Naar de content

'Links streeft naar gelijkheid, rechts wint'

Sociaal psycholoog Jonathan Haidt weet hoe dat komt

J.M. Luijt via Wikimedia Commons CC BY 2.5 NL

Waarom lijkt het soms alsof linkse en rechtse kiezers van verschillende planeten komen? De Amerikaanse sociaal psycholoog Jonathan Haidt verklaart het vanuit de werking van het brein. En hij heeft een dringend advies voor linkse partijen in Nederland.

Anti-corona-demonstraties die uitmonden in vandalistische avondklokrellen – Jonathan Haidt kijkt er niet van op. In de Verenigde Staten zijn gewelddadige protesten aan de orde van de dag, en dreunt de wilde bestorming van het Capitool nog steeds na. “Zolang sociale media werken zoals ze nu werken”, zegt hij vanuit zijn werkkamer via Skype, “zullen we niet in een gedeelde realiteit leven en zullen dit soort verschijnselen alleen maar toenemen. Het zal waarschijnlijk nog vijf tot tien jaar duren voordat tech-bedrijven deze mechanismes hebben gecorrigeerd en teruggedraaid. Als het nog kan.”

Sociaal psycholoog Jonathan Haidt (1963), hoogleraar ethisch leiderschap aan de Universiteit van New York, wordt gerekend tot de 25 meest invloedrijke psychologen van dit moment. Hij is een van de sprekers in de Netflix-documentaire The Social Dilemma, waarin tech-designers en andere experts vol afschuw reconstrueren hoe de algoritmes van Facebook, Twitter en andere sociale media rechtstreeks hebben bijgedragen aan de extreme polarisering in de Verenigde Staten en tal van andere landen wereldwijd. “In de basis is het heel eenvoudig: hoe meer extreme dingen Trump zei, hoe meer aandacht hij kreeg. Die aandacht liet hem groeien, en hij voedde consequent het ressentiment tegen alles wat links of progressief is.”

Jonathan Haidt ziet in het tijdperk-Trump, inclusief de nawerking ervan, de bevestiging van zijn ideeën over het verband tussen evolutionaire aanleg en politieke voorkeuren. Haidts invloedrijke boek hierover, The Righteous Mind, is nu in het Nederlands vertaald als Het rechtvaardigheidsgevoel. Heel kort samengevat komt Haidts theorie erop neer dat progressieve en conservatieve mensen instinctief andere waarden vooropstellen. Deze waarden verbinden ons met een gemeenschap, maar verblinden ons tegelijk voor het standpunt van de ander. De werking van de algoritmes, die ons nog verder opsluiten in ons eigen gelijk, versterken volgens Haidt de effecten van onze universele neurologische aanleg. “In mijn boek breng ik morele psychologie terug tot drie principes, waarmee je bijna alles in de politiek kunt begrijpen.”

Kunt u die drie principes samenvatten?

“Het eerste principe: Intuïtie gaat voorop, strategisch redeneren volgt later. De menselijke geest is verdeeld, als een enorme olifant waar een kleine berijder bovenop zit. Deze berijder is het bewuste, gecontroleerde deel van onze informatieverwerking, alles wat we meestal aanduiden met ‘cognitieve vermogens’. De olifant is onze emotie, intuïtie en andere automatische processen waarover we geen controle hebben. Je kunt grosso modo zeggen dat links voortdurend probeert om de berijder aan te spreken, met redelijke beleidsvoorstellen, terwijl rechts beter is in het aanspreken van de olifant. Bijvoorbeeld door emoties te bespelen op het gebied van patriottisme, criminaliteit en veiligheid. Enkel de berijder aanspreken werkt niet, want de olifant heeft een eigen wil. Rechtse populisten zoals Trump en in jullie land Geert Wilders weten dit heel goed. Zij deinzen er niet voor terug om die emoties aan te spreken, ook niet als dit mensen binnen de bevolking tegen elkaar opzet.”

En het tweede principe?

“Het tweede principe luidt: er zijn zes grondslagen van moraliteit. Rechts gebruikt ze alle zes, terwijl links drie ervan negeert. Nagenoeg iedereen is ontvankelijk voor argumenten die zijn gebaseerd op zorg, eerlijkheid en vrijheid. Maar sociaal-conservatieven gebruiken ook de andere drie: loyaliteit, autoriteit en heiligheid. Dit zie ik in mijn onderzoek echt over de hele wereld: progressieve partijen baseren hun programma op zorg voor de zwakkeren, de verdrukten, de minderbedeelden. Ze richten zich bovendien op de gehoopte uitkomst: meer gelijkheid.”

