Je leest:

Mug krijgt cursus malariabestrijding

Mug krijgt cursus malariabestrijding

Auteur: | 10 september 2010

Het afweersysteem van muggen ‘leert’ na een milde infectie met de malariaparasiet in het vervolg de indringer buiten te houden. Dat druist in tegen de algemeen geaccepteerde opvatting dat het immuunsysteem van insecten niet flexibel is, maar vastligt in de genen. De ontdekking kan ook belangrijk zijn voor het uitdenken van goede malariabestrijding.

Een regelmatig gespreksonderwerp voor borrelpraatjes: welk dier veroorzaakt jaarlijks de meeste menselijke doden? Het is -indirect, dat wel- de malariamug. Die mag elk jaar ruim een miljoen mensen voor zijn rekening nemen. Echter, de mug zelf is niet dodelijk, maar de microscopische parasiet die hij overdraagt is dat wel: deftig bekend als Plasmodium falciparum, die bij mensen de ziekte malaria veroorzaakt. Die zien we liever niet in ons lijf opdagen. Opvallend genoeg denkt de malariamug er zelf ook zo over.

Eén van de soorten malariamuggen, Anopheles gambiae.
Wikimedia Commons

Eind vorige eeuw kwamen onderzoekers erachter dat de muggen zelf de parasiet ook proberen te weren. Hun immuunsysteem slaat bij infectie door malaria alarm. De Griekse insectwetenschapper Fotis Kafatos, kortgeleden nog hoofd van de Europese onderzoeksraad, nam toentertijd die ontdekking voor zijn rekening.

Inmiddels kan een nieuwe generatie onderzoekers aan Kafatos’ ontdekking iets belangrijks toevoegen: de afweerreactie van de malariamug Anopheles gambiae is niet enkel aangeboren, maar kan ook worden versterkt door hem aan te leren. Dat schrijven Carolina Barillas-Mury en haar collega’s in het tijdschrift Science. Voorheen werd dat niet voor mogelijk gehouden.

Hoewel de ontdekking nog niet direct tot een oplossing voor malaria leidt, zijn wetenschappers het erover eens dat onderzoek naar de intieme relatie tussen malariaparasiet en mug belangrijk kan zijn om goede bestrijdingsmethoden te bedenken.

De biologen testten de afweerreactie van de malariamug door de insecten bloot te stellen aan de knaagdiervariant van de malariaparasiet: Plasmodium berghei. Ze lieten muggen bloed zuigen van muizen, die geïnfecteerd waren met knaagdiermalaria.

Muizen met malaria worden regelmatig ingezet om de relatie tussen Plasmodium en de mug te onderzoeken.

Daarna werden de muggen in twee groepen verdeeld. De ene groep verbleef in een warm hokje van 28 graden Celsius, de ander in een kouder hokje van 21 graden Celsius. Aangezien Plasmodium een temperatuur van 21 graden best lekker vindt, begint het in die muggen te broeden. De muggen van 28 graden krijgen nergens last van; vanwege de te hoge temperatuur gaat de parasiet in deze muggen gewoon dood.

Om te achterhalen of het afweersysteem van de mug misschien iets had geleerd, besloten Barillas-Mury en haar collega’s de muggen zeven dagen later weer te infecteren met de parasiet. De groep die vorige keer flink last had gehad van de broedende parasiet, bleek deze nu ineens makkelijk van zich af te kunnen slaan. Hij had dus geleerd om Plasmodium te bestrijden.

Echter, de muggen die zeven dagen eerder bespaard bleven, konden de parasiet niet weren. Zij kregen een week eerder geen kans om te leren van de infectie en reageerden nu dus alsof het hun eerste keer was. Bijzonder is dat zelfs na twee weken dit verschil nog steeds te zien was, schrijven de biologen.

Lees ook

Oeps: Onbekende tag `feed’ met attributen {"url"=>"https://www.nemokennislink.nl/kernwoorden/malaria/index.atom?m=of", “max”=>"5", “detail”=>"minder"}

Dit artikel is een publicatie van NEMO Kennislink.
© NEMO Kennislink, sommige rechten voorbehouden
Dit artikel publiceerde NEMO Kennislink op 10 september 2010
NEMO Kennislink nieuwsbrief
Ontvang elke week onze nieuwsbrief met het laatste nieuws uit de wetenschap.