Niet persé. Ook vroeger werden wapenfeiten van kapers en boekaniers lichtelijk aangedikt, om angst in te boezemen of juist ontzag te kweken voor vermeende heldendaden. Daarbij is het ‘held of schurk’-gehalte uiteraard afhankelijk van het perspectief in de geschiedschrijving.
Nederland heeft als land een heel arsenaal aan piraten voortgebracht. Denk aan Simon de Danser, en Claes Compaen. Laten we eens naar een paar van deze piraten kijken of ons beeld van ze klopt.
Soorten piraat
De ene piraat is de andere niet. Er zijn verschillende soorten piraten, met subtiele verschillen onderling:
- Kaapvaarders: Vanuit de Staat hebben zij een kapersbrief gekregen dat hen het recht geeft om legaal andere schepen (ook niet-oorlogsschepen) te enteren en te overmeesteren. Ideaal in tijden van oorlog om de staatskas mee te spekken.
- Boekaniers: Zeerovers die uit waren op persoonlijke verrijking. Zij opereerden vooral in het Caraïbische gebied. Zij hadden hun eigen gemeenschap waarbij enigszins democratisch gewerkt werd.
- Vrijbuiters: Eveneens zeerovers die uit waren op persoonlijk gewin. Zij waren echter onafhankelijk en werkten zonder morele code.
Piet Hein

Piet Hein!, Piet Hein!, Piet Hein, zijn naam is klein, Zijn daden benne groot, Zijn daden benne groot: Hij heeft gewonnen de Zilveren Vloot
Waarschijnlijk ken je dit liedje -in ieder geval ten dele- wel. Piet Hein (1577-1629) wordt in dit lied geroemd om zijn overwinning in 1628 op een Spaanse vloot waarmee hij een enorme hoeveelheid Spaans zilver buit maakte. In onze belevingswereld was Piet Hein een Nederlandse piraat die onverschrokken de Spanjaarden een loer draaide. Maar was dat wel zo?
De Spanjaarden zullen Piet Hein inderdaad als een ordinaire piraat hebben beschouwd. Maar in werkelijkheid was Piet Hein luitenant-admiraal en commandant van de West Indische Compagnie (WIC). In 1623 kreeg hij van de WIC kapersbrieven mee. Deze brieven gaven hem vanuit het Nederlandse gezag toestemming om buitenlandse schepen (ook als het geen oorlogsschepen waren) te enteren en te overmeesteren. Piet Hein leefde namelijk in de periode van de onafhankelijkheidsstrijd van Nederland tegen Spanje (Tachtigjarige Oorlog, 1568-1648). En het ondermijnen van de Spaanse armada was strategisch gezien natuurlijk erg slim.
De WIC wilde Spanje zo hard mogelijk raken. Hoe kon men dat beter doen dan door Spanje’s toevoer van goud en goederen af te snijden? Op die manier kon Spanje de oorlog minder goed bekostigen, en Nederland des te beter. De WIC wist dat de Spaanse zilvervloot elk jaar vanuit Cuba naar Spanje vertrok, en gaf Piet Hein de opdracht deze te onderscheppen. Door een ongelukkig toeval -voor de Spanjaarden althans- raakte een gedeelte van de Zilvervloot afgesloten van de rest.
De vloot van Piet Hein kreeg hen in de smiezen en zette de achtervolging in. De Spanjaarden vluchtten in blinde paniek richting de baai van Matanzas, maar strandden daarbij op een zandbank. De Nederlandse vloot strandde ook op de zandbank, maar waren dichtbij genoeg om de Zilvervloot te enteren. De paniek onder de Spanjaarden was zo groot dat ze zich vrijwel gelijk overgaven. Piet Hein heeft dus zonder een schot te lossen de Zilvervloot kunnen veroveren. Dit was niet alleen een financiële overwinning voor de republiek, maar vooral een morele overwinning die in Nederland erg goed viel. Piet Hein werd in Nederland onthaald als een held.
De verovering van de zilvervloot is het bekendste wapenfeit van Piet Hein, maar hij heeft nog veel meer gedaan. Zo heeft hij zich vooral in de laatste paar maanden van zijn leven actief ingezet voor de vernieuwing en professionalisering van de oorlogsvloot. Mede dankzij zijn ideeën kon Nederland in de 17e eeuw wereldmacht op zee worden.
Cornelis Jol (1597-1641)
Als er al een man was wiens ‘piratenleven’ het waard is om te verfilmen, is het wel Cornelis Jol. Zijn loopbaan hangt samen met gebeurtenissen die hem niet voor niets de bijnaam ‘el Pirata’ hebben opgeleverd. Het feit dat Cornelis -door opgelopen verwondingen- een houten been had, hielp ook al niet mee om dat clichébeeld van ‘piraat’ van zich af te schudden.