“Sinds de dood van George Floyd is een van de populairste boeken in de VS ‘How To Be an Antiracist’ van Ibram X Kendi. Volgens Kendi is discriminatie een goed middel, als het bijdraagt aan meer gelijkheid. Dus je mag mannen benadelen, als het maar leidt tot een verbetering voor vrouwen. Conservatieven verwerpen dit idee. Zij hechten aan loyaliteit, autoriteit en heiligheid, want die werken groepsversterkend. Progressieven deinzen daar juist voor terug, omdat ze bang zijn om bepaalde groepen buiten te sluiten, wat ten koste gaat van gelijkheid.”

Dat brengt ons bij het derde en laatste principe.

“Inderdaad, dat luidt: moraliteit verbindt en blokkeert. Wij mensen zijn erg goed in egocentrisch en individualistisch zijn. Maar we zijn ook erg goed in het vormen van groepen of teams, waarin we andere groepen kunnen bestrijden. We zijn niet altijd tribaal, maar we hebben altijd een potentie om tribaal gedrag te vertonen, bijvoorbeeld als we worden aangevallen. In de VS zie je dat het tweepartijenstelsel dit heeft gefaciliteerd. Meningsverschillen zijn de afgelopen jaren bij velen omgeslagen in regelrechte haat, onverdraagzaamheid tegenover de andere partij. Het slechtste aantal politieke partijen dat je in een land kunt hebben is één. Want dan leef je in een dictatuur. Het één na slechtste aantal is twee. Want het menselijk brein houdt van zwart-wit-tegenstellingen. Wij-zij-denken wordt erdoor gestimuleerd. Als jullie in Nederland klagen over de versnippering van het politieke landschap door de hoeveelheid partijen denk ik: count your blessings.”

In Nederland staan bij de komende verkiezingen vooral rechtse partijen (VVD, PVV) op winst in de peilingen. Het totaalaantal zetels van linkse partijen in de Tweede Kamer zakte bij de laatste verkiezingen (2017) naar een historisch dieptepunt: een derde van de 150 zetels. Wat zou u linkse partijen in Nederland aanraden?

“Nou, ik hoop dat ze mijn boek zullen lezen! En dat ze leren begrijpen wat de meeste mensen drijft, in een democratie. Ze moeten leren zien wat heilig is voor grote groepen mensen, en ze zouden die mensen op dat gebied niet moeten beledigen. Uit onderzoek van mij en mijn studenten onder duizenden respondenten op yourmorals.org blijkt dat linkse kiezers slecht zijn in het zich inleven in de argumenten van rechts. Terwijl rechts veel beter is in het begrijpen van links.
Verder zouden linkse partijen hun beleidsvoorstellen en protest-onderwerpen moeten onderbouwen met argumenten die zowel het midden als conservatieven kan aanspreken. Als je linkse mensen vraagt om een politiek punt te maken waarmee ze conservatieven moeten aanspreken, zijn ze niet overtuigend, blijkt uit onderzoek van Robb Willer, socioloog en psycholoog aan Stanford University.”

Laat dat onderzoek ook zien hoe dat komt?

“Ja, het komt voornamelijk doordat progressieve mensen een bepaald vocabulaire gebruiken dat gebaseerd is op de morele grondslagen ‘zorg’ en ‘eerlijkheid’, een vocabulaire dat conservatieven niet aanspreekt. Het interessante is: als je linkse politici bijspijkert over de zes morele grondslagen, en hen vervolgens vraagt om een punt te maken in termen van loyaliteit, autoriteit of heiligheid, worden ze overtuigender in de ogen van conservatieven. Dus: links moet leren om ook overtuigend te zijn buiten de eigen groep.”

Het ligt vast niet alleen aan de manier van spreken.

“Zeker niet. Het ligt ook aan het beleid. En waar je dat omheen bouwt. Laat me raden: in Nederland is het vast alleen rechts en radicaal rechts dat over trots op Nederland spreekt?”

Haidt: ‘Als Amerikaan zie ik enorm veel waar Nederland trots op kan zijn.’

