Het is weer zover: Nederland is met vakantie! Het overgrote deel van de toeristenstroom gaat naar bekende toerismebestemmingen toe, zoals de stranden van Antalya, de musea van Rome of misschien wel de wildparken van Zuid-Afrika. Maar hoe komt het eigenlijk dat we ons beperken tot een relatief klein aantal plekken? Hoe werkt massatoerisme, kortom – en wat zijn de beperkingen ervan?
Op een broeierige zomerdag wurm ik me tussen de hordes toeristen in de Vaticaanse musea op zoek naar wereldberoemde kunstwerken. Michelangelo’s Sixtijnse kapel moet je immers gezien hebben als je in Rome bent. Overduidelijk ben ik niet de enige met dit doel. Jaarlijks kiezen miljoenen mensen ervoor om de Vaticaanse musea te bezoeken, groot deel komt speciaal voor de Sixtijnse kapel. Hoe komt het toch dat zoveel mensen dezelfde plaatsen willen zien?
Toeristentrekker
Net als bij andere producten die we consumeren speelt allereerst reclame een rol. Toeristische bestemmingen gebruiken promotie en marketing om onze beelden, en uiteindelijk ons koopgedrag, te beïnvloeden. Daarbij kan het om steden, regio’s, maar ook om hele landen gaan. Met aantrekkelijke foto’s maar soms ook met slogans proberen ze een mooi plaatje op te roepen van zichzelf. Neem Zwitserland, dat adverteert met de slogan ‘Switzerland, get natural’.
Ons beeld van een ander land – en de beslissing om dat al dan niet te gaan bezoeken – hangt ook af van het beeld dat media ervan schetsen. Zo is Oost-Europa voor veel mensen geen aantrekkelijke vakantieregio, op een paar populaire plekken en steden na. Volgens Leo Paul, sociaal geograaf en Oost-Europadeskundige aan de Universiteit Utrecht, associëren veel West-Europese toeristen Oost-Europese landen met conflicten, corruptie, monotone flatwijken, criminaliteit en onveiligheid. Die beeldvorming maakt het lastig voor de regio een grote toeristentrekker te worden, ook al heeft de regio veel te bieden: van prachtige berglandschappen als de hoge Tatra tot middeleeuwse kastelen en kleurrijke kerken.
Ook laten we ons vaak leiden door vrienden of andere bekenden die positief zijn over een bepaalde plek, zo blijkt uit onderzoek. Zij kunnen het weten, want zij zijn er geweest. Omdat de kans groot is dat ook zij bekende toeristentrekpleisters bezochten, zorgt hun positieve aanbeveling ervoor dat nog meer mensen dezelfde plekken gaan bezoeken. Tegen de tijd dat we afreizen naar onze vakantiebestemming zijn we dan bovendien ook al vaak flink ‘voorgeprogrammeerd’ met bepaalde beelden van die plek.
Roze bril
Dat we ons in ons reisgedrag laten leiden door (andermans) beelden van die plek is misschien ook niet zo gek. Vaak zijn we nog niet eerder op de plaats van bestemming geweest en weten we er dus niet zoveel over. Meer algemeen is het volgens sociaal geografen zo dat ons ruimtelijk gedrag niet slechts bepaald wordt door objectieve informatie over een plaats, maar vooral door het beeld dat we daarvan hebben. Om de wereld een beetje behapbaar te maken hebben we als het ware allemaal een mentale kaart in ons hoofd: een bepaald beeld van de werkelijkheid, dat weer gebaseerd is op eerdere ervaringen, die van anderen, wat we erover hoorden en lazen et cetera.
Die mentale kaart wordt vervolgens ons kompas. We vermijden ‘s avonds die ene wijk of we kiezen ervoor om wél naar Venetië te gaan, maar niet naar de ook prachtige stad Verona in dezelfde regio, maar veel minder bezocht. Volgens psychologen laten we ons in onze visies op bepaalde landen of culturen nogal eens door stereotypen of clichés leiden, omdat die te midden van heel veel informatie een bepaalde houvast geven. Zoals iemand die verliefd is door een roze bril naar de wereld kijkt, kijken wij ook allemaal op een speciale, subjectieve manier naar de wereld.
