Slaapgedrag kan alleen bestudeerd worden door het meten van de hersenactiviteit. Daarin zijn verschillen te zien tussen een wakker dier, een dier in diepe slaap of een dier in remslaap. Met traditionele apparatuur was het meten van hersenactiviteit alleen mogelijk na een ingrijpende operatie. Bovendien waren er geen systemen beschikbaar die informatie van een aantal dagen konden opslaan en die licht genoeg waren om een dier niet in zijn bewegingen te beperken. Vandaar dat slaapgedrag tot voor kort alleen bij dieren in gevangenschap werd onderzocht.
Fijne draadjes
Twee technologische ontwikkelingen maakten het mogelijk om de slaap van de luiaard in het wild te bestuderen. Het eerste apparaatje kan de hersenactiviteit van een dier enkele dagen opnemen en bewaren. Omdat het in de eerste plaats ontwikkeld werd voor gebruik bij duiven, kunnen zowel kleine zoogdieren als vogels het apparaatje makkelijk met zich mee dragen. De tweede ontwikkeling is een nieuwe techniek om hersenactiviteit te meten. Om te voorkomen dat grote elektroden in de hersenen van de luiaard moesten worden ingebracht, maakte Rattenborg gebruik van fijne draadjes. Deze fijne draadjes meten de hersenactiviteit terwijl ze net iets onder de hoofdhuid zitten.
Met nieuwe technologische ontwikkelingen (zoals het kleine meetapparaat wat hier op de kop van de luiaard is geplakt) werd het mogelijk om het slaapgedrag van dieren in het wild te volgen.
De luiaard bleek een gewillig proefkonijn te zijn voor de nieuwe apparatuur. De dieren hebben niet alleen de reputatie dat ze lui zijn, ze zijn ook niet snel in paniek en bewegen zich vrij langzaam. De hersenactiviteit van de dieren werd 3 tot 5 dagen opgenomen, terwijl zij zich vrij door het regenwoud konden verplaatsen. Met behulp van speciale halsbanden werd ook de positie van de luiaarden steeds bijgehouden.
Slaap bij struisvogels
Een wilde luiaard slaapt gemiddeld 10 uur per dag. Dit is in tegenstelling met onderzoek bij de luiaard in gevangenschap, waar de dieren gemiddeld 16 uur slapen. Rattenborg denkt dat er twee mogelijkheden zijn om dit verschil te verklaren. Een wilde luiaard kan, doordat hij voedsel moet zoeken en vijanden in de gaten moet houden, gedwongen worden om genoegen te nemen met 10 uur slaap. Aan de andere kant kan het zo zijn dat de luiaard in gevangenschap zich zo erg verveelt dat hij meer gaat slapen.
Het slaapgedrag tussen een wilde luiaard en een luiaard in gevangenschap verschilt nogal. Als dat bij meer dieren het geval blijkt te zijn, moeten volgens Rattenborg de conclusies die uit eerder slaaponderzoek werden getrokken, herzien worden.
Wat de verklaring ook is, de resultaten geven aanleiding tot discussie omtrent slaaponderzoek. Alles wat we tot nu toe over slaap en slaapgedrag weten is afkomstig uit studies met dieren in gevangenschap. Rattenborg pleit ervoor om het slaapgedrag van andere dieren in het wild te meten en dit te vergelijken met soortgenoten in gevangenschap. Zelf maakt hij de komende jaren een begin met het meten van slaap bij struisvogels. Mocht het zo zijn dat bij verschillende dieren het slaapgedrag in gevangenschap anders is dan in het wild, dan moet volgens Rattenborg al het slaaponderzoek herzien worden.
Zie ook:
- Het nut van slapen en dromen
- Wat gebeurt er in ons hoofd als we slapen en dromen? (Kennislinkartikel van Universiteit Utrecht)
- Wat de hersenen leren als je slaapt (Kennislinkartikel van Bionieuws)
- Slaap geeft kuiken beter geheugen (Kennislinkartikel)
- Minder slapen, dan leef je langer