De aardappelziekte is een grote bedreiging voor de wereldwijde aardappeloogst en was in het verleden verantwoordelijk voor meerdere grote hongersnoden. Om infectie te voorkomen proberen wetenschappers al jaren om de aardappel resistent te maken tegen de veroorzaker, de schimmel Phytophthora infestans. De huidige methoden om de genen op het spoor te komen werken die de aardappel beschermen werken traag en gebruiken slechts één gen, zodat de schimmel er vrij snel in slaagt om de resistentie te overkomen. Daarom ontwikkelden onderzoekers van de Wageningen Universiteit, het Britse John Innes Centre en de Ohio State University een methode waarmee ze op snellere manier nieuwe resistentie-eiwitten kunnen vinden.
Aardappels die geïnfecteerd zijn met de aardappelziekte krimpen van buiten en verrotten van binnen. Klik op de afbeelding voor de volledige versie
Afsterven
De nieuwe methode maakt gebruik van het arsenaal aan eiwitten dat alle aardappelsoorten gebruiken om een infectie te bestrijden. Als P. infestans bij de aardappel komt maakt de schimmel eiwitten aan, de effectoren, die de plant infecteren met de aardappelziekte. De aardappel gaat hier tegenin door de effectoren uit te schakelen met speciale resistentie-eiwitten. De resistentie-eiwitten laten een klein deel van de plant afsterven waardoor dode vlekken ontstaan op de aardappel. De schimmel, die zich op zo’n dode plek bevindt, kan zich nu niet voortplanten en sterft ook. Op termijn kan P. infestans echter een resistentie-eiwit omzeilen zodat het de plant opnieuw kan infecteren.
Wetenschappers helpen de aardappel door nieuwe resistentie-eiwitten te vinden. Met de nieuwe methode laten ze een effector van de schimmel op de aardappel los om te zien met welk eiwit de plant reageert. Door de reactie van verschillende soorten aardappels te meten worden met deze methode meerdere resistentie-eiwitten tegelijkertijd geïdentificeerd.
Bladeren van geïnfecteerde aardappelen vertonen dode plekken. Klik op de afbeelding voor een grotere versie
Schimmelbestrijders
Sinds Phytophtora de aardappel voor het eerst teisterde – berucht is de Ierse hongersnood in de 19e eeuw, ontstaan door de aardappelziekte – is deze ziekteverwekker een permanente bedreiging. Vooral nu de aardappel op het punt staat uit te groeien tot het graan van de 21ste eeuw is het belangrijker dan ooit dat toekomstige aardappeloogsten veilig worden gesteld. Graan is nu al de basis van een groot deel van ons voedsel en ons veevoer, en door de opkomst van de biobrandstof wordt het graantekort alleen nog groter. De aardappel groeit makkelijker en is voedzamer dan graan, wat de plant een aantrekkelijk alternatief maakt.
De aardappelindustrie in Europa kost momenteel €6 miljard per jaar, waarvan een zesde deel opgaat aan schimmelbestrijders. Mocht de nieuwe methode om aardappelen resistent te maken succesvol blijken, dan staat niets de aardappel nog in de weg om wereldwijd de eettafels te veroveren.