De blik van de toerist
Maar als ik eenmaal op mijn bestemming ben, dan kijk ik wel gewoon objectief naar wat er is, zeg je nu misschien? De Britse socioloog John Urry denkt van niet. Volgens hem kijkt de gemiddelde toerist met een speciale bril naar zijn nieuwe omgeving: de zogenaamde Tourist Gaze (‘toeristenblik’). In plaats van ons over te geven aan de nieuwe omgeving, jagen we vooral de geromantiseerde beelden na die we vooraf al hadden van de plek – en op basis waarvan we besloten die plek te bezoeken. Om die vervolgens vast te leggen met onze camera, zodat we dat beeld ook weer met anderen kunnen delen.
De manier waarop massatoerisme is georganiseerd bevordert ook dat gedrag: tours gaan naar de plekken die je ‘echt gezien’ moet hebben. Als ze ons naar locals meenemen zijn dat vaak mensen die aan ons exotische beeld van de plek voldoen. In Afrika zijn dat bijvoorbeeld Afrikanen die nog traditioneel leven, niet stedelingen met een pak. Veel gelegenheid tot ontspannen interactie is er daarbij vaak niet.
Hoezeer toeristen actief op zoek gaan naar droombeelden die ze vooraf aan hun reis al hadden, blijkt ook uit toerismestromen in Roemenië. Transsylvanië is één van de bekendere regio’s van Roemenië. Volgens Duncan Light, een Britse sociaal geograaf die gespecialiseerd is in toerisme in Roemenië, heeft dat alles te maken met de beroemde roman Dracula van Bram Stoker uit 1897, die zich in deze streek afspeelt. De regio staat voor veel westerlingen voor Gotiek, horror, vampiers en het bovennatuurlijke.
Dracula heeft natuurlijk nooit echt bestaan. Wel liet Stoker zich inspireren door de bloeddorstige vijftiende-eeuwse vorst Vlad III. Toeristen willen graag het mysterieuze kasteel zien waar Vlad alias Dracula woonde. Hij bewoonde er echter minstens drie. Omdat het kasteel van Bran het meest lijkt op het kasteel uit de films over Dracula, trekt dat kasteel de meeste toeristen. Een typisch voorbeeld van de Tourist Gaze.
Toeristenbril afzetten
Hoe erg is het dat wij ons in onze vakantiekeuze door subjectieve factoren als ideaalplaatjes laten leiden? Of dat wij, eenmaal op de bestemming, vooral door anderen al betreden en aanbevolen plaatsen bezoeken? Allereerst kunnen zaken bij aankomst hierdoor soms vies tegenvallen. Zo is Zwitserland niet alleen mooi, maar ook erg duur, en kennen populaire trekpleisters meestal ook flinke wachtrijen of opdringerige verkopers.
Ook in sociaal-cultureel opzicht kent de Tourist Gaze nadelen. “Het hangt er maar net van af wat je met je reis beoogt”, zegt Bouke van Gorp, sociaal geografe en beeldvormingsdeskundige aan de Universiteit Utrecht. “Als je vooral even weg wilt zijn uit je dagelijkse sleur en even wilt genieten van rust in een andere omgeving, dan zou ik me niet zo druk maken om de beperkingen van de Tourist Gaze. Als je echter als doel hebt andere culturen en landen beter te leren kennen en zo je horizon te verbreden, is het wel belangrijk te proberen je toeristenbril zoveel mogelijk af te zetten en een bredere blik te hanteren.”
Tegelijkertijd is het natuurlijk niet zo dat elke toerist die een populaire bestemming aandoet precies in het hokje van de massatoerist past – of juist in dat van de wat meer avontuurlijke en onderzoekende reiziger. Niet elke toerist is immers even fanatiek in het najagen en reproduceren van de Tourist Gaze. Misschien ga je bijvoorbeeld je eerste dagen in Rome wel met een hop-on hop-off bus alle toeristische highlights af, om de laatste paar dagen in een rustig wijkje te belanden waar je met handen-en-voeten en haperend Italiaans gezellig je avonden doorbrengt met de lokale bevolking. Waardoor je alsnog een inkijkje krijgt in het leven van de gemiddelde Romaan, en je Italiaans er ook nog ‘ns flink op vooruit gaat.