Je leest:

Niks helpt tegen Alzheimer

Niks helpt tegen Alzheimer

Auteur: | 17 september 2004

Iedereen wil gezond oud worden, maar de kans op Alzheimer komt met elke verjaardag dichterbij en daar is niks aan te doen. Het begint met lichte vergeetachtigheid, vervolgens weet je niet meer waar een tandenborstel voor dient en daarna herken je je eigen kinderen niet meer. Alzheimer: hersenen verschrompelen, het geheugen verdwijnt.

Bij Alzheimer ontstaan ophopingen van het eiwit amyloïd bèta tussen de hersencellen, de zogeheten plaques. Het was lang onduidelijk of die plaques oorzaak of gevolg zijn van het verdwijnen van hersencellen. Maar recent Maastrichts onderzoek heeft aangetoond dat de plaques er eerst zijn, en daarna pas cellen verdwijnen. Uit hetzelfde onderzoek bleek echter ook dat in sommige hersendelen schade was, zonder dat er plaques werden aangetroffen. Sommige onderzoekers menen daarom dat de schade aan de neuronen al optreedt als de concentratie amyloïd bèta in de cel te hoog wordt, nog voordat ze buiten de cel samenklonteren

Er is geen behandeling. Het enige dat bij sommige patiënten een klein beetje helpt om het geheugen te ondersteunen is een middel dat de afbraak remt van de neurotransmitter acetylcholine. Alzheimerpatiënten hebben een lagere hoeveelheid acetylcholine. Door de dood van hersencellen is de signaaloverdracht verstoord, meer acetylcholine zou dat een beetje kunnen compenseren. Maar de achteruitgang van de cognitieve functies gaat gewoon door.

De Amerikaanse internetsite http://www.alzheimer.org van the National Institute of Aging, windt er dan ook geen doekjes om: ’What’s the take home message? No known treatments, drugs or pills can delay or prevent Alzheimers Disease. Furthermore, a person cannot do anything about the major risk factors: age and genetics.

Ouderdom is inderdaad de belangrijkste risico factor. Op 65-jarige leeftijd is de kans vijf procent, boven de negentig heeft veertig procent Alzheimer. Verder kun je genetisch gezien nog een grotere kans hebben als je een bepaalde variant van het gen APOe hebt. Daar zijn drie allelen van, een zeldzame die enige bescherming biedt, een neutrale, en de variant APOe4, deze laatste verhoogt de kans op Alzheimer.

Kwaaie pier

Op allerlei manieren wordt geprobeerd de plaques aan te pakken. Sommige onderzoekers proberen de productie van het eiwit te verminderen. Dat kan bijvoorbeeld door enzymen te remmen die het voorlopereiwit knippen, waaruit het kleinere amyloïd bèta ontstaat.

Anderen zoeken het in het verwijderen van de eiwitophopingen tussen de hersencellen. Dat laatste is ook het doel van neurochemicus Dr Marcel Verbeek van het Radboudziekenhuis in Nijmegen. Verbeek: ‘De meeste onderzoekers zijn er van overtuigd dat amyloïd bèta- ophoping de kwaaie pier is. Amyloïd bèta wordt door zenuwcellen geproduceerd, ook bij jonge mensen. Het komt in de extracellulaire vloeistof en vervolgens wordt het afgevoerd door de bloedvaten. Als aan- en afvoer in evenwicht zijn is alles in orde.’

Wat gebeurt er nu bij Alzheimerpatiënten? Soms wordt er teveel amyloïd bèta geproduceerd, bijvoorbeeld bij zeldzame erfelijke mutaties, waardoor Alzheimer al bij jonge mensen ontstaat. Een andere optie is dat er bij Alzheimer patiënten een minder effectieve verwijdering is. Verbeek vermoedt dat dat bij oudere Alzheimer patiënten het geval is. Hij wil proberen de overmaat aan amyloïd bèta te binden met bepaalde eiwitten, waardoor het wel afgevoerd kan worden. Dat idee ontstond naar aanleiding van eerder onderzoek met vaccins. Verbeek: ‘Vijf jaar geleden was er enthousiasme over de vaccinatie therapie. Transgene muizen als model voor Alzheimer werden gevaccineerd, rechtstreeks met amyloïd bèta, of met antilichamen tegen het eiwit en dat bleek wonderwel te lukken. De plaques verdwenen.’

