Onderzoek van de Gezondheidszorg (NIVEL) en de Universiteit Utrecht
  • Carl Figdor, Immunoloog, Nijmegen Centre for Molecular Life Sciences en de Universiteit Twente
  • Ben Scheres, Moleculair geneticus, Universiteit Utrecht
  • Jan Zaanen, Natuurkundige, Universiteit Leiden
2005
  • René Bernards, Moleculaire biologie, Nederlands Kanker Instituut – Anthoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis en Universiteit Utrecht
  • Peter Hagoort, Cognitieve neurowetenschappen, F.C. Donderscentrum, Radboud Universiteit Nijmegen
  • Detlef Lohse, Natuurkunde, Universiteit Twente
  • Lex Schrijver, Wiskunde, Centrum voor Wiskunde en Informatica (CWI) en Universiteit van Amsterdam
2004
2003
  • Lans Bovenberg, Economie, Universiteit van Tilburg en Erasmus Universiteit Rotterdam
  • Cees Dekker:, Moleculaire biofysica, Technische Universiteit Delft
  • Robbert Dijkgraaf, Mathematische fysica, Universiteit van Amsterdam
  • Jan Luiten van Zanden, Economische en sociale geschiedenis, Universiteit Utrecht en Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis
2002
  • Henk Barendregt, Wiskunde en Informatica, Katholieke Universiteit Nijmegen
  • Els Goulmy, Transplantatiebiologie, Universiteit Leiden en Leids Universitair Medisch Centrum
  • Ad Lagendijk, Natuurkunde, Universiteit Twente
  • Frits Rosendaal, Klinische epidemiologie, Universiteit Leiden en Leids Universitair Medisch Centrum
2001
  • Dorret Boomsma, Biologische psychologie, Vrije Universiteit
  • Hans Clevers, Klinische Immunologie, Universiteit Utrecht en NIOB-KNAW
  • Bert Meijer, Organische Chemie, Technische Universiteit Eindhoven
  • Hans Oerlemans, Meteorologie, Universiteit Utrecht en Instituut voor Marien en Atmosferisch Onderzoek Utrecht (IMAU)
2000
  • Ewine van Dishoeck, Moleculaire astrofysica, Universiteit Leiden
  • Daan Frenkel, Macromoleculaire simulaties, FOM-AMOLF, Universiteit van Amsterdam en Universiteit Utrecht
  • Dirkje Postma, Pathofysiologie van de ademhaling, Rijksuniversiteit Groningen en Academisch Ziekenhuis Groningen
1999
  • Carlo Beenakker, Theoretische natuurkunde, Universiteit Leiden
  • René de Borst, Toegepaste mechanica, Technische Universiteit Eindhoven
  • Anne Cutler, Vergelijkende taalpsychologie, Max Planck Instituut voor psycholinguïstiek en Katholieke Universiteit Nijmegen
  • Ronald Plasterk, Moleculaire biologie, Universiteit van Amsterdam en NIOB-KNAW
1998
1997
1996
1995