Je leest:

Parkinson

Parkinson

Auteur: | 26 oktober 2004

Michael J. Fox heeft het, en wijlen Prins Claus en paus Johannes Paulus II hadden het: de ziekte van Parkinson. Deze neurologische aandoening zorgt ervoor dat je geen goede controle meer hebt over je spieren. Het resultaat is dat je handen en armen trillen zonder dat je iets doet, lopen wordt schuifelen en je kunt een starre gezichtsuitdrukking krijgen. Helaas is de precieze oorzaak niet bekend en is er ook nog geen goede behandeling.

Parkinson: de harde feiten

De paus heeft het, acteur Michael J. Fox en wijlen Prins Claus had het: de ziekte van Parkinson. Parkinson is in 1817 voor het eerst omschreven door de Britse arts James Parkinson. Het belangrijkste kenmerk van deze chronische zenuwaandoening zijn de trillende handen terwijl je niets doet. Alleen tijdens de slaap stopt het trillen en beven. Andere symptomen zijn het schuifelend voortbewegen, een starre gezichtsuitdrukking en het hebben van pijnlijke spieren. De ziekte treft zowel mannen als vrouwen op latere leeftijd, zo tussen hun 50e en 60e. Tien procent van de patiënten krijgt de ziekte echter voor hun veertigste.

Paus Johannes Paulus II, Prins Claus en Michael J. Fox. Allemaal beroemdheden met Parkinson.
Wikimedia Commons, Erik Draper, Rob C. Croes/ Anefo, Alan Light

Oorzaak

Bij Parkinsonpatiënten zijn de hersencellen in het middenbrein – nog preciezer in de substantia nigra beschadigd. Hierdoor maken de zenuwcellen te weinig dopamine aan. Dopamine is een neurotransmitter die er voor zorgt dat een impuls van de ene zenuwcel naar de andere zenuwcel doorgegeven wordt. Door het tekort aan dopamine verloopt de impulsgeleiding naar de spieren niet meer goed en krijg je de afwijkende motoriek. Er zijn op dit moment nog geen medicijnen die de oorzaak weghalen. De medicijnen die nu gebruikt worden zijn om de symptomen zo goed mogelijk te bestrijden. Parkinson is overigens niet dodelijk, patiënten worden over het algemeen net zo oud als gezonde mensen. Wat nou precies de oorzaak is waardoor de zenuwcellen van de substantie nigra afsterven is nog onduidelijk. Er zijn aanwijzingen dat Parkinson deels erfelijk is.

Bij een Parkinsonpatiënt sterven de zenuwcellen in de Substantia nigra waardoor er niet genoeg dopamine wordt geproduceerd.

Erfelijke Parkinson

Bij patiënten die pas op latere leeftijd Parkinson krijgen is de ziekte meestal niet erfelijk. Maar bij patiënten jonger dan veertig jaar is de kans groot dat het gaat om een erfelijke vorm van Parkinson. Er zijn twee erfelijke varianten ontdekt die Parkinson veroorzaken. De ene erft autosomaal dominant over en is heel zeldzaam, de andere erft recessief over en komt vaker voor. Wereldwijd zijn er maar 20 families bekend met de dominante vorm. Kinderen van deze families die de mutatie hebben krijgen vrijwel allemaal Parkinson. Bij de recessief overervende vorm is een mutatie gevonden in het zogenaamde Parkin-gen. Parkin is een eiwit dat bij Parkinsonpatiënten niet goed wordt gevormd waardoor de zenuwcellen in de substantia nigra afsterven. Hoe het allemaal precies werkt is nog niet bekend in de wetenschappelijke wereld. Het is dus duidelijk dat lang niet alle Parkinson een erfelijke oorzaak heeft. Er zijn ook wetenschappers die beweren dat gifstoffen uit het milieu ervoor zorgen dat de zenuwcellen afsterven.