Als we even voorbij zijn epische reputatie kijken ontdekken we dat Cornelis eveneens een kaper was, in dienst van de WIC. Alhoewel afkomstig uit een nederige schippersfamilie had hij zichzelf snel opgewerkt tot admiraal. Zijn activiteiten concentreerde zich voornamelijk in de Zuid-Amerikaanse regio; Brazilië en de Caraïben. Hier zat hij de Spanjaarden en de Portugezen op verschillende manieren dwars. Hij beroofde Spaanse schepen van goud en goederen, en leidde diverse succesvolle aanvallen op Spaanse koloniën in het Westen.
Hij heeft zelfs een poging ondernomen om, net als Piet Hein, een Spaanse zilvervloot te onderscheppen. Helaas mislukte dit vanwege muiterij in zijn vloot. Kapiteins van andere schepen weigerden hem hierin bij te staan. Waarom ze weigerden weten we niet helemaal zeker. Dit zou te maken kunnen hebben met afgunst op zijn positie en zijn snelle bevordering tot admiraal, met onvrede over zijn aanpak, of simpelweg met lafheid.
Geen zilveren munten of ‘appeltjes van Oranje’ dus voor Cornelis, maar wel vele andere successen: in de Slag bij Duins vocht hij mee. Met een eskader van zeven schepen onder zijn bevel sloot hij de vluchtroute af voor de Spaanse armada. Met deze overwinning op zak moest er met de Nederlandse Republiek als heersende zeemacht wel rekening gehouden worden. Twee jaar later voer hij vanuit Zuid-Amerika naar Afrika en veroverde daar de stad Luanda en het eiland Soa Tomé. De WIC was na deze expansie op z’n grootst. Datzelfde jaar stierf Cornelis Jol op Sao Tomé aan malaria.
Rock de Braziliaan (1635-1671?)
Rock de Braziliaan is de ‘Jack Sparrow’ onder de Nederlandse piraten. Niet alleen vanuit het buitenland, ook in Nederland werd hij als een piraat beschouwd.
Americaensche Zee-Roovers

Wikimedia commons
Veel aspecten van het leven van Rock blijven mysterieus voor ons. Zijn echte naam weten we bijvoorbeeld niet. Wat we weten, weten we uit het boek van Alexandre Exquemelin (1645-1707?), ‘De Americaensche Zee-Roovers’. Deze schrijver heeft zelf jarenlang op piratenschepen meegevaren voordat hij besloot om met het schrijven van een boek het publiek een inzicht in het leven van piraten te geven. Maar we moeten oppassen dit boek als ‘geschiedkundig werk’ te gebruiken. De kans is groot dat hij zo nu en dan details in het verhaal wat sappiger heeft gemaakt om het allemaal wat spannender te maken voor zijn lezers.
We weten we dat Rock is geboren in Groningen als zoon van een koopman. Als kind emigreerde hij met zijn ouders naar de Nederlandse kolonie in Brazilië, wat hem zijn bijnaam ‘de Braziliaan’ opleverde. Toen Rock negentien was verlieten de Nederlanders deze kolonie. De Nederlandse Republiek had zich uit deze streken terug getrokken omdat ze deze niet meer kon verdedigen, en betrokken was geraakt bij de Eerste Engelse Oorlog. Rock zelf vertrok richting Jamaica, waar hij zich -uit puur financiële noodzaak- aansloot bij een bende boekaniers. Hij begon aan boord als een simpele matroos, maar door muiterij naar zijn hand te zetten wist hij zichzelf op te werken tot kapitein.

Daar waar Piet Hein en Cornelis Jol bekend stonden om hun menselijke behandeling van bemanning en krijgsgevangen, was Rock de Braziliaan een uitermate wrede piraat. Aan boord heerste tucht, niet uit respect voor Rock, maar eerder uit angst voor zijn labiele persoonlijkheid.
De Spanjaarden waren vooral het slachtoffer van zijn inspanningen. Hij had een gruwelijke hekel aan ze, en deed er alles aan om ze dwars te zitten. Maar of dit te maken had met de Tachtigjarige Oorlog waar de Nederlandse Republiek zich op dat moment in bevond, of gewoon met een persoonlijke afkeer is niet duidelijk. Hoe dan ook, bij zijn roofactiviteiten had hij het voornamelijk op Spaanse schepen voorzien. Hij voer met een vlag waarop een skelet stond afgebeeld, met de tekst ‘Lijk van een Spanjaard’ eronder. Zijn haat naar Spanje toe ging dus vrij diep. Zo zijn er bijvoorbeeld ook verhalen bekend over Rock waarin hij Spaanse krijgsgevangenen elkaar liet opeten, of ze liet roosteren aan het spit. Ook martelde hij Spaanse gevangenen graag en joeg hen zonder reden over de kling.
Toch zal hij vast ook streken hebben uitgehaald ten koste van andere landen. Als dit niet het geval was geweest, was Rock ongetwijfeld als ‘held’ in onze geschiedenis opgenomen, en prijkte zijn standbeeld nu naast dat van Piet Hein in Delft.