Flickr.com/Willem van de Kerkhof via CC BY-NC-ND 2.0

Inderdaad.

“Dat is vreemd, toch? Als Amerikaan zie ik enorm veel waar Nederland trots op kan zijn. Die buitengewone zeventiende eeuw, de wetenschappen en de kunsten. Nederland heeft een supergoede liberale parlementaire democratie weten op te bouwen. Jullie deden heldhaftige pogingen om verzet te plegen tegen de nazi’s.”

Daar valt veel over te zeggen, er is tijdens WOII in Nederland óók soepel gecollaboreerd en fanatiek meegewerkt …

“En daar zal links waarschijnlijk altijd op focussen. Net als op de slavernij, enzo? In de VS is het heel helder: radicaal links zegt uitsluitend slechte dingen over Amerika. Sommigen van hen geloven dat Amerika het slechtste land ter wereld is. En de meeste Amerikanen worden daardoor afgestoten. Want zij houden van Amerika.”

Linkse kiezers houden hier meestal niet zo van nationalistische retoriek.

“En toch is het ook voor links belangrijk dat het een eigen soort progressief patriotisme ontwikkelt. Het moet natuurlijk niet gebaseerd zijn op ras, bloed en bodem. Maar er is niets mis met het vieren van de prestaties van je land. Zolang je ook oog houdt voor de zwaktes.”

Waarom stemmen grote groepen mensen rechts, terwijl ze persoonlijk belang zouden hebben bij een links economisch beleid?

“Omdat politieke voorkeuren niet meer primair gebaseerd worden op materiële belangen. Vijftig tot honderd jaar gelden was dat nog wél zo. Toen was een marxistische analyse op basis van eigenbelang heel aansprekend. Je had kapitaal tegenover arbeid. Maar naarmate landen welvarender worden en het opleidingsniveau stijgt, verleggen mensen hun aandacht naar meer symbolische kwesties, zoals welke standbeelden er omver moeten worden getrokken. De arbeidersklasse houdt zich daar niet zo mee bezig.”

“Als de Democraten in de VS werkelijk zouden geven om de arbeidersklasse, dan zouden ze zich meer op klasse focussen dan op ras. De Democraten waren ooit de vanzelfsprekende representant van de arbeidersklasse. Maar de witte arbeiders zijn massaal overgestapt naar de Republikeinen. Hetzelfde is in Engeland gebeurd met Labour. Dan heb je echt iets uit te leggen.”

U kunt dat uitleggen.

“Waar het op neerkomt: de hoogopgeleide linkse elite begrijpt en respecteert de moraliteit van de witte arbeidersklasse niet.”

En toch is het nog steeds zo dat mensen met lage inkomens persoonlijk belang zouden hebben bij linkse politiek, economisch gezien. Waarom stemmen mensen niet op een partij die opkomt voor hun belangen?

“Omdat stemmen, met name op nationaal niveau, meer op religie lijkt dan op boodschappen doen. Mensen stemmen niet zomaar op de partij die hen persoonlijk economisch voordeel geeft. In minder welvarende landen is dat nog wel zo. Maar in welvarende landen, zoals vrijwel alle westerse democratieën, geven mensen meer om hun morele belangen dan om hun materiële belangen.”

Een stem kan dus zelfs tegen je eigen belang ingaan?

“Jazeker. Stemmen is boven alles een symbolische daad. Want je weet dat jouw stem het verschil niet maakt. Of jij wel of niet stemt, en hoe je stemt zal geen feitelijk verschil maken voor jouw eigen welzijn of welvaart. Het zal er geen enkel effect op hebben. Ook als je thuisblijft, verandert de uitslag niet. En toch ga je. Waarom? Omdat je het belangrijk vindt. Omdat het je uitmaakt hoe het met je land gaat. En omdat het je uitmaakt hoe anderen over je denken. Het land zal door mijn stem niet veranderen. Als ik op Trump had gestemd, had dat geen enkel effect gehad op mijn sociaaleconomische omstandigheden. Maar het zou een enorm effect hebben gehad op mijn sociale leven – als ik er eerlijk over zou zijn tegenover mijn vrienden. Stemmen is een rituele daad, vol sociale betekenis.”

Jonathan Haidt, Het rechtvaardigheidsgevoel. Waarom wij niet allemaal hetzelfde denken over politiek en moraal, uitgeverij Ten Have, 432 blz., € 29,99