Gifstoffen en Parkinson

Er zijn een aantal stoffen bekend die schadelijk zijn voor de hersencellen. De belangrijkste zijn mangaan, verschillende landbouwgiffen en de stof MPTP die soms in heroïne wordt gevonden. Er zijn ook wetenschappers die beweren dat vervuilde lucht de kans op het krijgen van Parkinson vergroot. Maar echt hard bewijs is daar niet voor geleverd. Van de stof MPTP is het wel wetenschappelijk aangetoond dat muizen en apen er Parkinson-achtige verschijnselen van krijgen.

Celtherapie als medicijn

De medicijnen die op dit moment voorhanden zijn verhogen lokaal de dopamine-productie in de substantia nigra. Het bekendste en oudste medicijn is L-dopa (levodopa). L-dopa wordt door de zenuwcellen omgezet in dopamine. Het nadeel van dit medicijn is dat het op lange termijn minder goed werkt en bijwerkingen veroorzaakt. Ook hebben veel Parkinsonpatiënten last van depressiviteit dat met verschillende antidepressiva – bijvoorbeeld Prozac – bestreden kan worden. Een groot gedeelte van de depressiviteit komt door de verstoorde balans tussen de verschillende neurotransmitters acetylcholine, serotonine en dopamine.

Op deze afbeelding is de behandeling met celtherapie schematisch weergegeven. Stamcellen worden direct ingespoten in de hersenen of ze worden ingespoten nadat ze eerst zijn gedifferentieerd buiten in een kweekbakje. De stamcellen kunnen uit embryo’s worden gewonnen of ze komen van de patiënt zelf.

De huidige wetenschap is naarstig op zoek om afgestorven cellen te vervangen door gezonde cellen. Deze therapie heet celtherapie. Ook bij de ziekte van Parkinson zijn al goede resultaten geboekt in diermodellen maar ook bij mensen. Om de afgestorven zenuwcellen te vervangen heb je gezonde zenuwcellen nodig. Waar komen die gezonde cellen vandaan? Ten eerste is het zo dat er in de hersenen cellen zitten die nog niet uitgegroeid zijn tot zenuwcellen maar dat wel gaan doen. Deze cellen heten progenitor-cellen. Het is mogelijk om deze cellen uit de hersenen te halen en ze dan in een kweekbakje op te laten groeien waarna je ze in de hersenen kunt spuiten. Dan zijn er nog de beroemde stamcellen – cellen die nog uit kunnen groeien tot iedere gewenste cel. Stamcellen kun je winnen uit embryo’s die bijvoorbeeld overblijven bij IVF behandelingen. We praten dan van embryonale stamcellen. Het nadeel bij het gebruik van embryonale stamcellen is dat ze lichaamsvreemd zijn en je medicijnen moet gebruiken die het afstoten tegengaan. Gelukkig heeft iedere volwassene ook nog een beperkt aantal zogenaamde somatische stamcellen. Deze stamcellen kunnen nog uitgroeien tot een beperkt aantal vormen. Maar in ieder geval kunnen er nog zenuwcellen van gemaakt worden.

De wetenschap experimenteert op dit moment met het direct inspuiten van stamcellen in de hersenen. En het bleek dat een deel van de stamcellen vanzelf uitgroeide tot zenuwcellen die dopamine gingen produceren. Ook is er geexperimenteerd met stamcellen die van tevoren in een kweekbakje zijn gedifferentieerd tot zenuwcellen. Helaas, is celtherapie nog niet als kant en klare behandeling voor Parkinsonpatiënten voor handen. En het zal nog wel enkele jaren duren voor het zover is.

Zie ook:

Dit artikel is een publicatie van Nederlands Instituut voor Biologie (NIBI).
© Nederlands Instituut voor Biologie (NIBI), sommige rechten voorbehouden
Dit artikel publiceerde NEMO Kennislink op 26 oktober 2004

Discussieer mee

0

Vragen, opmerkingen of bijdragen over dit artikel of het onderwerp? Neem deel aan de discussie.

NEMO Kennislink nieuwsbrief
Ontvang elke week onze nieuwsbrief met het laatste nieuws uit de wetenschap.