De expeditie was een groot succes. Onder moeilijke omstandigheden van pakijs en lage temperaturen, hebben de wetenschappers kernen tot een lengte van ruim 400 meter opgeboord uit de bodem van de Noordelijke IJszee. Tijdens het boren werd het boorschip door twee ijsbrekers vrijgehouden van het pakijs. De eerste wetenschappelijke resultaten zijn spectaculair.
Spannend: analyse van de eerste boorresultaten. foto: www.iodp.de
De expeditie wilde een antwoord vinden op vragen als: Wanneer werd voor het eerst pakijs gevormd? En welke invloed hadden oceaanstromingen op het vroegere wereldklimaat? De Utrechtse paleo-oceanograaf Henk Brinkhuis heeft deelgenomen aan deze zogeheten Arctic Coring Expedition (ACEX).
Brinkhuis werkt aan recente en fossiele mariene algen. Deze algen geven informatie over ouderdom, productiviteit, temperatuur en zoutgehalte van het zeewater. De oudste aangeboorde sedimenten dateren van rond 55 miljoen jaar geleden. Dit is een warme periode in de geschiedenis van de aarde. Deze periode staat bekend als het Paleoceen-Eoceen thermaal maximum. Tijdens deze periode heersten er subtropische condities in de Noordelijke IJszee.
Uit het massaal voorkomen van zoetwatervarens (eendekroos) in de kernen blijkt dat rond 45 miljoen jaar geleden de Noordelijke IJszee een groot zoetwatermeer was. Verder bleek dat in de buurt van 33 miljoen jaar geleden zich voor het eerst zeeijs heeft gevormd, tegelijkertijd met de eerste ijsvorming op Antarctica. Vanaf die tijd is het over een periode van miljoenen jaren een komen en gaan geweest van zeeijs in de Noordelijke IJszee.
De expeditie vond plaats onder moeilijke omstandigheden. Beeld: www.iodp.de
De ACEX-expeditie is een initiatief van het European Consortium for Ocean Research Drilling (ECORD). Dit consortium bestaat uit 13 Europese landen, waaronder Nederland. ECORD maakt deel uit van het Integrated Ocean Drilling Program, een wetenschappelijk samenwerkingsverband voor diepzeeboringen tussen Europa, de Verenigde Staten en Japan. De Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek, NWO, financierde de Nederlandse inbreng aan het onderzoek.