Waterstof wordt gezien als een belangrijke brandstof voor de toekomst omdat er bij de verbranding geen CO2. Waterstofgas kan in auto’s direct worden gebruikt in een verbrandingsmotor, zoals in de waterstofauto van BMW, of via zogeheten brandstofcellen worden omgezet in elektrische energie, zoals in de Citaro-bussen die in Amsterdam-Noord rondrijden.
De Citaro-bussen die in Amsterdam-Noord rondrijden worden aangedreven door brandstofcellen met waterstof.
Het grote probleem bij mobiele toepassing is om het zeer explosieve waterstofgas in een veilige vorm op te slaan. Daartoe worden vaak metalen gebruikt, die het gas in zich opnemen. Dat maakt deze waterstoftanks helaas nogal looiig.
Schakelbare spiegels
Bij zijn onderzoek maakte Gremaud gebruik van een meetmethode voor de absorptie van waterstof in metalen, die gebaseerd is op het aan de Vrije Universiteit ontdekte fenomeen van de ‘schakelbare spiegels’. Ruim tien jaar geleden werd in Amsterdam ontdekt dat bepaalde materialen hun spiegeling verliezen door opname van waterstof. Die meetmethode werd hydrogenografie, ofwel waterstofschrijven, gedoopt. Hiermee heeft de promovendus de bruikbaarheid van duizenden verschillende samenstellingen van de metalen magnesium, titaan en nikkel tegelijkertijd kunnen onderzoeken.
Heilige graal
De nieuwe legering van Gremaud geeft de waterstoftank een grote voorsprong op zijn concurrent, de elektrische accu. Om vierhonderd kilometer te rijden met een elektrische auto, zoals de Toyota Prius, zou 317 kilo aan moderne lithiumaccu’s moeten worden meegesleept. Met de lichte metaallegering van Gremaud is voor dezelfde afstand een waterstoftank van ‘slechts’ tweehonderd kilo nodig. Hoewel deze nieuwe metaallegering belangrijk is voor de ontwikkeling van waterstof als brandstof, is de heilige graal van waterstofopslag daarmee nog niet gevonden.