Afvalput

Vaccineren leek in het eerste muismodel succesvol, maar later bleken er toch een aantal kinken in de kabel te zitten. Een klinische trial bij Alzheimerpatienten met vaccinatie moest voortijdig worden stopgezet omdat vier deelnemers hersenvliesontsteking kregen.

Tegelijkertijd kwamen er bij nieuwe, betere muismodellen ook problemen aan het licht. Deze muizen kregen behalve stapeling van amyloid beta in de hersenen ook stapeling in de vaatwand, zoals ook bij mensen vaak het geval is. Het muismodel leek dus meer op de mens, maar deze muizen kregen na de vaccinatiebehandeling kans op hersenbloeding.

Ondanks deze nadelen, laat het vaccinatie onderzoek zien dat het binden van amyloïd bèta plaquevorming vermindert.

Het werkingsmechanisme is niet duidelijk, maar er zijn twee plausibele verklaringen. Het kan zijn dat de antilichamen binden aan het amyloïd bèta in het bloed. Dan ontstaat een immunocomplex dat vervolgens via de lever wordt verwijderd. In dat geval wordt de balans tussen amyloid bèta in de hersenen en in het bloed dus veranderd, afhankelijk van de snelheid waarmee het eiwit wordt gebonden in bloed.

Een tweede verklaring voor de plaqueverwijdering bij de muis zou kunnen zijn dat antilichamen de bloed hersen barrière passeren en vervolgens gespecialiseerde macrofagen, zogeheten microgliacellen, activeren. Die zouden dan ter plekke het amyloïd bèta verwijderen. Het is namelijk bekend dat ook ontsteking een rol speelt, er zijn ontstekingseiwitten aangetoond in plaques. Een deel van de onderzoekers vermoedt dan ook dat niet de plaques zelf, maar een daaraan gekoppelde chronische ontstekingsreactie verantwoordelijk is voor de hersenschade. Daarom zijn er studies gedaan naar het effect van ontstekingsremmers bij patiënten, maar de ziekte kon daarmee niet gestopt worden. Er zijn wel epidemiologische studies waaruit blijkt dat preventief gebruik van onstekingsremmers de kans op Alzheimer iets verkleint.

Verbeek voelt het meeste voor de eerste verklaring: ‘Het verleggen van het evenwicht tussen de hoeveelheid amyloïd bèta in de hersenen en in het bloed, is een realistisch mechanisme. In het engels heet dit peripheral sink theory. Het idee van een afvalput.’ Verbeek wil proberen het amyloïd bèta te binden, niet aan antilichamen maar aan zogeheten chaperone eiwitten, in de hoop dat zo de overmaat uit de hersenen kan worden afgevoerd. In theorie zouden de immunologische nevenreacties dan niet optreden.

Welke aanpak ook wordt gevolgd, er is nog een lange weg te gaan. Ondertussen worden we steeds ouder, en krijgen steeds meer mensen Alzheimer. In Nederland zullen er in 2050 bijna een half miljoen patiënten zijn, twee keer zoveel als nu. Het is dus geen gek idee om alvast geld te reserveren voor extra patiëntenzorg, want voorlopig is een behandeling nog niet in zicht.

Bezoek de website van Bionieuws

Dit artikel is een publicatie van Bionieuws.
© Bionieuws, alle rechten voorbehouden
Dit artikel publiceerde NEMO Kennislink op 17 september 2004
NEMO Kennislink nieuwsbrief
Ontvang elke week onze nieuwsbrief met het laatste nieuws uit de wetenschap.